De nabetrachting
Als je aan het Heilig Avondmaal bent geweest, moet je je niet gedragen alsof je een heel zwaar pak – waar je je nogal zorgen over maakte (bedoeld wordt de angst of je je misschien toch geen oordeel zou eten of drinken) – heb afgelegd. Althans niet in die zin dat je gewoon weer tot de orde van de dag overgaat en misschien zelfs wel je oude leventje weer oppakt. Zie erop toe en zorg dat je zo'n houding niet aanneemt; maar denk goed na over hoe je je ná het Avondmaal gedraagt. Ga zorgvuldig te werk, want de satan zit niet stil. Als het hem vóór of tijdens het Avondmaal niet gelukt is je enige geestelijke schade toe te brengen, dan zal zeker proberen om ná het Avondmaal zijn gram te halen.Toen de Heere Jezus was gedoopt, werd Hij door de duivel verzocht. Toen de discipelen het Heilig Avondmaal met de Heere Jezus hadden gehouden, werden ze in diezelfde nacht geërgerd aan Hem en verstrooid. Petrus werd toen 'gezift als tarwe'. En nadat Paulus in de derde hemel werd opgetrokken, kreeg hij een engel van de satan, die hem met vuisten sloeg. Zo gaat het vaak met de gelovigen, dat ze na vertroosting zich moeten wapenen tegen de aanvallen van geestelijke vijanden. Ze moeten er daarom voor zorgen dat die geen grip op hen krijgen. En naast dat wapenen tegen die vijanden, moet je er dus ook voor zorgen dat je je eerbaar ('betamelijk' noemt A Brakel het) gedraagt tegenover God; Hij is immers je Weldoener?
Op het Avondmaal zou je de volgende Bijbeltekst wel kunnen toepassen, waarin de HEERE een bevel gaf aan Zijn volk Israël, toen ze het land Kanaän eindelijk mochten binnengaan:
"Als u zult gegeten hebben en verzadigd zult zijn, zo zult u de HEERE, uw God, loven over dat goede land, dat Hij u zal gegeven hebben. Wacht u, dat gij de HEERE, uw God, niet vergeet" (Deut. 8:10-11).
Een overdenking in de stilte
Hoe ziet een goede nabetrachting eruit? Allereerst een overdenking in rust en stilte, over hoe het was tijdens de bediening van het Avondmaal. Hoe we het hebben ervaren (eigenlijk zegt A Brakel: hoe wij ons hebben gedragen) en wat de HEERE aan ons heeft gedaan."U zult gedenken al de weg, die u de HEERE, uw God, deze veertig jaren in de woestijn geleid heeft" (Deut. 8:2).
Overdenk hoe je deze hele voorbereiding en bediening hebt ervaren.
- Hoe zag jouw voorbereiding eruit? Heb je er tijd voor ingeruimd? Of heb je het telkens uitgesteld, totdat de tijd je door de vingers was geglipt? Moest het er met een heel korte overdenking en een of twee kleine gebeden mee door? Kwam je toe aan de overdenking van je zonden? Was er worsteling over het aannemen van Christus? Kwam het tot een levendig opstaan en een 'verwakkering' (doorbrekend besef) die tot bekering leidde? Of was je juist duister en somber, of lusteloos en moedeloos?
- En hoe was het met je tijdens de bediening van het Avondmaal? Was je droevig of juist blij? Weekhartig en gevoelig of juist kil en ongevoelig, vermengd met verdriet? Duister en somber of juist licht en intens? Emotioneel of juist kalm? Kon je je geloof goed oefenen of was er juist veel vrees? Was er verlangen of bleef het dor en doods?
- Was er zowel bij het aangaan als bij het weggaan van de tafel verdriet van binnen, omdat je de HEERE juist nergens ervoer?
- Of ontving je vrede, stilte, hoop, rust, verzekering of blijdschap in je hart?
- Bleef je je vastklampen aan de HEERE, misschien wel met veel tranen, ook al ontving je juist niet veel troost?
- Of kon je je geheel aan de HEERE overgeven en was het net als met de bruid uit het Hooglied, dat je heerlijk leunde (steunde) op je Liefste (de Heere Jezus)?
- Kwam de HEERE dichtbij met buitengewone geloofservaringen (als werd je opgetrokken in de hemel, net als Paulus)? Of ontving je van Hem heldere en krachtige geloofsverzekering?
Je zult je gebreken en je tekorten vast wel zien, maar je zult vooral Gods vrije genade erkennen. Evenals Zijn goedheid en weldadigheid. Je zult deze nabeschouwing (nabetrachting) ervaren als een vernieuwing van de vriendschap met God (A Brakel noemt het zelfs een 'weêrbruiloft', of een tegenmaaltijd (denk aan Esther die de Koning uitnodigde voor een maaltijd in haar eigen paleis), waarbij je Jezus op Zijn eigen gerechten (gaven) onthaalt). "O, dat mijn Liefste tot Zijn hof kwame en ate Zijn edele vruchten" (Hoogl. 4:16).
Ja, het zal niet de eerste keer zijn dat je tijdens de nabetrachting die zegen ontvangt, die je tijdens de bediening van het Avondmaal moest missen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten