zaterdag 6 september 2014

Het foute aan een goed argument

"Waarom is deze zalf niet verkocht voor driehonderd penningen, en den armen gegeven?"
Johannes 12 : 5

Soms zijn er goede argumenten, die gebaseerd zijn op foute motieven. Niet alles wat iemand zegt, komt voort uit een puur hart. Ik weet, dat is moeilijk in te schatten voor en bij een ander. Maar wie zijn eigen hart kent, weet dat meer dan eens iets werd gezegd, waarin een stukje eigen belang schuilde. En zelfs dat eigen belang kan nog vroom worden goed gepraat. Je voelt denk ik wel aan hoe moeilijk het is om zó rechtvaardig en heilig te zijn, als God van je vraagt!
Het gaat er dan ook niet om, om vroom op zich te zijn… Nee, vroomheid moet een adres hebben. Je moet eerlijk, oprecht, zuiver en transparant zijn, niet om zelf de oprechte en vrome persoon te worden, maar je moet het doen om zo het beeld van Christus te laten zien.
Elk woord, elke houding en elke uitgestoken hand moet iets van Christus zichtbaar maken in deze door de zonde verpauperde wereld. Wie daar serieus werk van wil maken, zal niet hoog van zichzelf opgeven. Of… hij moet reeds fors verhard van binnen zijn!

Het overkwam mij zelf in het pastoraat, jaren geleden. Een vrouw die mij veel te evangelisch overkwam, vertelde over haar moeite met mijn soort van christenzijn. Ik had zelf overtuigde motieven om zo te zijn, zoals ik was. En ik zeg niet dat dat geheel fout was. Maar het gaat mij om de vraag die toen bij mij bovenkwam. Ik merkte dat deze vrouw puur was en het deed uit liefde en hartstochtelijke betrokkenheid op de Heere Jezus; maar… het was zo totaal anders dan ik vond dat het moest. Ik vond zelfs dat ze hier en daar ook wat oppervlakkig met de dingen omging; vooral veel vanuit de liefde pratend. Thuiskomend brandde een vraag in mijn hart: "Heere, moet ik dit beoordelen? Móet ik dit beoordelen? Hoe ziet U dit?"
Zoals ik wel vaker deed, sloeg ik mijn Bijbel open om er op die plek Gods antwoord te lezen. Je kunt daarvan vinden, wat je ervan vindt, maar deze tekst las ik: "Laat af van haar; wat doet gij haar moeite aan? Zij heeft een goed werk aan Mij gewrocht" (Markus 14:6). Ik kan je zeggen dat ik dit geen prettig antwoord vond. Ik heb het echter laten staan en gebeden dat de Heere, als ik zó moest zien, mijn hart daarover eerlijk en gewillig wilde maken. En dat gebeurde. Ik zag dat ik niet geroepen was een oordeel daarover te vellen, omdat ik het niet objectief zou kunnen doen. Ik schatte haar daden op de waarde die ik er al vooraf aan hing. Was zij oppervlakkig? Ik geloof het nog steeds. Was zij eenzijdig in haar leer? Zeker. Maar haar daden waren puur. Misschien wel puurder dan de mijne.

Hieraan moest ik terugdenken, toen ik de dagtekst overdacht. Judas kennen wij vanuit zijn verraad. En zelfs reeds vanuit de tekst die volgt waarderen we hem als een bedrieger en dief. Maar dat is pas later gebleken; op dit moment wist niemand het, dan Jezus alleen. En ook alleen Hém kwam het oordeel toe.
Het is goed om dat te beseffen. Wij zijn niet geroepen te oordelen over het innerlijk achter goede daden. Wij kunnen simpelweg het hart niet op waarde schatten. Inderdaad had die zalf véél beter niet gekocht kunnen worden en dat geld had veel meer sociaal effect kunnen geven bij de armen. Zeker. Dat blijft dan ook zeker staan. Maar Jezus proefde er het hart achter.

Het is merkwaardig dat juist Johannes, de discipel der liefde, hier maar zo weinig woorden aan wijdt, terwijl de compacte Markus er veel dieper op insteekt in hoofdstuk 14. Juist híj citeert Jezus' woorden, die daarop volgden (evenals Mattheüs): "Voorwaar zeg Ik u: Alwaar dit Evangelie gepredikt zal worden in de gehele wereld, daar zal ook tot haar gedachtenis gesproken worden, van hetgeen zij gedaan heeft" (vers 9). Maria's erfenis is meer onuitwisbaar gebleken dan die van Martha, Lazarus en Judas. Beschamend. Als vanzelf kwam dit lied in mij boven:

Grijp toch de kansen, door God u gegeven,
kort is uw zijn hier, uw tijd snelt daarheen.
Wat toch blijft over, o zeg, van dit leven?
D'arbeid der liefde, gedaan om u heen.
Niets is hier blijvend, niets is hier blijvend,
alles, hoe schoon ook, zal eenmaal vergaan;
maar wat gedaan is uit liefde tot Jezus
dat houdt zijn waard' en zal blijven bestaan.


Geef dan uw tijd niet aan ijdele zorgen;
help hen, die vallen, breng troost in hun smart.
O laat uw licht schijnen, blij als de morgen;
wijs op de Heiland, Die rust geeft voor 't hart.
Niets is hier blijvend, niets is hier blijvend,
alles, hoe schoon ook, zal eenmaal vergaan;
maar wat gedaan is uit liefde tot Jezus
dat houdt zijn waard' en zal blijven bestaan.

Weet: al uw arbeid, uw lijden voor Jezus,
't wordt door Hemzelve geschat naar zijn waard'.
En eens daarboven, daar vinden we weder,
vruchten van 't zaad, dat wij strooiden op aard'.
Niets is hier blijvend, niets is hier blijvend,
alles, hoe schoon ook, zal eenmaal vergaan;
maar wat gedaan is uit liefde tot Jezus
dat houdt zijn waard' en zal blijven bestaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten