zondag 14 september 2014

Moeten wij terugslaan?

"Des anderen daags, een grote schare, die tot het feest gekomen was, horende, dat Jezus naar Jeruzalem kwam…"
Johannes 12 : 12

Wij hebben vaak het idee dat we moeten ijveren, strijden, voor de waarheid, voor Gods Koninkrijk, voor Zijn Naam en eer. Tot op zekere hoogte is dat ook zo. Alleen lopen we nogal eens het risico dat we dan hetzelfde gaan doen als dat 'Sanhedrin B.V.' waarover het gisteren ging. We gaan dan bijvoorbeeld in de kerk concurreren met de wereld. We kijken naar hóe de wereld publiek trekt, gebruiken eenzelfde soort 'wapen', pimpen dat op in een christelijke stijl en gaan beginnen aan onze concurrentieslag. Ik kan je zeggen dat we dan al op voorhand hebben verloren.

Als we gisteren de overpriesters bezig zagen, in de voorgaande verzen, dan merkten we een brok jaloezie. Hun roeping was mensen bij de Heere te brengen, herders en leraars te zijn. Maar wat ze ten diepste deden was zélf de gevierde leider zijn en hun eigen koninkrijk opbouwen en krampachtig in stand houden. Juist die krampachtigheid was voor satan een makkelijke ingang om een kwade geest in hen wakker te blazen. Ze waren gericht op hun eigen imperium! En dat was een vergankelijke, doodlopende weg. 
We zien datzelfde gebeuren bij Saul, als hij merkt dat de Heere hém heeft verworpen en David verkozen als koning. Hij maakte de denkfout dat de Heere hem dus ook als mens verworpen had en begon krampachtig tegen David (en dus tegen de Heere Zelf) te vechten, met concurreren. Hij wilde koste wat kost zichzelf handhaven in een weg die over lijken ging. Die strijd eindigde in de werkelijke verwerping. 

Zover durfden ook het Sanhedrin wel te gaan in hun plan om zowel Jezus als Lazarus uit de weg te ruimen. En meer dan eens gebeurt iets dergelijks vandaag de dag in de kerk. Dan zijn mensen de gevierde, geziene, vrome en wuiven andermans geestelijk leven weg als 'te kort voor de eeuwigheid' of 'gestolen Jezus' of noem maar op.
Zo kan een kerkelijke gemeente ook te werk gaan, om koste wat kost te concurreren, om zelf te groeien. Men is dan bezig met uiterlijk zaken: ledenaantallen, kerkelijke goederen, macht, grote kerkgebouwen, gevierde voorgangers en activiteiten die de pers halen. Maar wat is het doel van de kerk?

De Heere Jezus wist op het allervolmaaktst wat het Sanhedrin van plan was. Zou Hij nu naar Jeruzalem komen en Zijn macht tonen? Die boze leidslieden aan de kant vegen, net als later bij de tempelreiniging? Zou Hij ze ter verantwoording roepen en met Zijn machtswoord schaakmat zetten? Zou Hij de menigte in Jeruzalem – die Hij door de opwekking van Lazarus gemakkelijk op Zijn hand kan krijgen – nu gaan opzetten tegen die boze leidslieden? Dat is, wat je zou verwachten. Niets is minder waar. Nee, Hij duikt niet onder. Maar Hij komt gewoon naar Jeruzalem om Zijn heilsplan af te maken!
Later zou Hij tegen Petrus zeggen: "Keer uw zwaard weder in zijn plaats; want allen, die het zwaard nemen, zullen door het zwaard vergaan. Of meent gij, dat Ik Mijn Vader nu niet kan bidden, en Hij zal Mij meer dan twaalf legioenen engelen bijzetten? Hoe zouden dan de Schriften vervuld worden, die zeggen, dat het alzo geschieden moet?" (Mattheüs 26 : 52-54). Christus gaat, gewillig. 

Hoe zit het dan met het onrecht, dat zomaar door kan gaan? Moet dat geen halt worden toegeroepen? Aan het eind van Romeinen 12 wordt dit uitgebreid behandeld. Daar lezen we: "Geeft de toorn plaats, want Mij komt de wraak toe". In de Kanttekeningen staat: "Sommigen verstaan dit van den toorn des mensen, namelijk òf desgenen, die verongelijkt is, dat hij zijn toorn over het ongelijk, hem aangedaan, plaats, dat is tijd, geve om te stillen: òf desgenen, die ongelijk doet, dat men denzelven niet tegensta om hem niet meer te verbitteren, maar zijn toorn wijke en alzo plaats geve. Doch hetgeen er volgt schijnt te vereisen dat dit moet verstaan worden van den toorn, dat is van de wraak Gods, die Hij doen zal over dengene, die ongelijk doet, welke wraak men plaats geeft als men Gode de wraak opgeeft."

Dit is een lastige les, vooral als onrecht je gemoed danig in beweging brengt. Toch worden we geroepen om Christus' voorbeeld na te volgen, zoals Petrus schrijft: "Want hiertoe zijt gij geroepen, dewijl ook Christus voor ons geleden heeft, ons een voorbeeld nalatende, opdat gij Zijn voetstappen zoudt navolgen; Die geen zonde gedaan heeft, en er is geen bedrog in Zijn mond gevonden; Die, als Hij gescholden werd, niet wederschold, en als Hij leed, niet dreigde; maar gaf het over aan Dien, Die rechtvaardiglijk oordeelt" (1 Petrus 2 : 21-23).
Natuurlijk was Jezus' weg een bijzondere. Hij moest Zich immers geven tot een offer voor de zonde, om de toorn van Zijn Vader weg te nemen. Maar toch is juist die weg een voorbeeld voor ons. Onmogelijk, ja, voor ons. Maar Jezus gaf niet alleen een voorbeeld; Hij gaf ook Zijn Geest, om ons innerlijk te vernieuwen. En geloof maar dat God de Vader eenmaal zál terugkomen op alle onrecht dat tegen Zijn kinderen in de tijd werd gedaan! Maar tot die tijd volgen we Christus, van ganser harte.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten