vrijdag 4 december 2015

Een bekeringsverhaal met extra resultaat

Standbeeld van Andrew Gray (1828-1917) in het Zuid-Afrikaanse Wellington, waar hij op 18 januari 1917 overleed.


En velen der Samaritanen uit die stad geloofden in Hem, om het woord der vrouw, die getuigde:
Hij heeft mij gezegd alles, wat ik gedaan heb.
Johannes 4 : 39

Twee uit een stad? Nee er staat velen uit die stad geloofden in Hem. Die hadden dan zeker wel een hele lange bekeringsweg afgelegd, door diepe dalen, langs de angsten der hel; het haar zal hen te berge gerezen zijn, geestelijk, nietwaar? Ze zullen de slaande hand des HEEREN wel zwaar hebben gevoeld; in de derde hel verworpen en opgetrokken tot in de zevende hemel? Ik weet niet wie al dat soort termen bedacht heeft, maar ze vinden geen basis en stramien in Gods Woord. Wel lees ik dat hier mensen van een afwijkend joods-achtig geloof tot geloof komen, nadat één van hun stadsgenoten iets bijzonders heeft meegemaakt. Copy-paste-gedrag, zoals je bij veel opwekkingsbijeenkomsten en in veel hypercalvinistische kringen tegenkomt? Een echte GerGem-bekering, zoals ik quasi-rechtzinnige mensen soms hoor zeggen? Laten we liever naar Gods Woord luisteren.

Een grote volksbekering

De vader en naamgenoot van de bekende schotse opwekkingsprediker Andrew Murray, die eveneens werkzaam was in Zuid-Afrika, heeft sterk gebeden om een opwekking maar moest er lang op wachten. L.J. van Valen heeft over hem een boek – 'Geworteld in Zijn liefde' – geschreven en ik citeer iets uit een gesprek met hem, dat voorin een prekenbundel van Murray staat.

"Hij was een veelzijdig en kleurrijk leidersfiguur die van grote betekenis is geweest voor de kerk in Zuid-Afrika. Met veel toewijding gaf hij leiding aan een grote opwekking die er in 1860 plaats had. Van Murray's vader is bekend dat hij veertig jaar lang naar een geestelijke herleving had uitgezien. Elke vrijdagavond trok hij zich in zijn studeerkamer terug om ervoor te bidden. Toen hij de wonderen zag die de Heere in tal van gemeenten deed, riep hij in tranen uit: „Dat ik dit nog mag meemaken..." Murray Jr. merkte in het pastoraat dat mensen zich min of meer gelaten neerlegden bij hun falen en hun inwonende zonden. Meer dan eens hoorde hij gemeenteleden zeggen: ,,We blijven tot het laatst zondaar, nietwaar?" Daar was hij het op zich mee eens, maar de manier waarop zulke uitspraken werden gedaan, wees hij af. Mensen namen er genoegen mee. Zij berustten erin. Ze gebruikten die waarheid als een dooddoener. Na een weg van zoeken en tasten ontdekte Murray dat de Heere ons veel meer in de heiliging wil geven dan wij ons bewust zijn. In de weg van gebed en Bijbelonderzoek breekt Hij de heerschappij van de zonde in ons leven af. Christus is niet alleen de Gekruiste, maar ook de Opgestane. Daarom kunnen wij door de kracht van de Heilige Geest vorderen in de genade. De zonde is er wel, maar hij heerst niet meer over ons"
Overwinningsleven is een ontspoord begrip geworden. Niettemin is het waar – we stonden daar gisteren op de MannenBijbelstudieVereniging in Schoonhoven bij stil vanuit Romeinen 6 – blijven veel mensen hangen in de zonde die nog steeds aankleeft. In Christus zijn we – let erop: in Christus! – meer dan overwinnaars. De zonde is er wel, maar heeft geen recht van spreken meer. Hij is ons tot vijand geworden; we zijn een nieuwe schepping geworden. Het weidt te ver uit om over deze materie verder te schrijven. Wat ik wilde onderstrepen is vanuit het leven van vader en zoon Andrew Murray de begeerte en het verlagen naar een opwekking. Een helder zien wat zonde is, wat zonde doet en waar wij staan – na ontvangen genade – ten opzichte van de macht van de zonde.
De stadsgenoten van de zondares uit Sichar kwamen tot inkeer door het verhaal over de ontmoeting met Jezus. Daarin werd haarscherp duidelijk hoe de Messias te werk ging: Hij zei haar – legde bloot – alles wat ze had gedaan! Eigenlijk is dat de vooruitgeschoven Jongste Dag. Sommigen spreken van 'de vierschaar in het geweten' – een term die een zeer gevaarlijk eigen leven is gaan leiden (evenals dat overwinningsleven), maar het geeft wel iets aan van de kern van de ontmoeting met Jezus. Oog in oog met Hem staan is 'niet meer weten waar je blijven moet, vanwege je zonde'. Maar daar staat geen punt, dat drijft onherroepelijk uit tot Hem, met Wie je oog in oog staat. De vrouw heeft dat ondervonden en komt van die ontmoeting vertellen, met alle gevolgen van dien! Al moet ik er direct bijzeggen dat niet ieder van die mensen uit Sichar kreeg te horen 'alles wat hij/zij gedaan had'. Er zijn er zeker geweest die bij die ontmoeting werden getrokken door de liefde van Christus. Niet ieder ondervindt hetzelfde als hij of zij tot geloof komt. En er zijn er ook die al van jongsaf de HEERE mogen vrezen en liefhebben. Zij zullen gaandeweg hun leven, op een gelijkmatiger manier worden gevormd!

Een goede voorbeeldhouding

Wat heeft die vrouw precies gezegd? Wat heeft ze precies ondervonden, meegemaakt, doorleefd. De Bijbel vindt het blijkbaar niet nodig daar verder over uit te weiden. De vrouw heeft gewoon letterlijk gezegd; "Komt, ziet een Mens, Die mij gezegd heeft alles, wat ik gedaan heb; is Deze niet de Christus?" Dat was blijkbaar voldoende om de mensen per direct in beweging te zetten. Haar woorden kregen impact door de Heilige Geest. En ik geloof zeker dat haar woorden niet helemaal theologisch feilloos waren gevormd; ze stonden ook nog eens haaks op de theologie over de Messias van die dagen! Dus haar woorden hadden zo'n beetje alles tegen wat je maar kunt bedenken. En kijk eens wat er gebeurt: ze laten alles vallen en snellen de stad uit. Niet één of twee, maar velen!
Er moet nog iets geweest zijn, al staat het er niet met zoveel woorden bij. Ze vertelde – lees het maar in onze tekst: "Hij heeft mij gezegd alles, wat ik gedaan heb". Vind je het niet merkwaardig dat zij in levende lijve daar in Sichar is teruggekeerd? Is het niet wonderlijk dat ze nog woorden weet te vinden? Hoe geslagen en door God verbrijzeld was ze? Ik lees er niets van. Ze stond daar, getuigde en was een levend toonbeeld van Gods barmhartigheid en genade. Besef je hoeveel impact dát heeft?
Het is in de gereformeerde gezindten trendy om een verbrijzelend imago van de Godsontmoeting te schetsen en dat anderen op te leggen als maatstaf en regel. Ik kan je verzekeren, deze Samaritaanse vrouw past niet in dát orthodox-gereformeerde plaatje. En toch maakt de HEERE haar tot een toonbeeld, een illustratie, van Wie Hij werkelijk is. De mensen vluchten niet weg, zoals Lot uit Sodom en later zelfs uit Zoar, maar ze snellen naar Christus toe. En het feit dat de vrouw haar stadsgenoten daar deelgenoot van wilde maken – het hen ook zo gunde om bij Jezus te komen – wekte nieuwsgierigheid, verlangen en zelfs aanbidding.
We kunnen met recht verlangen naar een opwekking. Het wordt tijd dat we ons kerkelijk denken – zowel ter linker- als ter rechterzijde van de Koninklijke weg – weer eens goed naast de Schrift gaan leggen. Want we kunnen wel een spectaculaire opwekking wensen, maar als we dat wensen met de afgoden van hyper-calvinistische rechtzinningheid of orthodoxe Godsvertekening dan is er weinig hoop op een opwekking. Die vrouw werd aangezegd wat ze gedaan had, maar ze bleef niet wie ze was! Welke les trek jij er voor jezelf uit?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten