Maar opdat de wereld wete dat Ik den Vader liefheb,
en alzo doe gelijkerwijs Mij de Vader geboden heeft.
Staat op, laat ons vanhier gaan.
en alzo doe gelijkerwijs Mij de Vader geboden heeft.
Staat op, laat ons vanhier gaan.
Johannes 14 : 31
Als Jezus je uit je comfortzone roept en aan het werk zet |
Al eens eerder zijn we onsamenhangende verzen tegen gekomen. Vandaag een vers, waarover al meerderen hun hoofd hebben gebogen. Had het misschien niet moeten worden opgedeeld in twee verzen? Of houden die twee delen in de tekst verband met elkaar en strooit een vertaling zand in de ogen?
Het lijkt erop dat het gesprek van Jezus met Zijn discipelen ten einde is. Echter, we weten dat het nog minstens twee hoofdstukken door zal gaan. Evenwel is het tafelgesprek afgelopen en is Jezus weer een stap dichter bij Zijn – en eigenlijk óns – lijden!
Maar opdat…
Al direct het eerste woordje 'maar' roept een vraag op. Waar sluit dit bij aan? Met wat vormt dit de tegenstelling? Staat het in tegenstelling met het 'niet meer veel spreken' uit het vorige vers? Of het 'de satan komt eraan en heeft aan Mij niets'? Waarschijnlijk – maar er zijn veel meer mogelijkheden – zal het dat laatste zijn. De satan heeft aan Mij niets, maar dit zal allemaal gebeuren, zodat de wereld kan zien dat Ik Mijn Vader liefheb en gehoorzaam doe wat Hij mij heeft opgedragen.Toch is er ook nog een andere oplossing voor dit dilemma. Het kan slaan op al de dingen die hiervoor staan beschreven. Maar er zijn ook uitleggers die het naar de toekomst laten wijzen. De zin gaat dan anders vertaald worden: het woordje 'maar' begint eigenlijk een slotconclusie te vormen. Er zal van alles gaan plaatsvinden; de kwartjes zullen later op hun plaats vallen. Nu kunnen jullie nog niet alles bevatten. Maar… (het doel) laten we hier vandaan gaan (en aan het werk gaan), zodat de wereld zal kunnen gaan zien dat Ik Mijn Vader liefheb en doe wat Hij mij heeft opgedragen.
Zo heeft dat 'laten we van hier gaan' een directe verbinding met het voorgaande in dit vers. Het is daarom veel minder een 32e vers, maar het middel, waardoor de wereld iets ongelofelijk moois gaat zien, hoewel het gebeuren afzichtelijk zal zijn. Het kruis en de kruisdood van Jezus zullen de 'masterproof' zijn van Zijn onvoorwaardelijke verbondenheid aan de Vader. Hoe misvormend zijn de diverse films en romans of Jezus die moest lijden… die Hem tekenen als het grote Slachtoffer, daar Hij toch vooral een Schuldoffer was voor de zonde.
Laten we gaan…
Als je het de discipelen had gevraagd, dan zouden ze nog graaf uren en uren zijn gebleven in de opperzaal! Als was het alleen maar om het enge en onzekere uit te stellen. Dat sterven, waar Jezus over sprak, zou dan voorlopig worden uitgesteld. Nee, Jezus schudt ze met deze woorden wakker en toont hen dat het nodig is dat ze nu in beweging komen. Ja waarvoor? Zij komen in beweging om hun Meester de verlaten als het erop aankomt. En Petrus komt in beweging om zijn Meester in de weg te staan en zelfs te verloochenen! Maar… tegen die zwarte achtergrond zal alleen maar sterker uitkomen dat Jezus Zijn Vader onvoorwaardelijk trouw blijft.Laten we die oproep van Jezus nog eens even op onszelf betrekken. Hoeveel stellen wij in het werk om het hier en nu comfortabel en vast te maken? Hoe sterk zijn wij gebrand op het 'vanhier gaan'? Hier is ons Vaderland niet, toch? Als Jezus eens tegen jou zou zeggen: "Kom, laten we vanhier gaan…", wat zou dat in je hart teweeg brengen? Zou je gaan tegensputteren? Zou je slaafs achter Hem aanlopen, omdat Hij het nu eenmaal van je vroeg? Of… zou je opspringen en roepen: “Eindelijk!”
Jezus zegt: “Laten we vanhier gaan…”. We… wat voor mensen zijn dat? Mensen die er klaar voor zijn? Op dat moment misschien allerminst. Maar later zouden ze gaan, wanneer Jezus hen riep, en waarheen Hij ze riep. Met graagte! Dat is de beste houding. Gereed staan. Vandaag. Alsof Hij elk moment kan komen. Maar ook alsof Hij elk moment kan roepen: “Ga naar die en die plek, en 'voeg je bij de wagen'…” Met dat woord doel ik op wat God tot Filippus zei, die zich bij de Moorman moest voegen. Maar dat geldt voor ons elke dag: als God je een duwtje geeft om die of die aan te spreken; of als Hij iemand voor je zet, die tegen je begint te praten, vragen begint te stellen. “Kom, laten we vanhier gaan”, dat is: kom uit je confortzone en ga aan de slag. Werk aan de winkel!