"Jezus zeide tot haar: Ik ben de Opstanding en het Leven; die in Mij gelooft zal leven, al ware hij ook gestorven; en een iegelijk, die leeft, en in Mij gelooft, zal niet sterven in der eeuwigheid. Gelooft gij dat?"
Johannes 11 : 25-26
Kijk eens, hier zit Martha aan de voeten van Jezus. Zei Jezus eerder, dat Maria het beste deel had uitgekozen? Nu zit Martha op diezelfde plek, hoewel ze die niet zélf had uitgekozen. Ze krijgt onderwijs, uitleg. Zou je daar niet bij hebben willen zijn?
Hier is niet een docent aan het uitleggen hoe iets zit, nadat hij daar een heel onderzoek aan heeft gewijd, of eens lang over heeft zitten filosoferen. Hier vertelt God Zelf, hoe het zit met leven en dood, sterven of eeuwig leven. En Hij zegt niet, zoals een meester of juffrouw op school: "Snappen jullie dat?" of "Kunnen jullie het een beetje volgen, wat ik heb gezegd?". Nee, Zijn vraag is: "Geloof je dat?"
Het is dus niet zomaar kennis die wordt overgedragen. Hier zijn we bij de Kern van heel het leven: Jezus Christus, de Opstanding en het Leven.
Dat is nogal wat. Kort door de bocht zegt Jezus eigenlijk: met of zonder Mij, daar staat of valt het mee. Met Mij = Opstanding én Leven. Zonder Mij = sterven en de eeuwige dood. Het lijkt zo'n simpel rekensommetje. Maar, zoals dat ook in het dagelijks leven gaat – wanneer iemand je belt of aanspreekt over een mooie aanbieding met veel korting – veel mensen blijven bij dit rekensommetje erg sceptisch en argwanend zelfs. Herken je daar iets van? In je eigen houding, of in die van anderen als jij die ander probeert te wijzen op Christus?
"Eerst zien, dan geloven", wordt er nog wel eens gezegd. Helaas is dat in het Koninkrijk van God de verkeerde volgorde. Jezus zegt later Zelf tegen Thomas: "Zalig zijn zij die níet zullen hebben gezien en tóch geloven". Toch is er soms wel wat te zien. We zullen dat in het vervolg van dit hoofdstuk zien, bij de opwekking van Lazarus. Maar de werkelijke overtuiging ontstaat meestal niet door het zien, maar door het geloven. Sola Fide! Het zien is er een illustratie – een hulpmiddel – bij. Geloof je dat?
Vind je het trouwens niet merkwaardig dat Jezus dit tegen Martha zegt? Hij had haar reeds lief en zij diende Hem graag. Ze was geen vreemde voor Hem en Hij ook niet voor haar. Ze moet vast ook iets van de opwekking van de jongeling van Naïn hebben gehoord en het dochtertje van Jaïrus. En ze zal ook de profetiën over de Messias wel geweten hebben. Waarom neemt Jezus haar dan apart en legt haar deze dingen uit? Zal ze dat niet geweten hebben?
Nou, uit het feit dat het Jezus is Die dit onderwijs geeft, mogen we vaststellen dat ze dit op zijn minst niet begreep. Zij en wij moeten beseffen dat het leven meer is dan het hier en nu. En dat ook het sterven meer is dan alleen de dood: namelijk dat er nog een tweede dood bestaat! Geen tweede kans, maar een definitief feit. Ik vrees dat de joodse leidslieden dat niet leerden, zoals Jezus dat deed. Jezus sprak hier niet over een toverdrankje waardoor je nooit sterft, maar Híj is het geneesmiddel tegen de tweede dood, of wel de eeuwige rampzaligheid. Geloof je dat?
Ja, waarom gebruikt Jezus die woorden: Geloof je dat? Tegenwoordig zijn we veel voorzichtiger. We spreken meer over: "Wat denk jij?" of "Zo zie ik het" of "Vind je ook niet" of "Ik denk persoonlijk dit of dat…". Nee, Jezus' vraag is heel persoonlijk: "Geloof jij dat?" Geloof jij dat je zónder Hem, verloren bent? Geloof jij, dat Hij alleen jou kan verlossen van je zonden? Geloof je, dat je Hem en Zijn vergeving, elke dag nodig hebt? Geloof jij, dat je alléén dankzij Hem zalig kunt worden? En… geloof je dat, als Hij je heeft gereinigd en geheiligd, Hij er ook garant voor zal staan dat je dáár zult komen, waar Hij is: bij Zijn hemelse Vader (Johannes 17)? Dan, als je daar zult zijn, dán zal geloven overgaan in aanschouwen en je zult zien in Wie je hebt geloofd! Live… Eternal life!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten