vrijdag 16 juni 2017

Ik zocht naar mijn paard en ik zat erop

"Filippus zeide tot Hem: Heere, toon ons den Vader, en het is ons genoeg.
Jezus zeide tot hem: Ben Ik zo langen tijd met ulieden, en hebt gij Mij niet gekend, Filippus?
Die Mij gezien heeft, die heeft den Vader gezien; en hoe zegt gij: Toon ons den Vader?"
Johannes 14 : 8-9

Polemieken moeten er in de kerk zijn; ze houden haar wakker en scherp. De sfeer van lievigheid onder het mom van 'de ander uitnemender achten dan jezelf' dekt die waarheid niet. Dat gaat totaal ergens anders over. Het juiste begrijpen van Gods Woord roept verzet op. Let maar op: wanneer je een gemeentelid (geen goddeloze heiden, maar een vrome heiden dus) vraagt waarom hij of zij nog steeds zegt geen kind van God te zijn, dan komt er een krampachtig verzet met citaten uit Gods Woord of (en dat vaker) uit oudvaders.
De wereld zal vandaag de dag meestal reageren met "mooi dat jij dat gelooft; ik heb er niks aan"; de godsdienstige wereld (even verloren als die andere) reageert: "Ja, maar er staat toch ook" of "Dat gaat zomaar niet" of "Het moet je gegeven worden! Je kunt jezelf toch niet bekeren?" of "Je dwingt me haast te gaan geloven; zo werkt dat niet!". Linksom of rechtsom is de oproep tot geloof in de Heere Jezus Christus machtsverlies voor jezelf. Je blijkt dan niet zondaar in het grote geheel te zijn, maar voor eigen rekening te liggen, buiten God! En dat wil zelfs de extreemste ultra-calvinist niet accepteren; die wil alles dogmatisch en theologisch zo muurvast praten dat God uiteindelijk de schuld krijgt van zijn of haar eigen onbekeerlijkheid.
De vraag is: is Filippus ook zo'n degelijke prater? Ik neem je ook mee naar de Joden die met Jezus in discussie gingen in Johannes 10; want dat heeft er alles mee te maken!

Een prachtige belijdenis

Laten we voor alles vaststellen dat Filippus' belijdenis een geweldig mooie is! Puur en gepassioneerd. Je zou toch wensen dat alle gemeendeleden deze belijdenis voortdurend op de lippen hebben? "Toon ons de Vader en het is ons genoeg!" Want laten we wel zijn, het gaat ten diepste niet om Jezus, maar om Zijn Vader. De Heilige Geest voert naar Christus, maar Christus voert naar de Vader toe. Als er al onderscheid is in de Heilige Drieëenheid, dan is het zo dat de Vader regeert en Zijn eer is aangetast door onze zonde. Het zicht op de Vader zijn we kwijt, evenals Zijn beeld in ons! En daarom is het verlangen dat Christus ons de Vader laat zien een schitterend verlangen.
Dat zit er niet standaard meer in bij onze geboorte. Dat gaat verder dan van je zondenlast af willen komen (om gered te worden); daar zit namelijk ergens diepweg nog wel een soort eigenbelang in. Nee, je wilt dicht bij de Vader zijn, verlangt naar Hem. Zonder Hem kun je niet meer. Nou, wees eerlijk, er zal er geen een ter wereld zijn die zegt: ja, dat heb ik eigenlijk altijd wel gehad; ik heb dat wel van mijzelf.
Zelf weet ik dat dat verlangen er al heel jong was. Maar dat is wel ergens door opgewekt! De HEERE was al heel vroeg in mijn leven aan het werk (zonder dat je dan een gearriveerd christen wordt; alsjeblieft niet!). Gaandeweg mijn leven hebben mensen, die mijn pad kruisten, daar ook een rol in gespeeld. Je merkt dat je een klik krijgt met mensen die dit verlangen ook kennen. Andere contacten verwateren door de tijd heen, omdat die óf materialistisch gericht waren, óf geesteloos godsdienstig, óf te oppervlakkig (het is wel prima zo… we geloven en onze zonden zijn vergeven… klaar!). Alleen de vriendschappen die wederzijds voedden en opscherpen blijven bestaan. En al die vriendschappen werden op de een of andere manier gekenmerkt door dat verlangen naar de Vader. Het dieper kennen van Hem, Die ons heeft voortgebracht. Maar … niemand heeft ooit God gezien! Hoe zit dat dan?

