De zoon van de boerenkoning - X
Jónathan nu zeide tot den jongen die zijn wapenen droeg:Kom en laat ons tot de bezetting dezer onbesnedenen overgaan;
misschien zal de HEERE voor ons werken; want bij den HEERE is geen verhindering om te verlossen door velen of door weinigen.
1 Samuël 14 : 6
Je zult wapendrager bij Jonathan zijn. Wat heb je dan een machtig werkgever! Je moet niet voor een kleintje vervaard zijn, maar het is één groot avontuur mét God! Geweldig!
Moet je nog even terug lezen, een paar verzen: vader Saul zit met een legertje van 600 man angstig weggescholen in de spelonken aan een ene kant van de Filistijnen. En Ahia, de oomzegger van Ikabod (Ken je hem nog? Hij werd geboren toen zijn vader de ark had meegenomen naar het oorlogsveld van de Filistijnen en daar sneuvelde; zijn moeder liet het leven bij de geboorte; en zijn opa Eli brak zijn neg; alles op 1 dag!. Hij werd dus als wees geboren haast!) was hogepriester (hij droeg de borstlap), maar onbereikbaar voor Saul en zijn leger. Hoe symbolisch: er zat een onoverbrugbare kloof tussen God en Saul. Een uitzichtloze situatie!
Maar daar gaat Jonathan. Hij maakt zich los van zijn eigen leger (zou hij dat nog wel gehad hebben?) en trekt er met zijn wapendrager op uit. De priester weet het niet en de koning evenmin. Hij kan het niet over zijn hart verkrijgen om niets te doen en angstig te gaan zitten koekeloeren naar de Filistijnen, wat die gaan doen. Stel dat je de wapendrager, het maatje, bent van zo’n aanvoerder, die niet kan stilzitten en passief gaan zitten zijn! Er is namelijk nood, de vijand lijkt een makkie te hebben en… dat zou een blamage voor de God van het verbond zijn!
Als ze een opening hebben gevonden tussen de legers van de Filistijnen, zoeken ze naar een plek om dichterbij te komen. Tussen twee steenklippen bevinden zich de legers en die klippen hebben namen: Bozez en Séne. Het zijn een soort Yin- en Yang-achtige namen: Bozez of Boses betekent ‘witter dan wit’ en Séne betekent ‘doornachtig’, gerelateerd aan het woord ‘senah’ dat wordt gebruikt voor de brandende braambos, uit het verhaal met Mozes. Juist een klip met doornstruiken en diepzwarte bramen. Zwart en wit dus!
Jonathan vindt – en hier blijkt ook zijn strategisch inzicht – een doorgang, om dichterbij te komen. Aanvankelijk wordt er nog gesproken over ‘overgaan naar’ het legerkamp van de Filistijnen, maar uit het vervolg blijkt wel degelijk dat ze ‘omhoog klauteren’. Jonathan kiest dus de meest kwetsbare weg. Het is vele malen gevaarlijker om verticaal, omhoog te klimmen naar een vijand, dan hem recht over land, horizontaal, aan te vallen. Jonathan kiest onverschrokken deze kwetsbare weg. En zijn wapendrager? Hij zal voor de Filistijnen fungeren als schietschijf…Gaat hij dat echt doen? Ja, in het volgende vers zegt hij tegen Jonathan: “Doe al wat in uw hart is; wend u, zie, ik ben met u, naar uw hart.”
Ongelofelijk toch? Maar in heel deze situatie kijken we ook Jonathan direct in zijn hart. Die wapendrager had er alle reden voor om Jonathan zo onverschrokken te volgen. Luister maar: “Kom en laat ons tot de bezetting dezer onbesnedenen overgaan; misschien zal de HEERE voor ons werken; want bij den HEERE is geen verhindering om te verlossen door velen of door weinigen.” Jonathan zegt hier vier belangrijke dingen.
Allereerst noemt hij die Filistijnen ‘onbesnedenen’. Dat is niet zozeer een scheldwoord, maar meer een aanduiding voor mensen die geen verbond met God hebben, of eigenlijk: met wie God geen verbond heeft gesloten. Jonathan verheft zicht niet boven hen, krachtens het verbond, maar hij pleit op het verbond dat God sloot en ziet er ook de grote rijkdom van. Hij brengt de rijkdom van het verbond in praktijk. En dat zal altijd Gods eer bedoelen!
Vervolgens gebruikt hij het woord ‘misschien’. Hij stelt zich afhankelijk aan de HEERE op. Hij erkent Hem als souverein, hoewel hij zelf een zoon van de souvereine koning is. Het militaire verkenningsplan dat Jonathan maakt, bakent hij af tussen Gods vrije wil: misschien zal de HEERE voor ons werken. Hij stelt ook ijkpunten in, die moeten gaan duidelijk maken wat Gods wil in deze is.
Hij stelt ook vast dat bij God niets onmogelijk is. Hij looft, terwijl hij in een uiterst gevaarlijke situatie zit, de HEERE om Zijn majesteit, macht en heerlijkheid. Met mijn God dring ik door benden en spring ik over muren, zo zou later David zingen. Jonathan houdt het voor mogelijk, zonder een riskant leven te leiden. Je zult van zo’n generaal de wapendrager zijn! Dan ben je gezegend!
Tenslotte kwalificeert Jonathan die almacht van God en laat daarmee zien waar zijn geloof op gegrond is. Hij zegt dat God niet alleen almachtig is en van grote legers gebruik maakt, maar dat Hij ook een overwinning kan geven met zeer weinigen. En daarom is er hoop van de wapendrager en Jonathan. Ging voorvader Ehud er alleen op uit, Jonathan neemt zijn wapendrager mee. En eerlijk, dat is toch mooier. Als je iemand aan je hand meeneemt en hem of haar Gods grote majesteit laat zien. Je neemt hem of haar mee om iets te zien en te proeven van Wie de HEERE voor jou is. Dat is eigenlijk zaaien met een enorme kans op vrucht! Vrucht voor de HEERE. In de gemeente zitten heel wat van zulke wapendragers, die wachten op zulke voortrekkers. Is er voor jou werk aan de winkel?
Ik vind vooral het laatste stukje heel mooi.
BeantwoordenVerwijderenJa, mooie lijn he? Opeens zie je die lijn! Boeiende materie!
BeantwoordenVerwijderen