woensdag 10 februari 2016

Als je Johannes een profeet noemt… wat dan?

De profeet Maleachi, geschilderd door Duccio di Buoninsegna; (1308-1311)


"Maar wat zijt gij uitgegaan te zien? Een profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet.
Want deze is het van denwelken geschreven staat:
Zie, Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U heen."
Mattheüs 11 : 9-10

Jezus is Meester van allen. Zo is Hij ook meester in discussies. Elk woord is enorm wijs gekozen. Het lijkt alsof er zomaar een rijtje wordt afgeroepen: "heen en weer wuivend riet, mens met zachte klederen, profeet", maar elk van die is bewust gekozen. Zo ook het woord profeet. Dat was voor de omstanders en toehoorders een zwaarbeladen woord: profeet!

De derde van de trits

Als derde in het rijtje noemt Jezus 'profeet'. "Wat komen jullie hier doen? Een wervelde prediker beluisteren? Een erudiet prediker aanhoren? Een visionair prediker bewonderen?" Ja, als het die twee vorige opties niet waren, zijn jullie hier dan vanwege het feit dat Johannes een profeet is? Profeet. Dat was Johannes inderdaad; de laatste (als je Jezus even buiten beschouwing laat). Johannes was de grensfiguur, de overgangsambtsdrager van profeet tot prediker. De priesterzoon die het ambt van priester vaarwel zei en doper en prediker werd. Hij was de portier van het Nieuwe Testament. De mensen hebben dat niet goed beseft en toch… en toch zagen ze iets bijzonder in hem. En precies daar gaat Jezus nu op in.

De gewichtigste titel

Profeet is een gewichtige titel. Met een ferme streek tekent Jezus hem uit vanuit de reeds vier eeuwen zwijgende profetieën als Hij Maleachi citeert: "Zie, Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die Uw weg bereiden zal voor U heen." Door een gewichtig profeet te citeren hangt Hij gewicht aan Johannes' persoon en optreden. En met dit citaat plaatst Hij indirect Zichzelf in het midden. Immers, Johannes is degene die Iemand voor zal gaan, voor gegaan is zelfs! Want hij zit in de gevangenis. En Jezus sluit hier ook aan bij de profetie van Johannes' vader Zacharias, die bezong: "En gij, kind, zult een profeet des Allerhoogsten heten; want gij zult uitgaan voor het aangezicht des Heeren, om zijn wegen te bereiden, om aan zijn volk te geven kennis van heil in de vergeving hunner zonden, door de innerlijke barmhartigheid van onze God, waarmede de Opgang uit de hoogte naar ons zal omzien, om hen te beschijnen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw des doods, om onze voeten te richten op de weg des vredes."
Met het noemen van de titel 'profeet' vat Jezus Johannes' ambt samen. Hij voorzag dingen: de komst van de Messias (al was het beperkt). Hij was tegelijk ook prediker; dat is ook de betekenis van profeet. Hij is een vertolker van Gods wil of woord. Elk woord dat Johannes sprak wat niet uit zijn duim gezogen, maar door Gods Geest ingeblazen. Dat gaf hem ook zo'n gewicht in zijn oordeel. Dat besef mag bij ons best weer eens meer doordringen.

Het zwaarste oordeel

Welnu, er zal geknikt zijn misschien, toen Jezus Johannes een profeet noemde. Ja, hij droeg een kamelenharen mantel. Hij had een opzienbarende levensstijl, haaks op de elite in Jeruzalem. Zijn woorden waren scherp, hard en met macht. En hij had het aldoor maar over de Messias, de bijl, de wan en bekering. Maar wat nu, als Johannes ook echt een profeet was? Wat nu als hij juist die profeet was, die Maleachi voorzag? Jezus citeerde slechts de woorden waar hij engel wordt genoemd. Maar Maleachi noemde hem ook Elia. En dat sloeg in!
Als hij dus werkelijk een profeet was – zoals Jezus Zijn toehoorders wilde laten concluderen – waarom hebben ze hem dan niet geloofd? En als hij dan werkelijk die profeet was die Maleachi had voorspeld, waarom geloofden de mensen Jezus dan niet, voor Wiens aangezicht deze Johannes was heengegaan?
Een preek naast je neerleggen is altijd een mogelijkheid. Maar besef je ook wat je dan naast je neerlegt? Een preek bekritiseren is altijd een optie, maar besef je ook hoe je dat doet? En als die preek terecht bekritiseerd wordt, krijgt dat dan gevolgen? En als een prediker zijn roeping niet verstaat en een rommeltje maakt van zijn preek of een huis-tuin-en-keuken-praatje houdt, dan mag hij daar toch op worden aangesproken? Het is niet om het even hoe we luisteren, het is niet om het even hoe we preken. Het gaat erom: wat doen we met Hem, voor Wiens aangezicht predikers uitgaan… de weg bereidend!