Een scherp verwijt

Van dat niveau was Filippus. Ik denk dat het een goede vriend van ons zou zijn geweest. Filippus stelt tenminste die vraag, die een uiting is van zijn verlangen. Je gaat toch niet zitten wachten tot je eens verlangend gemaakt wordt? Je bent verlangend of je bent het niet. Ik zie jonge mensen in onze gemeente die uit een heel rechts kerkverband komen, maar die dat verlangen wel kennen; en dat verbindt direct. Je hebt er ook die zeggen: "Ik zou meer van dat verlangen moeten hebben; dus wat ik nu heb is nog niks" of "Had ik maar meer verlangen; ik bid er wel om, maar het komt niet". Dat is een stuk triester en een uitzichtloze soort van denken! Maakt die belijdenis van Filippus niets in je wakker?
Maar de wiskunde van Filippus bevalt Jezus niet. Hij krijgt een scherp verwijt. Filippus vraagt om de Vader te zien, maar Jezus lijkt een raar antwoord te geven: "Nu ben ik al zó lang bij jullie (met alle wonderen en preken van dien) en ken je Me nu nóg niet?!
Blijkbaar zit er dus een directe link tussen Jezus en de Vader. En blijkbaar had Filippus (en de overige discipelen met hem) dat kunnen weten! En blijkbaar is die link ook zó belangrijk, dat Jezus er juist hier zoveel nadruk op legt. Dit is een essentieel facet van het geloof; hier staat of valt enorm veel mee. Hier heb je een dubbel houvast (denk aan de eerdere bijbelstudie over het begin van dit hoofdstuk) en een superbelangrijke dwarsverbinding in het geloof.
Waaruit had Filippus dat kunnen weten? Lees Johannes 10 : 22-39, waar die kerntekst staat "Ik en de Vader zijn één!" Jezus had gesproken over Zijn kudde. Hij sprak die tekst uit die in 1990 mijn belijdenistekst werd: "Mijn schapen horen Mijn stem, en Ik ken dezelve, en zij volgen Mij."
Daar had Jezus een haarfijne scheiding aangebracht tussen Zijn kudde en de vijandige Joden. Eerst door te zeggen dat Zijn schapen de stem van een huurling (doelend op de Joodse leidslieden) niet herkennen en dus ook geen affiniteit met hem hebben. Maar daarna wordt die scheiding nog scherper: "Maar gijlieden gelooft niet; want gij zijt niet van Mijn schapen, gelijk Ik u gezegd heb." Welke dominee zou zo preken? Goeiemorgen! Moet je eens luisteren hoe Hij daar preekt! Onze kerk zou toch leeglopen? Nou, Jezus preekt dus wel zo, want Hij kent de harten van de mensen voor Hem; dat is wel een verschil, maar toch… Vandaar ook dat scherpe verwijt, die laatst tik op de wang om ze wakker te schudden.

Een duidelijke constatering

Jezus keert terug naar het sommetje van Filippus. "Toen heb ik je al gezegd dat Ik en de Vader één zijn. Dus als je Mij hebt gezien, heb je ook de Vader gezien; ken je Mij, dan ken je als vanzelf Mijn Vader. Twee druppels water! En de Heilige Geest zal dat straks intensief gaan onderstrepen!" Als vanzelf komt de vraag boven: kun jij het meemaken, wat Jezus hier zegt? Of: wat zou jij van de Vader willen zien, dat je nog niet hebt gezien? Kijk dan eerst eens naar Jezus, of je het misschien niet al lang hebt gezien, maar niet hebt waargenomen.
Jezus zegt ergens anders dat niemand tot de Vader komt dan alleen door Hem! Wil je de Vader kennen, liefhebben en bewonderen, dan heb je écht Jezus nodig. Jezus in de hemel, maar evengoed Zijn aanwezigheid hier op aarde dankzij de Heilige Geest. Zie je de band tussen Woord en Geest? Zie je die twee Gereedschappen van God, waarmee Hij iets moois van je wil maken? Waarmee Hij Zijn beeld weer wil herstellen in jou! Wat vraag je dan nog langer "Toon mij de Vader", als je alles te zien krijgt door Jezus, Gods Zoon? Je hebt alles, met eerbied, binnen handbereik.
Er is een flauwe spreuk die als volgt luidt: "Ik zocht naar mijn paard en ik zat erop!" Nou, zo dus!

Mag je die vraag dan niet meer stellen "Toon ons de Vader"? Nou, in een iets andere toonzetting. Zo: laat me in U blijven groeien, bloeien. Laat me meer van U zien, o Vader. Verbind me meer en meer aan U en verlevendig ons geloof in U. Maak me steeds rijkhalzender naar Uw toekomst en laat me hier op aarde tot aan die tijd zoutend zout en lichtend licht zijn. Weerbaar, polemisch, wakker en waakzaam! Altijd een goed woord van U spreken, enthousiast over Wie U bent en laat me geen enkel vuil woord dulden over U; ook geen vrome karikaturen in de kerk! Want dat is vijandig aan U, Die ons bevattings- en beminningsvermogen te boven gaat! Abba, mijn lieve Vader!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten