vrijdag 24 april 2020

Ons einde en het nieuwe begin

"…al wat op de aarde is, zal den geest geven. Maar met u zal Ik Mijn verbond oprichten…"
Genesis 6 : 17b-18a

Welk oordeel wil jij nog gaan dragen voor jouw zonden? Het enig mogelijke offer ís reeds gebracht door Jezus Christus aan het kruis. Dus: óf je maakt daar gebruik van óf je zult Gods toorn tot in eeuwigheid zelf moeten dragen en geen cent zal ooit worden ingeboet op dát oordeel. Je zou toch wel dom wezen, als je op zo'n grote zaligheid geen acht zou slaan!


Daarnet las ik in het RD een artikel („Bijna alle ouderen zeggen ja op de vraag of ze bang zijn”) over ouderen in een HHK-gemeente die stuk voor stuk 'ja' zeiden op de vraag of ze bang waren in deze coronatijd. Ik was er danig door geraakt, in negatieve zin. De eerste vraag die bij me boven kwam was: is dit een pleidooi (reclame) vóór het christelijk geloof? De tweede vraag was: hebben die ouderen dan nooit iets geleerd over Gods Vaderhand, waarin zij veilig kunnen zijn? En de laatste vraag was vooral een stuk verdriet en boosheid: is dit een bericht dat vertelt over de meerwaarde van het christelijk geloof of is het een betoog over de doodsheid van een clichée-godsdienst?

Het verwijt dat ouderen vaak geven richting jongeren, is dat jongeren zo erg hun eigen gang gaan. Dat ze niet luisteren naar de levenswijsheid van ouderen en dat veel jongeren meer met wereldse verleiding hebben dan met de kerk. Ik snap dat laatste wel. Genot in de wereld kun je nú ervaren. Wat de kerk over de hoofden van veel jongeren heen roept over het dienen van God lokt vaak helemaal niet aan. Juist dit krantenartikel is er het schrijnende voorbeeld van dat een bepaalde prediking de oudere generatie nog steeds in het ongewisse hult over God, Zijn toekomst en hun deel daarin. Ik hoop dat ik teveel ouderen over deze kam scheer, want dat betekent dat ik me vergis en dan zijn er toch kinderen van God onder die eigenlijk iets anders hadden moeten antwoorden op die vraag van die ouderling. Dan is de werkelijkheid toch positiever dan ik er nu in lees!

Ik laat dat artikel even voor wat het is. Maar die ouderen: hebben die nog nooit stilgestaan bij deze tekst: "al wat op de aarde is, zal den geest geven"? Ik weet wel, de Heere zegt dat hier tegen Noach in de context van het oordeel: de zondvloed. Maar het is toch een feit voor elk levend wezen? De dood is sinds Genesis 3 een realiteit voor ons allemaal. De Bijbel noemt hem zelfs (als je de dood als een persoon zou bekijken tenminste) de laatste vijand, die teniet gedaan moet worden (zoals Paulus dat zegt). Ook voor Gods kinderen is de dood een vijand, maar geen betonnen muur, wanneer je geborgen mag zijn in Christus. Want dan is diezelfde dood opeens een doorgang naar het eeuwige leven!
En wat meer is, we gaan niet maar zo een eeuwig leven tegemoet, alsof die situatie het enige is waarom we geloven. Dan geloven we in de hemel, om niet in de hel te komen. Nee, daar is Christus… Naar Hém gaat al ons verlangen uit. Of niet? Als Paulus roemt in de verdrukking (waarbij je veel meer angst verwacht dan bij een virus waardoor je ziek kunt worden en in het ergste geval kunt sterven, want die verdrukking wil mensen kapotmaken, wil hen vernederen en wil hen dwingen het geloof af te zweren en Christus te verloochenen) dan zegt hij juist dat níets hem en ons kan scheiden van de liefde van Christus. Dus wát zeg je dan als kerkmens, wanneer je 'ja' zegt op de vraag of je bang bent voor corona? Ik zeg niet dat je geen vrees of huiver mag kennen. Maar ik ageer tegen het feit dat er niet méér wordt getuigd over de hoop die in hen zou moeten zijn. Of – dat twitterde iemand – hebben deze mensen geen 'vooruitzicht'? Is dat het resultaat van een prediking, van een sociale cultuur in het dorp of het gevolg van een bepaalde opvoeding die in Gods aanwezigheid vooral angst ervaart? Ik weet het niet. Maar triest vind ik het wel.

De mensen in Noachs tijd boeide het allemaal niet zo. Die hadden niet zoveel met religie. Alle mensen zijn zondaars, ja. Maar blijkbaar had God over de toenmalige bevolking toch een ánder oordeel. De mensen hadden 'hun weg verdorven op aarde'. Ik zou zeggen: is dat nu vandaag ook niet het geval? Toch trok God toen een andere conclusie. Hij kondigde de dood voor de mensheid aan. En laten we er voorzichtig mee zijn dat in onze dagen ook zo te duiden. Er valt niets te duiden, want God heeft geen profetische boodschap over deze crisis gegeven. We kunnen slechts met ons eigen geweten voor God vaststellen wat God óns wil zeggen en wat er anders moet. Het Nieuwe Testament praat veel minder in oordelen, maar meer in genade-termen en uitstel van het oordeel. Dat oordeel wordt uitgesteld tot de Jongste Dag.
Evenwel zijn er rampen, oorlogen en geruchten van oorlogen. Dat zijn ‘klinkende voetstappen’ van de naderende Heiland Jezus Christus! Die rampen zijn geen straf die je moet dragen en dan is de maat van het oordeel dus weer vol en is alles koek en ei tussen de zondaar en God. Nee, dat kan niet meer. Christus is gekomen; de zonde heeft Hém Zijn leven gekost! Dan praat je niet meer in de wet volbrengen om te kunnen leven; het kan simpelweg niet! Dan praat je niet over oordeel en straf, zodat je die kunt dragen, zodat Gods toorn weer gestild kan worden; want dat kan simpelweg niet meer… die ís al gestild voor al Zijn kinderen. Dan praat je enkel over bekering en wedergeboorte… die maken het verschil tussen 'de boeken die worden geopend' in Openbaringen 20 en 'een ander boek… dat des levens is'.
Juist dat nieuwe boek, dat van het leven is, is er de oorzaak van dat God iets bijzonders tegen Noach zegt: "Met u zal Ik Mijn verbond oprichten". Blijkbaar was God in Noach iets nieuws begonnen, zodat het hem wél boeide wat God vond en deed. Noach is de deur in het oordeel van God, dat totaal vernietigend lijkt maar toch toekomst kent.

Het lijkt erop dat bepaalde ouderen vooral met het beeld van God en Zijn vernietigend oordeel is vervuld. Ze zijn druk met aan te wijzen wat er aan de preken wordt gemist, wat er allemaal ontbreekt aan de godsdienst van de jongere generaties, maar ze hebben een complete blinde vlek voor wat er aan hun eigen godsdienst ontbreekt. Wíe er aan die godsdienst ontbreekt. Dat komt heel dicht in de buurt van het tempelplein dat Jezus eens schoonveegde met slechts een bosje touwtjes… Was dat die nederige, liefdevolle en dienende Jezus? Was dat ook een oordeel? Ja zeker! Maar dat beschouwen we in de kerk toch eigenlijk niet als een oordeel Gods, vrees ik. Als God de wereld wegvaagt met de zondvloed, dan zijn we onder de indruk, maar als Hij Zijn Zoon op het tempelplein in Jeruzalem de godsdienstigheid laat wegvegen dan doen we daar heel luchtig over. Ik zie eerlijke gezegd weinig verschil!
Als God de Vader in Zijn toorn over onze zonden ons moet wegvagen, dan stort Hij die wegvaging uit op Zijn Zoon! Christus kan vanwege Zijn volmaaktheid niet worden weggevaagd, maar blijft hangen… in onze plaats. Die Zoon, waarover Hij had geroepen in Hem ál Zijn welbehagen te hebben, weet je nog? Het liefste dat Hij had, overspoelde Hij met Zijn toorn. Kun je dát begrijpen? Snap je wat dáár gebeurt? Dat móet toch iets met je doen? Daarover moet je – als je nou zo oud bent geworden – toch ook iets willen vertellen? Soms vind ik de journalistiek van het Reformatorisch Dagblad een beetje geseculariseerd. Krantenkoppen vertellen ook een verhaal… maar wélk? Getuigenis van de vaste hoop in Christus of de doodsheid van de rechtse-godsdienst? Anders gezegd: gaat God ook in Zijn verbond met jou een nieuw begin maken? Ben jij erbij, als Hij Zijn Koninkrijk zichtbaar gaat maken? Of sta je er buiten? Vervult die dag je met angst of met verlangen?

Tot slot: wat moet dat met Noach hebben gedaan, toen God vertelde over het oordeel over de wereld en het verbond dat Hij met hem wilde sluiten? Noach woonde toch ook ergens? Zijn schoondochters hadden toch ook familie, die Noach kende? De schoonouders van zijn zoons waren hem toch niet onbekend? Had hij niet zelf een vrouw voor zijn zoons gezocht? Was hij niet secuur in zijn connecties? En hoe zat het met zijn vrouw? Hoe was hun band? Noach moet toch hebben vastgesteld dat God verschil maakte waar geen werkelijk verschil te ontdekken was? Noach was toch niet beter dan de anderen? En toch maakte God een nieuw begin; en niet onaangekondigd, want Noach zou 120 jaar (of wat korter) tijd hebben om mensen op te roepen tot bekering!
Nee Noach was geen haar beter. Zijn latere dronkenschap komt toch niet helemaal uit de lucht vallen? En dat gedrag van Cham? Was dat iets dat Noach bij zichzelf herkende? En Kanaän dan, zijn kleinzoon: waarom treft juist hém later dat oordeel zo hard: "Vervloekt zij Kanaän; een knecht der knechten zij hij zijn broederen!"?
Apart dat juist het land Kanaän het Beloofde Land zou worden; of moeten we dat ook uitleggen als onderdeel van dat oordeel: dat Kanaäns naam wordt vervangen door Israël? Mozes zingt er al over, nog voor ze het Beloofde Land zijn binnengegaan; ze staan nog maar net aan de andere kant van de Rode Zee! "Gij leiddet door Uw weldadigheid dit volk, dat Gij verlost hebt; Gij voert hen zachtkens door Uw sterkte tot de liefelijke woning Uwer heiligheid. De volken hebben het gehoord, zij zullen sidderen; weedom heeft de ingezetenen van Palestina bevangen." 
Weet wat je doet, als je Palestina in onze dagen weer wilt oprichten en daarmee Gods verbondsvolk wilt wegdrukken… Je weet wat er met de herbouw van Jericho gebeurde. Let erop dat er naar Gods verbond en belofte nog een bijzondere tijd voor Zijn volk Israël wacht. En daar kijken we – als het goed is – halsreikend en reikhalzend naar uit!

donderdag 23 april 2020

Deur & raam en hun boodschap

"Gij zult een venster aan de ark maken, en zult haar volmaken tot een elle van boven; en de deur der ark zult gij in haar zijde zetten; gij zult ze met onderste, tweede en derde verdiepingen maken."
Genesis 6 : 16

Jaren geleden bracht Playmobil de ark van Noach uit. Je kunt er van vinden wat je vindt, maar er zit ook een verhaal bij dat dicht bij het bijbelverhaal blijft en in die zin is het nog wel evangeliserend ook, in zekere zin. Maar let even op het ronde venster met de duif! Zo was het dus niet…

Na een uiteenzetting over de maten van de ark (en hoe slim was die meetverdeling voor de stabiliteit van de ark!) volgt een beschrijving van de deur en het venster in de ark. Wat is dat toch met die deur en dat raam? Heeft dat ons misschien iets te zeggen?

Laat ik beginnen met vast te stellen dat er over dat venster al heel wat lezingen in omloop zijn. Het beeld dat ik er inmiddels, na wat leeswerk, van heb is dat de wanden van de ark vlak onder het overkappende dak open waren. Regenwater kon er niet instromen en over de volle lengte waren openingen van 1 el hoog. Zeg maar een fantastisch ventilatiesysteem voor de afvoer van de stank van de dieren en de invoer van verse lucht.
Maar er is meer. En dat zit wat opgesloten in het woord 'venster', dat vrij uniek is. Om het een beetje te volgen geef ik je een aantal leestips mee, waar je meer kunt lezen. Het hebreeuwse woord voor venster is hier 'tsohar' of 'zohar' (leestip1). Vreemd genoeg betekent dat woord eigenlijk altijd in de Bijbel 'middag' (soms zelfs 'dak'!) Dat venster had dus als primaire functie het licht door te laten in de ark. Maar één venster in een ark die bijna zo groot was als de Titanic – en met drie verdiepingen – zou toch niet voldoende licht naar binnen brengen voor alle inwonenden. Wellicht zou het op de bovenste etage (het zat immers 1 el onder het dak, dus op de derde etage) schemerlicht brengen, maar op de tweede en eerste etage zou het gewoon pikkedonker zijn. De stank van de uitwerpselen, het voer en de dierhuiden zou binnen een week ondraaglijk zijn. Daarom moet er middenin de ark, van boven naar beneden ook een opening zijn geweest, zodat alle etages iets van dat licht konden opvangen (leestip2).
Het licht is van essentieel belang, omdat de catastrofe die zich in de zondvloed ging voltrekken, angstaanjagend zou worden ervaren. Zeker, de HEERE was in de storm en de waterstromen nabij voor Noach en de zijnen, maar toch… Een artikel wees erop dat er na de zondvloed in zekere zin van een herschepping sprake was… het enige dat niet herschapen hoefde te worden was het licht (leestip3). God zorgt zelfs in de catastrofe voor orde in de chaos, door het licht door te laten komen in het hart van de ark. Zelfs de Kanttekeningen geven ruimte voor meer ramen en zij zien ook het bijzondere in het woord voor venster: klaar licht, hetwelk door een of meer vensters bekwamelijk in de ark verspreid werd.”
Dieren zullen de heftigheid hebben gevoeld en zullen instinctief gereageerd hebben maar laten we vooral ook rekening houden met Gods hand in dit alles. Hij bracht de dieren op onnatuurlijke wijze op volgorde van gevaarlijkheid in de ark; daar hoefde Noach niets aan de doen. En zoals een engel de muilen van de leeuwen bij Daniël stopte, zo kan de Heere ook de dieren in de ark hebben rustig gehouden terwijl buiten alle mensen zich krijsend aan de natte ark hebben willen vastklampen, hun nagels in het hout, maar uiteindelijk glibberde ze weg in de kolkende massa, dieper en dodelijker dan Petrus bij Jezus… Zeker! Slechts ín die ark was ontkoming. De dieren hebben ook hun soortgenoten horen loeien en brullen, denk je niet? Daar zouden ze instinctief op hebben gereageerd, in normale omstandigheden. Maar nu vermoed ik een bijzondere kalmte in de ark. Onverklaarbaar en voor de rationele mens ongeloofwaardig, als je niet met God rekent. Houd jij het voor mogelijk dat het rustig was in de ark?
Die deur bleef in het hele verhaal dicht, nadat alles binnen was. Een forse deur, die drie verdiepingen besloeg. Ik snap Playmobil wel dat ze een soort takel aan de ark hebben bedacht… ik houd het zelfs niet voor onmogelijk. De mens was al tot veel in staat; had veel ontdekt en uitgevonden. Waarom het takelen niet?
Tot slot… “Ja waarlijk, God is Isrel goed, Voor hen, die rein zijn van gemoed; Hoe donker ooit Gods weg moog' wezen, Hij ziet in gunst op die Hem vrezen.” (psalm 73:1 ber.) Het kan er donker aan toegaan in ons gemoed en voor ons gevoel. De dichter van een andere psalm spreekt over een dal van moerbeibomen (die zon zal daar niet al te best prikken; het is er juist stikdonker en kil) of zelfs een dal van de doodschaduw. Toch zingen zij ons voor dat God erbij is, als we van Hem zijn en in Christus geborgen zijn. Ervaren we de huidige crisis als donker, benauwend? Denk aan deze geschiedenis van de ark en het venster. In dit leven van de genadetijd is de deur van de ark nog open, maar juist het feit dat God hem straks zal sluiten, definitief, maakt dat er haast is. Als die deur wordt gesloten – denk aan de gelijkenis van de wijze en dwaze maagden, is het voorgoed te laat.
Maar in de verdrukking geeft God vensters… vensters naar de hemel. Maar ’t blij vooruitzicht dat mij streelt, mij geruststelt en moed geeft… Ik zal, ontwaakt, Uw lof ontvouwen, U in gerechtigheid aanschouwen, Verzadigd met Uw Godd'lijk beeld. Wat een vooruitzicht! Ken je dat? Dan is die ark misschien wat benauwd en krap, maar straks zullen we niet in hokjes wonen, maar de hemelse ruimte hebben, rondom te toorn. Ruimte en tijd vervallen, maar de aanbidding en liefde tot God blijft. Geloof en hoop vervliegen en stollen in aanschouwen, als brandstof voor de lof die eeuwig duurt!

donderdag 16 april 2020

Veilig wonen in een doos

Maak u een ark van goferhout; met kameren zult gij deze ark maken;
en gij zult die bepekken van binnen en van buiten met pek.
Genesis 6 : 14


In heel veel films speelt de strijd tussen goed en kwaad een grote rol. Het kwaad heeft eerst de overhand en wil het goede totaal vernietigen; daar lijkt geen ontkomen aan. Het goede wordt meestal gevisualiseerd door een persoon die zwak lijkt, maar precies de juiste dingen doet en het kwaad weet uit te schakelen. De personificatie van het goede weet precies de juiste zwakke plek bij het kwaad te ontdekken, of heeft een manier bedacht (soms via een sullige houding die lekker bij de kijker ligt) om het kwaad te passeren en in de rug aan te vallen om het uit te schakelen. Het einde van het kwaad moet dan altijd totaal en definitief zijn of… het moet een cliffhanger zijn. De escape in het plan van het kwaad is vaak onverwacht: die had je niet aan zien komen. En terecht zou je kunnen stellen: dat is pure fantasie en onrealistisch.

Je loopt het gevaar de geschiedenis van de ark ook als zo'n totalitair verhaal te beschouwen. De wereld is boos en die boosheid lijkt alomvattend te worden. Uit het niets pikt God er zomaar één man uit: Noach. Hij gaat Noach gebruiken om de totale vernietiging van het kwaad te realiseren. Voor je het weet is ook Noach een sulletje in je beleving. We zien hem eigenlijk nergens eigenhandig optreden. Hij voert alleen uit wat God hem opdraagt. Ik snap dat enige jaren geleden dit verhaal is verfilmd, met de nodige fantasy-elementen erin tot een groots spektakel is gemaakt. Gek genoeg werd mijn zoon, die de kerk de rug heeft toegekeerd, kwaad over de te veelvuldige fantasy in het verhaal, waardoor je een heel ander verhaal zag dan zoals het in de Bijbel staat. "Dan gaan mensen die de Bijbel niet kennen, denken dat het echt zo is." Hij had een punt. Maar meer nog waren we verrast over zijn boosheid over deze vervorming van het echte verhaal.
Waar ik in de dagtekst door werd getriggerd – en daarom eerst dat verhaal over goed en kwaad – is dat kleine woordje 'u' en het 'gij' dat tweemaal tot Noach wordt gesproken. Noach moet een ark gaan bouwen; híj moet die ark van binnen indelen in kamers of woningen en híj moet de buitenkant van deze drijvende levenskluis bepekken, dus waterdicht maken.
Kijk, als het volk in de woestijn na hun gezeur en gemopper wordt gebeten door giftige slangen, dan moet Mozes een slang maken, ten behoeve van het volk; de redding is de escape ín het oordeel. Als God in woede uitbarst tegen het volk en er doden vallen, moet Aäron met het wierookvat tussen God en het volk gaan staan, ten behoeve van het volk. En zelfs als David gezondigd heeft met zijn volkstelling, moet hij een offer brengen om die verderfengel te stoppen, ten behoeve van het volk. En zo zijn er nog veel meer voordelen.
Nu gaat er een groots oordeel plaatsvinden en moet Noach iets gaan doen, om zelf uit dat oordeel verlost te worden. Dat staat eigenlijk heel dichtbij het bloed dat het volk Israël aan de deurposten moest smeren, in die laatste dodelijke nacht in Egypte. Dat bloed was een veilige schuilplaats tegen het oordeel. Daar zit dus een verschil met de geschiedenis van Noach en de ark.

Over die ark is al veel nagedacht. Er bestaat een mystieke aantrekkingskracht op dit voorwerp van behoud. Er zijn zelfs zoektochten gedaan op een berg die als Ararath zou kunnen worden aangemerkt; maar er werd eigenlijk niets speciaals gevonden. Het is apart dat het mandje (eigenlijk ook 'kistje' of 'doosje') waarin de kleine Mozes in de Nijl werd gezet ook diezelfde naam 'tebah' draagt. Verder komt dit woord nergens in de Bijbel voor. Wel het woord 'aron' dat gebruikt wordt bij de 'ark des verbonds' of 'ark der getuigenis'. Ook daar gaat het om een kist waarin spullen worden verzameld. In dat geval de wet, de staf en de kruik manna. In het geval van Mozes, de baby die was voorbestemd als leider voor de Exodus. En in het geval van Noach een kist of doos waarin de rassen van de aarde werden veiliggesteld.
Ark is eigenlijk afkomstig van het latijnse woord; in werkelijkheid staat er 'kist' of 'doos'. Het voert wat te ver om daar 'doodskist' in te lezen, wat verschillende uitleggers wel doen. Het is eerder een kist van behoud. De ark in de synagogen, waarin tot op de huidige dag de thora-rollen worden bewaard, heeft de link met die ark in de tabernakel. In zeere zin kun je de functie 'behoud' wel aan de ark toekennen, maar dat heeft risico's. In Noachs en Mozes' geval snap je dat heel goed. Maar in het geval van de thora wordt dat iets gevaarlijks: de wet is dan jouw behoud? Nee! De wet maakt niet levend, maar doodt.
De link vanuit de ark naar Christus maken is daarentegen des te passender. In heel deze wereld is God bezig om Zijn kinderen te verzamelen in deze 'tebah' Christus. Zijn dood is ons leven; hoe intens en bijzonder hebben we dat dit jaar – zonder samen te kunnen komen in de kerk – beleden en gevierd! Als Gods oordelen losbarsten, bij Zijn komst ten gerichte, is Christus onze ark om de grote exodus, escape, in het oordeel te zijn. Een ark, met maar één venster: naar de hemel. Niet vreemd, omdat ons leven hier op aarde hoe langer hoe meer ook maar één venster kende: de hemel, waar Christus is.

Noach moest die ark op Gods bevel bouwen. Het is trouwens niet iets vreemds, dat Noach moest doen. God hoeft er ook niets specifiek bij uit te leggen, dan alleen de maten; die zijn buitengewoon; een kist of doos maken was een normaal gebeuren.
Je zou verkeerd kunnen interpreteren dat de mens dan ook zijn eigen behoud moet bouwen. Er zit dus een verschil tussen het Oude en Nieuwe Testament. In het Oude moest de mens met de wet op God gericht leven en zijn levensweg in veiligheid brengen door goede werken, vastgelegd in de wet. Maar in het Nieuwe Testament is het hele werk reeds gedaan. Het is alleen de vraag: wil je leven van genade? Of ga je het zelf fixen? Dat laatste is een doodlopende weg gebleken in het Oude Testament. Er moest iets anders gebeuren: God moest Zelf mens worden! Waarachtig mens tot in de dood toe!
Er zit nog één bijzondere lijn in de tekst. De ark moet worden opgedeeld in 'kamers', eigenlijk 'nesten' of woningen. Legt de Heere Jezus soms een link met deze ark als Hij zegt dat Hij naar het Huis van Zijn Vader gaat om er voor ons plaats (woning) te bereiden? In dat Huis zijn 'vele woningen'. Het woord dat in Johannes 14:2 daar wordt gebruikt is ook de metafoor voor de inwoning van de Heilige Geest in ons hart! Je zou het als een voorportaal van de hemel kunnen zien. Hij woont reeds in mij, totdat ik mag ingaan in Gods woningen, om eeuwig in Hem te wonen. De muis kreeg zijn plaats in de ark, evenal de giraffe. De kamers waren op maat gemaakt. En momenteel is Jezus nog druk bezig – ik zeg het aards en menselijk, maar Hij suggereert het wel – om de kamers pasklaar te maken voor ál Zijn kinderen. De dieren die uiteindelijk in de ark werden gebracht hebben die kamers echt niet staan bewonderen. Ze hebben hoogstwaarschijnlijk enkel instinctief aangevoeld dat er iets dreigde; maar het echte hoe en wat hebben ze niet begrepen. Toen ze hun eten van Sem of Jafeth kregen waren ze eigenlijk de omstandigheden alweer vergeten: ze vraten hun voer op, simpel omdat ze honger hadden.
Hoe anders is dat met de gezaligden die ten hemel in zullen gaan: ze zullen eeuwig bewust en opgetogen bewondering hebben voor het kunstwerk dat Christus heeft gemaakt door Zijn dood tot heerlijkheid. En geloof me, die opgetogenheid is er niet pas dán; die breekt nu reeds door! Daar is vandaag al iets van te merken. 
Het gaat maar niet over een doosje paperclips! Het gaat over de eeuwige gelukzalige aanwezigheid van de Heere Zelf! Die heerlijkheid is er eentje van de allerbovenste 'plank'. De ark van Noach was ongeveer 135 meter lang bij 22 meter breed bij 13 meter hoog. Als je daar naast staat, val je wel wat in het niet. Maar de hemel is immens groter en zelfs die hemel kan God nog niet bevatten, begrenzen. Hoe groots wil je het hebben? Hoe heerlijk, heilig en hooggestemd zal dát zijn, bij Hem te wonen!

De aarde ruïneren of hemelsgezind wandelen?

Toen zag God de aarde, en ziet, zij was verdorven; want al het vlees had zijn weg verdorven op de aarde. Daarom zeide God tot Noach: Het einde van alle vlees is voor Mijn aangezicht gekomen; want de aarde is door hen vervuld met wrevel; en zie, Ik zal hen met de aarde verderven.
Genesis 6 : 12-13

De ruïnes van het gebombardeerde Rotterdam (1940) maken meer indruk op ons
dan de ruïne die wij van Gods schepping hebben gemaakt.
Ben jij ook zo gefocust op hoe zondig de wereld is? Iedereen doet maar waar hij zin in heeft, of althans de mensen in de wereld… In die of die kerk wordt nog zus of zo gepreekt, dus… Wat vind jij van mensen die goddeloos leven? Wat is jouw houding tegenover hen? En die vraag stel ik ook aan mezelf. Weet je, dat kwam zomaar boven bij het lezen van deze verzen: “Het einde van de mensheid is ‘voor Gods aangezicht’ gekomen…” Maar wat doet het me? Kijk ik er wel op de juiste manier naar? Komt het einde van de mensheid voor mijn ogen of voor die van God?

God heeft ons in 'de tijd' geplaatst om het leven overzichtelijk te maken. Dat wij uren en minuten kennen is wellicht een uitvinding van de mens, maar de tijd is een gave van God. Een bedenksel uit Zijn heilig brein. De geschapen mens kan de eeuwigheid niet aan; daar is wat anders voor nodig. Ook heeft God de materie bedacht. De mens is daar waar hij is, en niet ook elders. Daar moet je God voor zijn! Ook engelen zijn beperkt in het hun plaatsbepaling. Een engel wordt uit de hemel gestuurd naar de aarde; dat betekent dat hij niet én op de aarde én in de hemel is.
Iets van het nieuwe leven met de HEERE, waarin wij én hier én daar zijn, wordt realiteit als we wederom geboren worden en ín de hemel met Christus worden gezet. Dan wandelen we wel op de aarde, maar zijn tegelijk in de hemel. De geestelijke aanjager van ons bestaan wordt vanuit de hemel aangedreven. Omwille van de hemel leef ik nog hier, totdat ik wordt Thuisgehaald.
Deze overdenkingen kwamen boven toen ik nadacht over het woordje 'einde'. Het is de begrenzing. Dictatuur kan lang duren, maar is op een gegeven moment eindig, afgelopen. Heerschappij, waar we zo vol van kunnen zijn in de wereld of in de kerk, is eindig. Een ambtsperiode loopt af, de invloed (je motieven waarom je eigenlijk dit ambt bekleedde of die en die functie vervulde) houdt op en komt in andere handen.
De invloed op je omgeving verandert. Als je voorbidder was, verdwijnt er een voorbidder als je sterft. Voorbeeldfiguren zijn eindig. Soms is dat maar goed; juist als ze het zich zo erg bewust zijn… Soms ook is het een gemis. De geestelijke leiding valt weg; de predikant gaat en zijn bezielende preken verdrogen tot een enkele preekbeurt. Hoezeer was zijn prediking jouw gemoedstoestand? Hoezeer stond je op eigen benen?

Maar in de tekst van vandaag komt een heel ander aspect van de eindigheid naar voren. God beoordeelt de mensheid. Er staat "al het vlees had zijn weg verdorven op de aarde". Vanuit de Kanttekeningen wordt verwezen naar bijv. Jes. 40:6 "Een stem zegt: Roep. En hij zegt: Wat zal ik roepen? Alle vlees is gras en al zijn goedertierenheid als een bloem des velds." Dat extra woordje 'het' viel me op. Er lijkt hetzelfde te staan in de grondtekst; dus 'alle vlees' is hetzelfde als 'al het vlees' – althans zo lijkt het – maar toch vond ik het vreemd hoe het er vertaald staat. In de BasisBijbel staat er respectievelijk 'alle mensen' en 'de mensen' (als geheel).
'Het vlees' heeft in het Nieuwe Testament een andere lading: dat stelt zich tegen 'de geest'. Ik blijf aarzelend nadenken over deze woorden. Want; de dagtekst eindigt met "en zie, Ik zal hen met de aarde verderven". Dit is in het grondtaal een woord-voor-woord de volgorde van wat het er staat (waar een stipje tussenstaat is een aaneengesmolten woord): "en·Hij-is-kijkende   Elohim   de·aarde   en·zie!   ze-was-geruïneerd   dat   hij-ruïneerde.   alles-van   vlees   weg-van-hem   op   de·aarde." 
Dit is precies het tegenovergestelde van de schepping. God maakte, schiep, boetseerde en riep tot leven, het leefde en deed wat Hij ermee had bedoeld en Hij zag het, dat het zeer goed was. Nu ziet Hij dat het zeer niet-goed is geworden en dat Hij het daarom weer moet afbreken, ruïneren, omdat het alles bedorven had op aarde. Tot overmaat van ramp had 'al het vlees' die aarde zo volgestopt met verderf, dat God met eerbied niet meer aan afvalscheiding kon doen. De aarde werd met 'al het vlees' geruïneerd, vernietigd.

Die goddeloze man of vrouw in jouw straat, of naast je in de kerk (vroom-zonder-God is ook goddeloos) doet niet iets met jou in eerste instantie, maar met dat wat God gemaakt heeft en dus met Hém Zelf! Hij had het vrij gelaten; nee, ik zeg niet dat Hij het een vrije wil had gelaten na Genesis 3. Maar het is evenmin zo dat Hij het met geweld dwong om in Zijn wegen te gaan. De weg die Kaïn gaat getuigt van de vrijheid die God geeft. Wees eens eerlijk, lokt die vrijheid je aan? God laat je de keuze, veel meer dan veel zich reformatorisch noemende theologen willen doen geloven. Zij leren dat God slechts dode stokken en blokken oppakt; er als het ware een ander batterijtje in zet en dan lopen ze opeens op Zijn manier. Maar zo is het niet. De Geest werkt onwederstandelijk, maar dat is wat anders dan dat de Geest lukraak iemand oppakt en de rest laat liggen. God roept tot het heil, welmenend. En wie dat ontkent, met wollig vrome termologieën, ruïneert wat God van plan is.
God koos ervoor de mens terug te roepen. Hij liet het zelfs door Zijn zoon verkondigen, Die Hem uitschilderde als de Vader die op de uitkijk stond. Hij ketende de jongste zoon niet vast aan zijn deurpost, zodat hij niet kón weggaan. Het mensbeeld dat vaak gepredikt wordt is niet conform de Bijbel. Of Jezus heeft staan liegen. Zeg het maar…
Maar het is ook niet zo dat God maar een beetje schaapachtig staat toe te kijken naar een zich ruïnerende wereld en schepping. Hij roept vaak met Zijn Woord, maar soms met zand in onze raderen, zodat de economie plotsklaps stilstaat. En in het uiterste geval – maar dat is eigenlijk wel meer een oudtestamentische situatie, zoals in Genesis 6; let daarop! – brengt Hij de mens met grof geweld tot stilstand.
Om je een voorbeeld te geven: maak eens een optellijstje van de keren dat Judas werd gewaarschuwd door Jezus? Probeer maar eens zeven van die momenten te ontdekken. Je zult schrikken dat het er zelfs nog meer zijn! En toch trok hij zijn eigen pad, tot in het ravijn. Die vrijheid, los van God, die je denkt te kiezen, zal blijken een zich te barsten lopen tegen een granieten wand van godverlatenheid.
En dat terwijl Jezus op Golgotha die godverlatenheid in onze plaats heeft willen ondergaan: opdat wij nimmermeer van God verlaten zouden hoeven worden.

Die aarde zal met dat 'al het vlees' worden vernietigd. Zou God met dat 'al het vlees' misschien duidelijk maken dat ook die nazaten van Seth/Enos compleet vlees waren geworden? Ze waren zo mooi in de geest begonnen, maar in het vlees geëindigd! Er was dus geen onderscheid meer tussen de door God uitgekozenen en de van God weggelopenen. De momenten waarop dat onderscheid vervaagt tot bijna nul, zijn voor de wereldgeschiedenis uiterst dramatische momenten.
De bedrukking die wij op dit moment moeten ondergaan is bepaald niet in de eerste plaats bedoeld om ons te plagen. Het wordt ons ongemakkelijk gemaakt, opdat we dingen gaan laten en tijd voor bezinning overhouden. Blijkbaar waren we 'het vlees' aan het worden… Ja, die wereld natuurlijk ook, maar de aarde vertelt dat het probleem ook wordt veroorzaakt door mensen binnen de kerk. Die zijn degenen die het Woord van God horen en kónden weten! Dat is link! Sommigen van hen ruïneerden liever met hun getheologiseer in de marge, zodat ze die vervulden met hun verderfelijkheid. De Geest moet zwijgen; enerzijds doordat Hij wordt ontkend; deels doordat Hij wordt doodgezwegen in de prediking. En als de Geest wordt verzwegen wordt ook Zijn bron verzwegen. Immers, Hij neemt het uit Christus en zal het ons verkondigen. Maar als Hem het 'uit Christus meenemen naar ons toe' onmogelijk wordt gemaakt, droogt de werkelijke bron van de prediking op. Dan komt Christus onder een deksel te liggen en tast iedereen om zich heen, als was het duister. Dan gaan mensen (juist ook jongeren) zoeken, vooral buiten de kerk, of er wellicht dáár licht te vinden is. Als de bron van de Geest opdroogt, verdort de ziel.

Nog één vraag: wat doet het je als je dit ziet gebeuren? Wat doet het je als je ziet dat de boel geruïneerd wordt? Kijk je dan naar jouw eigen nadeel, de schade die ons land ondervindt of de belemmering die deze schade heeft op de welvaart van de wereld? Of peil je in deze ruïne het verdriet dat God wordt aangedaan? Neem je het als het ware voor Hem op? Of voor jezelf? Scherpt het je aan om hemelsgezind te wandelen en tegenliggers en meelopers te wijzen op de Heere en het doel van jouw levensreis? Dat deed Noach namelijk wel. Het verderf waar onze tekst over spreekt – de ongerechtigheid en het onrecht – staat haaks op de gerechtigheid waar Noach over preekte.
Bewogenheid met de wereld is niet los te koppelen van aanbidding van en diep ontzag voor de Heere van Wie deze aarde is, die we met z'n allen zo geruïneerd hebben vanwege ons gerief.
Die intelligente lockdown is voor veel mensen een hinderlijke situatie die hun comfortabele en maakbare leventje 'ruïneert'. De stilte van het opgesloten zijn, of de hectiek van 'alles thuis en ook nog onderwijs moeten geven terwijl de juf of meester een stille klas heeft' worden onterecht tegen elkaar uitgespeeld. Maar brengt de impact ervan nog wel wat teweeg? Of zijn we het grote aftellen al lang begonnen tot alles weer 'normaal' zal zijn? Het is maar zeer de vraag of dat 'normaal' dan wel echt 'normaal' zal zijn. Komt misschien onze hardleersheid even hard naar boven als in de dagen van Noach? Zijn we 'het vlees' dat zijn weg verdorven heeft en blijft verderven? Of zijn we op Gods uitdrukkelijk verzoek vervuld met de Heilige Geest en in Hem voorzien van alle goeds vanuit Christus. Verderven we niet de aarde, maar wandelen we in de hemel? Verlang je ook naar het einde van het vlees, de zonde. Om eindelijk helemaal zonder zonde je Schepper te kunnen loven en prijzen. Nooit meer te ruïneren, maar eindeloos te aanbidden. Hé, was dat het niet waarover God die laatste scheppingsdag zei: "En zie, het was zéér goed"?

maandag 13 april 2020

De wereld, ben ik het Heere? Of mag ik Uw stem voor haar zijn?

Maar de aarde was verdorven voor Gods aangezicht; en de aarde was vervuld met wrevel. Toen zag God de aarde, en ziet, zij was verdorven; want al het vlees had zijn weg verdorven op de aarde.
Genesis 6 : 11-12



Dit is koren op de molen van veel degelijke kerkmensen en predikers. Hier kunnen ze wat mee: de wereld is verdorven voor God. Preken en boeken vol met hoe verdorven de mens en de wereld wel niet is. Maar met al die beschouwelijke schijnbare waarheid blijven we zelf mooi buiten schot en maken we een karikatuur van Gods kijken naar deze wereld.

Als je de tijd vóór de zondvloed loskoppelt van Gods beloften in het Paradijs, dan was het de hel op aarde. De aarde (lees: de wereld) was verdorven. Alle vlees (lees: de mensen) was puur gericht op het hier en nu en wilde uit het leven halen wat eruit te halen was (zowel die kinderen van Kaïn als die van Seth!). Is het niet voluit ook onze tijd?
De wereld buiten de kerk kunnen we prima duiden. We stellen ons er met onze lifestyle in de kerk tegenover, wellicht zelfs boven. Alles van de wereld is zonde en goddeloosheid. Het zo zitten we in de kerk automatisch aan de goede kant van de streep.
Echter, we vergeten dat die wereld ook in het seculiere denken ín de vrome kerkmensen is genesteld. Je distantiëren van de wereld is niet hetzelfde als Christus volgen. Je terugtrekken uit de wereld is niet hetzelfde als een wandel in de hemel kennen!

De aarde was vervuld met wrevel. Dat woord 'wrevel' betekent geweld, onrecht, wreedheid of onrechtvaardigheid. Je zou er graag iets anders in lezen, misschien, maar het zijn zaken die ook in de kerk voorkomen, helaas. Onrecht en psychisch en religieus geweld (groepsdruk en frame-denken). Gezapigheid kan trouwens ook een vorm van geestelijk geweld zijn! Liever had je hier misschien gelezen: vulgaire zondigheid, brasserij, sexuele losbandigheid. Maar dat staat er niet. God gebruikt hier woorden die breder liggen en meeromvattend zijn.
Ook was de wereld niet verdorven in de ogen van de kerk. Maar 'voor Gods aangezicht'. Dat hing niet af van een uiteindelijk beoordeling die negatief uitpakte. Geen preek met een puntenlijstje van hoe zondig die wereld in onze optiek wel niet is; of een relaas over hoe goddeloos Noach die wereld ervoer. Maar 'voor Gods aangezicht'! Als Abraham wordt vrijgelaten in het Beloofde Land, dan sluit God een verbond met hem en zegt: "Wandel voor Mijn aangezicht en wees oprecht". Dus wees je bewust dat Ik er altijd bij ben, bij wat je doet en laat, spreekt of verzwijgt, denkt of corrigeert in je denken. Dus ook toen, toen hij deed alsof Sara zijn vrouw niet was! Of toen hij Hagar lichamelijk behandelde als zijn eigen vrouw, terwijl het tegen Gods belofte en gebod in ging!

Als God in onze tekst constateert dat de aarde verdorven is 'voor Zijn aangezicht', dan is dat een provocatie van de wereld tegen God, Die aanwezig is. Een klap in Zijn gezicht! Ze wéten dat God erbij is, maar doen alsof Hij lucht is. Ze doen alsof Hij er niet bij is en hen nodigt tot het heil. Zijn bescherming wordt bruut terzijde geschoven; Zijn welmenendheid wordt verdacht gemaakt door ongeloof; Hij wordt buitengesloten. Het aangrijpende is dat God dit laat gebeuren.
De Kanttekeningen leggen hierbij uit: "Dat is, openlijk, stoutelijk, vermetellijk zondigende, niet alleen zonder schaamte voor de mensen, maar ook zonder vrees voor God. Zie Gen. 10:9." In Gen. 10:9 staat over Nimrod: "Hij was een geweldig jager voor het aangezicht des HEEREN; daarom wordt gezegd: Gelijk Nimrod, een geweldig jager voor het aangezicht des HEEREN." Je proeft er de uitdagende hoon richting God in.


De tekst begint met "Maar de aarde…" Waarmee staat dit in contrast? Met wat er aan het eind van vers 9 staat: "Noach wandelde met God." Je snapt dat de Kanttekeningen dan wijzen op Henoch de nazaat van Enos: "Dat is, hij leidde voor God een heilig leven met een groten ijver en bijzondere gestadigheid, zich afzonderende van de goddeloosheid en boze zeden der wereld." En juist in die uitleg zit het gevaar dat we er een anti-wereldse levenshouding van gaan maken. Een beter leven dat we aan God kunnen aanbieden: wij mogen nog dit, wij doen nog dat en wij doen niet zus of zo, zoals de wereld. Bijna hoor je het refrein erachter: "Ik dank U dat ik niet zo ben zoals zij van de wereld…"

Daarom een paar vragen. Allereerst: Ben je je bewust dat diezelfde manier van denken (zij het met godsdienstige en vrome woorden) ook in de kerk zit? Dat ook kerkmensen met hun levensstijl doen alsof God niet is zoals Hij is: ongeloof, terwijl hen de welmenendheid van God wordt gepredikt; God voor leugenaar houden, als Hij zegt dat Hij niet wil dat zij verloren gaan en dan tegenwerpen dat de mens nu eenmaal alleen zonde is en God haat en zijn naaste niet liefheeft… Dat vraagt God helemaal niet als antwoord. Hij vraagt niet wat de mens allemaal kan (of juist niet kan), maar of je ook voor waar houdt wat Hij kan! Wat vind je van Zijn Zoon? Denk je dat Zijn offer voldoende is om niet alleen de hele wereld, maar ook jou met Hem te verzoenen? Die wereld dat zal nog wel gaan, maar kan Hij ook jou met Zichzelf verzoenen? Wat denk je?
Het tweede is: Hóe kijkt God naar de wereld? Ik bedoel dit: wie behoren er dan bij die wereld? En geldt Zijn belofte niet voor die wereld? Dus staat God daar eigenlijk te huichelen als Hij verzoening aanbiedt? Is God onbewogen over die wereld? Zegt Hij: als je niet wilt dan hoef Ik je niet meer!? Dus hóe duid jij dit kijken van God? Hoe vul jij dat in?
Daarmee samenhangend de vraag: Veegt God dan in één beweging die goddeloze wereld weg en begint Hij opnieuw met Noach, omdat die het wel goed doet? Veel reformatorische mensen zijn eigenlijk heel remonstrants in hun denken. Ze koppelen een lifestyle aan de genade en niet andersom. De mens moet de wet van God toch houden? Ja en nee. Daar in het Oude Testament, vóór Jezus' komst, wel. Alleen het is niemand in het Oude Testament gelukt. Zelfs Henoch, Abraham, Mozes, David, Elia of Johannes de Doper niet! Zeg me eens: waarom waren ze dan tóch vrienden van God en vrienden van de Bruidegom? Dat past dan toch eigenlijk niet in het plaatje van het remonstrantse denken? En daarbij: God maakt niet direct een einde aan deze wereld. Hij geeft hen nog enige tijd (120 jaar?) om zich te bekeren. Het heeft er alle schijn van dat zelfs die oude Methusalem nog tot op de zondvloed nodig had om zich te bekeren? Of is hij op zijn enorm hoge leeftijd in de golven omgekomen in ongeloof en wrevel, samen met Kaïns geslacht? Dus Gods barmhartigheid is er nog geruime tijd!
Tenslotte: Hoor jij bij de wereld of ben jij van een ander ras? Dat is een rare vraag! We hebben in deze coronatijd onze mond veel te vol van Gods oordelen over de goddeloze wereld. Dat voelt wel 'lekker', maar je blijft zelf buiten schot. Ben jij onderdeel van de wereld? En ben je dus – als je een kind van God bent geworden – bewogen met die wereld, waar jij deel van uitmaakt? Wat doet deze crisis met je? Ga je achterover leunen en kijken – met Jona – hoe God deze wereld zal gaan oordelen tot er geen kip meer rondloopt? Waar zul jij dan zijn? Of heb je juist een opdracht; juist in deze tijd, waarin de wereld superontvankelijk lijkt te zijn voor het Woord van God? Probeer geen passende antwoorden aan de wereld te geven, maar laat je alsjeblieft leiden door de Geest. Leef dicht bij de Heere, zoals Noach. En roep om woorden; want er is veel te spreken in deze tijd. De velden zijn wit om te oogsten. De Heere is waarlijk opgestaan; het graf is leeg. Er is leven mogelijk te midden van de dood. Je hoeft niet verloren te gaan, maar durf je ook over die verlorenheid te spreken? Die opstanding van Christus was maar niet een bovennatuurlijk foefje, dat je óf gelooft óf niet. Dat was een bewijs van God dat het ernst is.
Laat zowel Zijn naderend oordeel (bij Zijn wederkomst of als je eerder moet sterven) als Zijn aanbod van genade (op dit moment) klinken! Laat je ze eigenlijk wel klinken? Doe je wel wat? Er is werk aan de winkel! Of ben je alleen gefrustreerd over dat de kerkdiensten niet kunnen doorgaan? Je persoonlijke contacten niet kunnen zijn zoals altijd, met kletsen en roddelen, met lol of leegheid? De omstandigheden vooral ongerieflijk zijn en je niet kunt opgaan in wat je altijd deed? Ben jij het misschien die moet worden wakkergeschud door de crisis die de wereld treft? Vraag je af: "Ben ik het, Heere?"
En als dat niet zo is: Wie is het, Heere, die U op mijn weg plaatst? Wie mag ik vandaag over U vertellen en over de vrede van het in Uw Vaderhand geborgen zijn? De wereld wacht…

vrijdag 10 april 2020

De impact van de zonde op de schepping

En de HEERE zeide: Ik zal den mens, dien Ik geschapen heb, verdelgen van den aardbodem, van den mens tot het vee, tot het kruipend gedierte, en tot het gevogelte des hemels toe; want het berouwt Mij, dat Ik hen gemaakt heb. Maar Noach vond genade in de ogen des HEEREN.
Genesis 6 : 7-8 

De hele schepping zucht…
Was Noach een mens of een dier? Een rare vraag, maar het gaat erom dat we zien wat God hier doet. Natuurlijk was Noach een mens. Maar God neemt Zich voor om vanwege de zonde van de mensen ook de beesten te verdelgen. En direct bij het oordeel daagt de genade: er is iemand die genade krijgt. Niet een onnozel en willoos dier, maar een mens, die mede de oorzaak is van deze toorn van God.

God neemt Zich iets voor, als Hij kijk naar wat de mensen ervan hebben gemaakt. Met name de kinderen van Enos! Wat God Zich voorneemt blijft voor de mens wel geheim, maar het wordt kenbaar in de hemel. De engelen en ook Abel en de toen reeds overleden heiligen moeten hun adem hebben ingehouden. Wat gaat God nu doen? En hoe moet het dan met de belofte van de Messias?
Het is opmerkelijk dat Paulus de Messias Jezus Christus beschrijft als Iemand die 'het handschrift dat tegen ons was' uitwist; terwijl de Heere hier laat zien dat Hij de mens en de wilde en tamme dieren op de aardboden wil uitwissen. 
Eerder had God gezegd dat de mens zou sterven als hij van de verboden vrucht zou eten. Maar het gebeurde niet direct. Alsof God Zich beraamde op iets… Zich iets herinnerde vanuit de eeuwigheid, de Raad des Vredes. De mens nog genade liet vinden… maar genade is een uitgestelde rekening. Iets moet dat debet-saldo gaan dekken, wil niet de mens zelf tóch voor de kosten opdraaien. Jezus Christus ging dit debet saldo compleet crediteren, aflossen; ja, meer dan dat!
Er is momenteel veel te doen over de houding van Nederland over leningen aan erg getroffen landen in deze coronacrisis. Buffers zijn mooi, maar moeten ook weer aangezuiverd worden, wil niet de totale economie van Europa instorten. En sommige landen lijken een bodemloze put. Maar als je in Genesis 6 naar de mens sinds Genesis 3 kijkt, is hij ook een bodemloze put. God kan er een eeuwigheid aan genade ingooien maar je zult nooit 'plons' horen.
De zonde heeft de mens verticaal in schuld gezet bij God, maar horizontaal bij de schepping. Wat de slangen in de woestijn beten – toen het mopperende volk van Israël werd gestraft – ging absoluut dood. Een slang kan niet helpen; alleen verderven. Zo kon de mens zijn taak niet meer uitvoeren. En zijn opeengestapelde zelfverheffing en goddeloosheid nam de hele schepping ook mee in het oordeel.
Het ganse schepsel zucht, zingt Paulus over de eindtijd. Wij moesten goede rentmeesters zijn, de aarde bouwen (bewaren was er niet meer bij; zie Genesis 3). Maar het breekt ons bij de vingers af. 
Dát is overigens niet ons grootste probleem. We zijn omgeslagen in onze taak en buiten de aarde en haar geschapen ecologie uit! Dát is het probleem waar we vandaag tegenaan lopen. Het milieu in al haar geledingen is afhankelijk van de mens. Als de mens kapt en niet aanpoot loop je het grote risico dat gebieden kaal, droog en schraal worden. Als dieren om gewin bejaagd worden, loop je het risico dat soorten uitsterven. Die dieren zoeken óf hun heil elders uit angst, of keren zich tegen de mens die hen bedreigt. Als dat laatste het geval is, zeggen we: ja de mens moet hem wel uitroeien, want hij vormt een gevaar voor ons. Maar is dat zo?
Nu zou je verwachten dat de Heere de mens zou uitroeien omdat die een gevaar vormt voor de dieren. Maar dat gebeurt niet. Zelfs de dieren moeten mee in het oordeel. God heeft een grote afkeer gekregen van het gedrag van de mens. Ja, die nazaten van Enos met name! Zij verwierven zich een naam en buitten de schepping uit. De schepping zuchtte tóen al!
Wat als de hele schepping zou worden uitgeroeid? Ging de Heere dan opnieuw beginnen? Was de aarde opnieuw woest en ledig en zette een nieuw Genesis 1 zich in? Nou, het nieuwe begin dat de Heere hier maakt is anders. Kijk maar: Noach vond genade in Gods oog. God koos Noach uit, maar liet tegelijkertijd nog genadetijd voor de overige mensen over. Dat aspect moeten we niet uit het oog verliezen. Noach gaat bouwen én 120 jaar lang preken. Kijk maar in 2 Petrus 2 vers 4-5: "Want indien God de engelen, die gezondigd hebben, niet gespaard heeft, maar, die in de hel geworpen hebbende, overgegeven heeft aan de ketenen der duisternis, om tot het oordeel bewaard te worden; en de oude wereld niet heeft gespaard, maar Noach, den prediker der gerechtigheid, zijn achttal bewaard heeft, als Hij den zondvloed over de wereld der goddelozen heeft gebracht"
Zou de crisis van vandaag ons hierin ook iets willen leren? Laat ik het anders zeggen: Wil God ons wellicht door de crisis iets laten zien over ons wanbeleid, zodat we onze schuld belijden en ons bekeren, ook in ons handelen met de dieren en de schepping? Nee, ik ben geen milieuactivist. Maar ik denk dat veel mensen die niets met milieuactivisme hebben onjuist en uitbuitend met de schepping omgaan. Ga niet zeggen dat dat de oorzaak van de crisis niet is. Best mogelijk. Maar doe er wel iets mee, want het kan onmogelijk zo zijn dat we het luchtruim verzieken door snoepreisjes per vliegtuig voor een paar tientjes, vele hectaren bos kappen voor een wegwerpmaatschappij en talloze bergen electronisch afval wegstoppen in arme landen, zonder zelf deze milieu-boemerang een keer vol in ons leven terug te krijgen. De mens bouwt zich een stad Henoch ten koste van Gods schepping. Het blijft altijd nog Gods schepping…

donderdag 9 april 2020

Ben je 'iemand van naam' of 'van Iemand'?

“Toen berouwde het den HEERE, dat Hij den mens op de aarde gemaakt had,
en het smartte Hem aan Zijn hart.”
Genesis 6 : 6

Dit drieluik van Jeroen Bosch (Tuin der Lusten) is op statenvertaling.net gekoppeld aan Genesis 6:2. Vogels waren in de middeleeuwen symbolen van liefde en lust. Wellicht heeft Jeroen in dit schilderij daarom veel vogels verwerkt.

Daar zijn al wat een theorieën op losgelaten: dat God berouw kan hebben. En dat er reuzen waren en zo meer van die vragen. Mensen willen vaak het zogenaamde fijne ervan weten, maar is dat waar de Bijbel ons toe aanzet? Is een crisis over het rijke westen een ding waarmee je moet uitvinden wie de schuldige is of wat de reden van God kan zijn om dit te doen? "Wie heeft er gezondigd?" vroegen de discipelen aan Jezus toen ze een blinde man zagen zitten. "Zijn ouders of hij zelf?" Jezus liet een veel treffelijker weg zien.

Nog even terug naar de vorige overdenking. Daarin zei ik dat God nadacht over een straf, niet in de eerste plaats vanwege de zondige wereld, maar vanwege de geseculariseerde kinderen van Hem. Daar wil ik aan de hand van de vorige verzen even iets bij uitleggen. In vers 1 staat dat "de mensen op den aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden". En met die mensen worden hier Kaïns nazaten bedoeld. Zij vermenigvuldigen en krijgen dochters; dat is op zich netjes volgens het bevel van God. Hij had de mens opgedragen zich te vermenigvuldigen. Dieren doen dat sinds de zondeval instinctmatig, maar mensen hebben daar ook hun verstand en motieven bij gekregen. Een ziel die nadenkt bij wat hij doet. Alleen wát zij voortbrengen wordt een gevaar. Hoe gaan Seths nazaten daarmee om? Moeten zij daar wel iets mee? God had op zich geen scheiding aangebracht in de mensheid. Dat had de mens zelf gedaan. Kaïn was weggelopen en Enos was de Heere gaan dienen, in het spoor van Abel.
In de volgende teksten zijn niet de nazaten van Kaïn de handelende personen, maar de nazaten van deze Enos! "Gods zonen zagen de dochteren der mensen aan" "zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkozen hadden". Net als Eva: zij zag en nam… en zij gaf aan haar man en hij zag en nam! De kinderen van Kaïn willen genomen worden, maar de kinderen van Enos zijn degenen die deze wens vervullen.

In vers 4 staat ook zo iets, waar je zo overheen leest. Het beschrijft dte tijd dat "Gods zonen tot de dochteren der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden…" De nazaten van Enos hadden kinderen verwekt. Zij zijn de handelende personen. Zij waren geïmponeerd door de reuzen die er onder Kaïns nazaten waren. Ze dachten daar hun eigen veiligheid mee te waarborgen, door zich met die te vermengen. En of dat nu mensen van tien meter hoog waren of geweldig imponerende karakters, laat ik even buiten beschouwing. Waar het mij om gaat is dat Enos' kinderen dus bewust gebruik maken van de wereld om er hun genot en gerief mee te bevredigen. Het mooie, uitdagende uiterlijk van de meisjes en vrouwen van Kaïns clan als ook de sterke en zich opwerkende genen die hij had weten te ontwikkelen.
De kinderen die daaruit voortkwamen noemt de Bijbel "mannen van naam". De Kanttekenaren kleuren dit plaatje in met "Dat is, vermaarde, beroemde mannen, die naar het oordeel der wereld grote dingen hadden uitgericht; gelijk daartegenover gesproken wordt van mensen van geen naam, Job 30:8, waar staat: "Zij waren kinderen der dwazen en kinderen van geen naam; zij waren geslagen uit den lande"." Er ontstonden niet zozeer Goliaths, maar slimme en intelligente mensen die van zich lieten horen; die wat in hun mars hadden en aanwijsbare daden konden stellen waarop ze zich konden beroemen. Trots is een geraffineerde vijand die zich in vele mooie vormen kan uiten. Carrière maken is zo'n valkuil; een topfunctie en topprestatie leveren waar verhalen over te vertellen zijn. Ja eigenlijk alles waarom mensen je zouden roemen (intelligentie, zachtmoedigheid, wijsheid, eruditie, handigheid, vakkundigheid, netheid, toegeeflijkheid, nederigheid, zorgzaamheid, actiefheid, stiptheid, vroomheid etc.) kan een 'man of vrouw van naam' van je maken. Dat is deels wat mensen met je doen, maar deels ligt het ook van jezelf, want je kúnt het nuanceren, maar wil je het ook? Als je zo'n naam maakt, stelt de Bijbel je gelijk aan de geweldigen die er altijd al zijn geweest (vers 4): "die vanouds geweest zijn".

Ben je daarmee een nazaat van Kaïn geworden? Nee, maar je prijst de Heere niet en je maakt ook niet dat anderen jouw Schepper gaan loven en eren. En daarom raakt God vertoornd. Daarom had God berouw. Niet over de weg van Kaïn, al heeft Hij daarover ook verdriet; maar over de weg van Enos' geslacht die 'Gods zonen' worden genoemd. Zeg maar de kerkmensen die het zouden moeten kunnen weten, maar het niet doen! Ze maken zich belangrijk met hun gezift, maar blokkeren de Geest.
De woorden "het berouwde den HEERE, dat Hij den mens op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem aan Zijn hart…" zijn niet iets om spitsvondig uit te pluizen, maar om tot je door te laten dringen. Het gaat er niet om dat je kunt vertellen hoe het precies zat met die wezens op aarde, maar dat je even uitzoomt en zie dat God boven alles staat en… er iets van vindt! Je zou deze teksten met huiver moeten lezen. Doe je dat ook? God vindt er dus iets van. Niet onze waarneming is leidend, maar Zijn waarneming is geldend.
En als God in Zijn hart is getroffen roept dat enerzijds toorn op, maar anderzijds daagt de barmhartigheid al weer. Want de mens gaat daar zelf niet uitkomen. Moet de mensen zelf zijn verslaving aan sex opgeven? Zijn hang naar uiterlijke schoonheid? Naar 'er mooi uitzien', 'het leven van een (film)ster leiden' en 'aanzien generen met snel veel geld verdienen'? Moet de mens zelf zijn gedrag aanpassen dat de schepping uitput voor zijn eigen comfort? Ach, daarmee houd satan de mens in een wurggreep. De mens moet niet zelf 'een man van naam' worden, maar moet zich overgeven aan 'De Man van Naam', Die, om zondaars te bevrijden, zó zwaar wou lijden! Alleen Hij is machtig dit weer op orde te brengen. Hij moet wassen (groeien) en wij minder worden. Niet in slaafse onderworpenheid, in stofhappende deemoedigheid en zelfvernedering (want dat staat gelijk aan trots en hoogmoed), maar met de bede "Gedenk mijner nu U in Uw Koninkrijk bent gekomen".
Kinderen Gods die 'naam maken' zijn een gevaar voor Gods Koninkrijk. Het roemen van gelovigen staat haaks op het loven en prijzen van God. In oppervlakkig evangelische kringen zijn het bijvoorbeeld tv-dominees die aanbidders kennen, in zwaar-reformatorische kringen kunnen het zomaar predikers en vrome praters zijn die zich een naam maken.
Hoe hoog wordt het kruis van Christus opgeheven in de levens van christenen? Of wordt de levensstijl van de christen hoog opgeheven? Is het dat schijnheilige "Ben ik het Heere?" of het ootmoedige "Ik ben die man of vrouw."
Die hele crisis van vandaag lijkt volgens sommige mensen vooral kerkmensen te treffen. Nee, ik ga niet met vingers wijzen, maar gaat er in de landelijke pers ook iets gesignaleerd worden van het resultaat van deze crisis in de vooral zwijgende kerk van vandaag? Schrijven Telegraaf, Volkskrant en AD (en natuurlijk ook RD) over mensen die tot God roepen en vertellen wat God aan hun hart heeft veranderd? Wordt de naam van Christus weer openbaar verkondigd in de kerk (!) én in de wereld (in plaats van de wet of de wetteloosheid)? Wordt er onomwonden een goed woord van Hem doorgegeven? Of hebben we alleen maar een boodschap voor eigen kring?

zaterdag 4 april 2020

Ben je geest of vlees?

"Toen zeide de HEERE: Mijn Geest zal niet in eeuwigheid twisten met den mens,
dewijl hij ook vlees is…"
Genesis 6 : 3a


Het lijkt alsof ik opeens een hele sprong maak in deze serie bijbelstudies, maar dat heeft twee redenen. Allereerst kwam ik erachter dat ik in 2015 al een serie had geschreven over Kaïns familie; dat herinnerde ik me niet meer. Ten tweede wil ik niet te zeer blijven hangen in Kaïn, maar wilde in deze serie 'oordeel en reactie' ingaan op een repeterend probleem.

Toen ik allerlei dingen opzocht over de namen van Kaïns nazaten, kwam ik daar niet echt verder mee; plots stuitte ik op een van mijn vorige bijbelstudies, juist over die namen! Het was me totaal ontschoten dat ik daar ooit al over had geschreven. Je vindt die serie hier: ze lopen van 24 juni 2015 tot en met 5 augustus 2015. Ik besloot dit te laten rusten.
Het geslacht van Kaïn gaat zijn eigen kant op en dat doet de Heere verdriet. Eén van de nazaten van Kaïn wordt Mechujael (weggevaagd of verdoemd door God) genoemd. Lekkere naam! Daarmee leggen ze, evenals Adam, het balletje bij God neer! Ze zijn 'van God los' zou je kunnen zeggen. Moeten we de tekst van vandaag dan lezen in die context? Nee. Er staat een groots oordeel op stapel. God wil 'opnieuw' beginnen. Maar dat is niet in de eerste plaats vanwege die goddeloze Kaïnieten. Al werken zij natuurlijk ook weer niet mee aan de zichtbaarmaking van Gods Koninkrijk.
Er is een nieuw geslacht ontstaan: de nazaten van Seth en Enos. "En denzelven Seth werd ook een zoon geboren, en hij noemde zijn naam Enos. Toen begon men den Naam des HEEREN aan te roepen" (Genesis 4 : 26). Is dat het nieuwe begin? Leeft dat geslacht volgens Gods wet? Even daar gelaten dat de wet van God nog niet bestond, maar je begrijpt dat ik bedoel 'overeenkomstig Gods wil'. De mens wist prima hoe hij God moest dienen. En wat is er een vreugde in de hemel geweest over een heel geslacht dat de Heere wél ging aanroepen. De engelen hebben gejuicht. Het leek mogelijk om buiten het paradijs met de Heere te wandelen. Henoch is er het prachtige bewijs van.
Maar alles wat buiten het paradijs goed lijkt te gaan, staat open voor het bederf van de zonde.
Waarom willen mensen zo graag volgens de wet leven, de wet naast hun leven kunnen leggen? Omdat ze dan tegen God kunnen zeggen: kijk, Heere, nou doe ik het goed. Op deze manier lukt het me. Het houden van de wet wordt in het verziekte brein van de mens altijd een verdienmodel. Het is eigenlijk onbegrijpelijk dat we daar in de kerk nog steeds in blijven hangen. En nog geheel onterecht en tegen de Schrift in ook! De aan Mozes gegeven wet was er zolang Christus nog niet was verschenen om mensen tot Zich te nemen. Die discussie laat ik nu even liggen, want die voert te ver voor dit moment.

Waar ik op wilde inzoomen aan de hand van de dagtekst is dat God ergens boos over is: de mens is vlees geworden. Dat moet je goed begrijpen, anders ga je een verkeerde kant uit met de tekst. Elk mens is 'vlees', een levend wezen. Maar hier wordt – de Kanttekeningen zijn er helder over – bedoeld hoe het geestelijk met hem staat: hij is vlees. En lees goed: 'ook' vlees. Wat betekent dat?
Ik heb er wat over gelezen en ik zou zeggen, ga jij dat ook doen. Wat ik merk is dat mensen als Kuitert – en andere theologen die vol Schriftkritiek zitten – dit woord voor 'vlees' puur willen betrekken op de spiermasse van het menselijk lichaam. En dat is niet onjuist, maar het is niet alléén dat! Dit kwam ik tegen over het woord 'vlees' dat hier gebruikt wordt (basar):
"Dit basar is de zetel van alle sensaties en de informatie die wordt geleverd door de vijf zintuigen: maar het wordt ook gebruikt (in Psalm 84:2) voor een geestelijk verlangen naar de levende God."

Dat laatste is hier in de tekst aan de hand. Het geslacht van Seth begon goed. Ze riepen de Heere aan. Je zou kunnen zeggen dat ze een godsdienst begonnen die wél gericht was op God. Daarin was 'basar' nog een innerlijk dat verlangde naar de levende God; het Nieuwe Testament noemt dat 'geest'. En in die gerichtheid van het geslacht van Enos distantieerden ze zich van het geslacht van Kaïn. In die tijd leefden Adam en Eva ook nog, maar hoe hun rol was, weet ik niet. Je zou verwachten dat Adam de leiding had. Goed mogelijk. Toch wordt dit 'andere leven' vooral gekoppeld aan Seth en Enos.

Maar waarover was God dan zo verbolgen en teleurgesteld? Dat staat in de eerste twee verzen van Genesis 6, waar we lezen: "En het geschiedde, als de mensen op den aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden, dat Gods zonen de dochteren der mensen aanzagen, dat zij schoon waren, en zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkozen hadden."
Niet de goddeloze leefstijl van Kaïns geslacht wordt voor de Heere oorzaak van Zijn toorn en oordelen. Al speelt dat op de achtergrond natuurlijk wel mee! Maar de kern van Zijn teleurstelling en toorn zitten in het feit dat Enos' geslacht 'ook vlees' wordt… ook eensgeestes wordt met Kaïns geslacht. Wat reeds onder het oordeel ligt, straft God niet zomaar. Dat komt nog.
Echter, wat klaar ligt voor de hemel, maar zich toch door laksheid en clichées schuldig maakt aan secularisatie en werelds denken, dát roept Zijn straffen op. Niet om hen te verdoemen en weg te vagen, maar om hen op te roepen tot bekering.Nee, de Heere breekt de oorzaak van de zonde van secularisatie niet weg, voor Zijn wederkomst. Hij kijkt niet door Zijn vingers. Hij gaat juist heel bewust verder op de weg van de komst van de Messias, Die Hij gaat straffen in onze plaats.

Het hele gebazel over of de coronacrisis een oordeel van God is over de zonden om ons heen, buiten de kerk en het Woord, zal ons niets helpen. Je kunt zo heerlijk buiten schot blijven als je naar de goddeloze wereld wijst. Zeg maar 'naar Kaïns geslacht' wijst. Nee, ook niet als we heel 'deemoedig' buigen onder het oordeel; al is dat niet verkeerd, want Daniël deed dat ook; weliswaar hield hij zich vast aan de ontfermingen van God! Maar de kern van Gods ijver (de secularisatie die Hem tot jaloersheid wekt op een negatieve manier) zit in het lauwe gedrag van christenen. Ze hebben het druk over details in de marge. Maar ze zwijgen vaak over het heil in Christus, de heerlijkheid die wacht en de grootheid van de Heere.
Ze zien de kinderen der mensen bezig en denken: dat wil ik ook! Een riant huis, een flitsende auto, schitterende kleren en een gelikte carrière. Sinds wanneer is ons werk ons statussymbool? Er ligt op kleding, woning en werk een vloek sinds Genesis 3! En die zijn we fors aan het wegpoetsen. We zoeken vaak niet de afhankelijkheid van de Heere, maar de onafhankelijkheid en het comfort. Ons Facebook-, Twitter-, Instagram- of LinkedIn-profiel is daar vaak een groot getuige van. Of is het anders? Welk woord heb jij vandaag voor de wereld om je heen? En voor mensen die angstig 'de slip van je jas pakken' en roepen 'we willen met jou mee, want we zien dat God met je is!' (Zacharia 8:23). Ik weet dat die tekst allereerst wijst op de heidenen die tot Christus zullen komen. Maar ik zie vandaag in deze crisistijd mensen die opeens oog krijgen voor wat werkelijk waarde heeft. En gek genoeg kun jij als christen soms zomaar een 'ingang' hebben bij mensen die er voordien niet open voor stonden. De vraag is: wat heb je te vertellen? Ben je geest of vlees geworden?