dinsdag 7 maart 2017

De vader maakt alles in gereedheid

"Toen stond Abraham des morgens vroeg op, en zadelde zijn ezel, en nam twee van zijn jongeren met zich, en Izak zijn zoon; en hij kloofde hout tot het brandoffer, en maakte zich op, en ging naar de plaats, die God hem gezegd had."
Genesis 22 : 3
           
Abraham en Izak op weg naar Moriah

Een loodzware morgen breekt aan; de dag die het begin is van de definitieve scheiding van vader en zoon. Het moet ervan komen, want God heeft het geboden. De bevelen van Abraham aan zijn knechten zullen afgemeten hebben geklonken, zonder ruimte voor waaroms en discussie; al zal dat laatste er in die tijd ook minder zijn geweest in familiekringen. Een oorverdovend en niettemin onuitgesproken 'waarom' kerft zich door Abrahams ziel. Of zal het een knagende onrust zijn geweest omdat hij wel voelde waar de schoen wrong?
Het is enerzijds zo jammer dat de Hebreeënbriefschrijver zoveel heeft geïnterpreteerd, terwijl de schrijver van Genesis er het zwijgen toe doet. Je kunt de vraag stellen: interpreteerde de schrijver van de brief aan de Hebreeën niet teveel en te gemakkelijk? We laten het staan, want het is Gods Woord, maar wel eeuwen nadien ingevuld in een bepaalde context.

Vroeg opstaan…

Abraham is al vroeg uit de veren; hoe zal die nachtrust verlopen zijn? Dat 'vroeg opstaan' komen we bij Jezus ook tegen, wanneer Hij de eenzaamheid zocht en de gemeenschap met Zijn Vader. Zou Abraham ook gebeden hebben: 'Indien het mogelijk is, laat deze drinkbeker aan mij voorbijgaan'? In ieder geval verwacht je toch een vertwijfeld gebed: "Heere, hoe moet dat nu met Uw belofte?" Of Abraham heeft gebeden weten we niet, maar het blijft helaas stil vanuit de hemel.
Het onomkeerbare dringt zich aan hem op. Hij zadelt zijn ezels, dat betekent: hij geeft het dier voldoende voer, maakt het reisvaardig en neemt eventueel voedsel mee voor onderweg. Elke riem die hij vastmaakt, elke knoop die hij legt, is een mokerslag in zijn gemoed. En toch… dwars daar doorheen moet er iets van onmogelijke hoop zijn geweest. Had die Hebreeënbriefschrijver het toch goed gelezen!

…knechten meenemen…

Misschien is een deel van dat werk reeds door de knechten gedaan. Misschien ook heeft Abraham het in zijn eentje gedaan, om wat om handen te hebben en zijn verwarde gedachten een beetje op orde te krijgen. Knechten… dat zijn het. Maar het trof me dat er staat: jongelingen.
Twee jongeren gaan mee in deze strijd. De Heiland zal er later drie meenemen, de Hof in. Ik heb nooit zo goed begrepen waarom Hij dat deed. Waren zij Zijn getuigen? Zoals Johannes later schrijft: "Hetgeen wij dan gezien en gehoord hebben, dat verkondigen wij u…" (1 Joh. 1 : 3a) Zullen ze Abraham tot steun zijn geweest? Waren de discipelen Jezus tot steun? Ik weet het niet; misschien moet je het dan vanuit Jezus' perspectief bekijken. Sommige mensen – ik herken dat – beleven moeilijke momenten liever alleen; anderen hebben mensen om zich heen 'nodig', soms om geen stilte te laten vallen, soms om te kunnen ventileren.

…hout kloven…

Voor het brandoffer heb je hout nodig. Dat moet goed worden gekloofd, zodat het snel en goed zal branden. Hoe meer dat hout wordt geschikt gemaakt, hoe meer het indruist tegen Abrahams gemoed. De vakmanschap die hij heeft ontwikkeld in dit natuurbestaan van deze wildernis wordt nu aangewend om zijn eigen vlees en bloed de dood in de drijven.
Hout weegt ook flink (als bagage). Een duif offeren kost minder hout dan een koe. Maar hoeveel hout heb je nodig voor een zoon van rond de 15 jaar? Het hout dat in stukken wordt gekloofd is misschien wel afkomstig van de bomen waarbij het kampement van Abraham is opgeslagen. Lang heeft het een beschermende functie gehad, maar vandaag vormt het het meest bedreigende dat hij zich maar kan indenken. Hoeveel temeer het kruishout voor God de Vader?!

…en gaan

Wat me zo opvalt is dat Sara nergens in beeld is. Heeft Abraham het haar wel verteld? Er zijn bronnen die doen vermoeden dat dat inderdaad niet is gebeurd. Dat Abraham verzwegen heeft wat hij gaat doen en – om vragen te voorkomen – knechten meeneemt. Izak groeide grotendeels op in de tent van zijn moeder; dus er moet iets zijn gecommuniceerd tussen Abraham en Sara over hun beider zoon.
En nu gaan ze! Abraham, zijn twee jonge, sterke knechten en… Izak. Hij is de grote zwijgende aanwezige. Abraham zadelde zijn eigen ezel; Izak zal waarschijnlijk zijn eigen ezel hebben opgetuigd en bepakt. "Waar gaan we heen, vader?" Een zwaard ging door Abrahams ziel. "Naar een plek die de HEERE ons gaat wijzen, jongen." Abrahams oude ogen turen strak in de verte, maar zijn oren zijn gespitst als van een kat. Op de vragen van Izak, maar vooral op de aanwijzingen van de HEERE. "HEERE, waar dan heen? Tot U alleen…"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten