vrijdag 26 februari 2021

Toon Mij nu Uw aangezicht


Hij is in de hemel zelf binnen gegaan om God te dienen. Dat deed Hij om ons te redden.
Hebreeën 9 : 24b


Toen ik de Statenvertaling hiernaast legde, zag ik een klein, maar bijzonder verschil: “Christus is ingegaan in de hemel zelf, om nu te verschijnen voor het aangezicht Gods voor ons”. Het is waar dat Hij daar kwam om ons te redden en God, Zijn Vader te dienen, maar ik wil graag dieper ingaan op dat aspect dat Hij juist dáár God onder ogen kwam in ónze plaats. En dat ná Golgotha!

Toen Mozes zo heel dichtbij God was, op de Horeb, vroeg Hij: “Toon mij nu Uw heerlijkheid!” Hij wilde zo graag nóg dichterbij de HEERE zijn; dat laatste scheidingswandje moest weg. Ik snap het zo goed. Als tiener had ik onder een preek eenzelfde gevoel: “Laat de preek niet ophouden, maar direct overgaan in de eeuwigheid!” Regelmatig heb ik dat nog.

Maar wat zei de HEERE tegen Mozes? “Nee, want je zou Mijn heerlijkheid niet kunnen zien”? Nee, God sprak over Zijn aangezicht. Heerlijkheid heeft dus iets te maken met Gods aangezicht. Dat je God onder ogen kunt komen. Dat kunnen wij niet, buiten Jezus om; en daarom staat Jezus daar niet alleen om God te dienen en ons te redden, maar komt Hij plaats­vervangend voor ons Zijn Vader onder ogen.

O, was ik een van de engelen, die tóen het gezicht van de Vader hebben zien stralen. Ja ik praat in menselijke woorden over verheven zaken, maar zo zie ik het echt voor me. Geweldig diep!

Als het ware zwaaide de deur van de hemel open. Een Gast wordt aangekondigd door de engelen, die Hem juichend en met palmtakken binnenhalen: “Hosanna! Gezegend is Hij, Die komt in den Naam des Heeren, Hij, Die is de Koning Israëls!” Geen deceptie van mopperende schriftgeleerden die bestraffend reageren, maar opperste verrukking.

De Vader had staan wachten, want Hij was ervan overtuigd dat Zijn Zoon het kón: het brengen van dit enig juiste holokauston (brandoffer) in de wereld­geschiedenis. En toen Zijn Vader Hem van verre zag, liep Hij op Hem toe en omhelsde Hem.

Toen werd die vraag met de juiste intentie gesteld: “Vader, toon Mij nu Uw aangezicht, zoals Ik het nog nooit heb gezien… toon het ook hen die bij Mij horen.”

Nee, toen deed de Vader het niet af met een minder voorstel van “Ik zal al Mijn goedigheid voorbij uw aangezicht laten gaan, en zal den Naam des HEEREN uitroepen voor uw aangezicht”; echter wat God daarná tegen Mozes zei kreeg de diepste betekenis die het ooit zal krijgen: “Ik zal genadig zijn wie Ik genadig zal zijn en Ik zal Mij ontfermen over wie Ik Mij zal ontfermen.”

Is deze Jezus ook jouw gewillige Redder? Kom, laten we aanbidden déze Koning! Want dan is Zijn Vader ook jouw genadige en persoonlijke Vader!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten