zaterdag 30 april 2016

Jouw naam en Gods naam verbonden

Ismaël, uit 'Icons of the Bible',
gefotografeerd door James C. Lewis

Waarom laat je je kind dopen? Wat is jouw motivatie daarbij? God heeft een stellige motivatie bij de Heilige Doop. Het is een bedenksel van Zijn genadige zondaarsliefde. Laat dat maar eens duizelen in je hart. Maar… wat beweegt jou als vader of moeder, om je kind te laten dopen? Het is goed om dat helder te hebben. Ik ga geen verhandeling houden over de doop, maar ik leg die motivatie van ons 21e eeuwers naast die van vader Abraham, toen hij zichzelf en zijn dertienjarige zoon Ismaël liet besnijden. En trek de lijn ook door naar zijn kleinzoons Jacob en… Ezau!

Het moment van de eerste besnijdenis wijkt wat af van alle navolgende besnijdenissen. Er werden bijna alleen volwassenen en 13-plussers besneden. Merkwaardig trouwens dat God het moment uitkoos, waarop Ismaël 13 was en naar de geldende norm verantwoordelijk voor zijn daden. De latere joodse jongens werden dan 'bar mitswa'. Toen Izaäk werd besneden kreeg hij zijn naam; hetzelfde geldt voor Jacob en Ezau. Dat was een moment waarop de ouders ook emotioneel iets van hun innerlijk deelden jegens dit 8 dagen oude kind!


"En de eerste kwam uit, ros; hij was geheel als een haren kleed;
daarom noemden zij zijn naam Ezau.
En daarna kwam zijn broeder uit, wiens hand Ezau's verzenen hield;
daarom noemde men zijn naam Jakob."
Genesis 25 : 25-26a

De opdracht aan opa Abraham

Toen God in Genesis 17 Zijn verbond met Abram bevestigde en dat van het teken en zegel van de Besnijdenis vergezelde, gaf Hij Abram en Saraï een nieuwe naam. Hij veranderde hun namen respectievelijk in AbraHam en SaraH. Hij voegde er Zijn eigen letter H aan toe. Letterlijk verbond Hij Zijn naam aan die van deze twee mensenkinderen.
Inmiddels was Ismaël 13 jaar en groeide op in een godsdienstig, maar gistend gezin. Dat kwam omdat Abraham 'eigen wegen' had bewandeld en God een handje wilde helpen. Hij bracht daarmee Hagar in problemen (gaf haar een slecht beeld van God en maakte haar blij met een 'dode mus', waar het Gods belofte van de Messias betrof!). Maar hij was ook schuldig aan het bestaan van een jongen, Ismaël, die een fout beeld van de dienst aan de HEERE kreeg. Ik snap het zo, dat Abraham gaat pleiten bij God, voor zijn eerstgeborene Ismaël. En… de HEERE laat Zich verbidden.
De besnijdenis wordt een bevel! Geen discussiepunt over de vraag of je volwassenen zou moeten besnijden of jonge kinderen. Geen discussiepunt over de vraag of je er wel geestelijk aan toe bent en of jij als niet-wedergeboren ouder nu wel of niet mag laten besnijden (lees bij dit alles ook de Heilige Doop!). God geeft een bevel. En wie niet besneden is hoort niet meer bij de 'club'. Die jongen of man moet worden uitgestoten. Heftig, nietwaar? God neemt het Verbond bloedserieus.

De belofte aan oom Ismaël

Met in mijn achterhoofd Ezau, zoom ik hier in op Ismaël, omdat deze oom best veel overeenkomsten vertoont met zijn neefje Ezau. Hoe stellig de HEERE ook aangeeft dat Hij Zijn speciale belofte aan Izak voorbehoudt (let erop dat hier al Izaks naam wordt genoemd!), Hij belooft de spottende Ismaël een forse zegen en voorspoed.
Maar eerst stap ik één hoofdstuk terug. Want toen ontmoette de HEERE Hagar en vertelde haar dat ze een zoon met de naam Ismaël zou baren. "En hij zal een woudezel van een mens zijn; zijn hand zal tegen allen zijn, en de hand van allen tegen hem; en hij zal wonen voor het aangezicht van al zijn broederen." Hagar geeft God een naam (hij wordt persoonlijk concreet voor haar!!!): 'Lachai-roi', dat is 'Gij, God des aanziens'. In de kanttekening wordt duidelijk gemaakt dat Hager met de naam van de put haar eigen naam met die van God vermengde (belangrijk element van een verbond).
Het gaat mij vooral om wat de engel over Ismaël zegt: 'een mens die lijkt op een wilde ezel'. Een bepaald ruw persoon, zo niet een olifant in een porceleinkast. Een ruziezoeker met iedereen en iedereen heeft ruzie met hem. En toch… toch zal hij 'wonen' recht tegenover zijn broeders. Hij zal ze uitdagen, tarten zelfs, maar men zal hem niet kunnen wegvagen. Eenzelfde belofte zal ook over Izaäk worden uitgesproken, zodat iets gaat oplichten van het eeuwigdurend conflict tussen de Joden en de Arabieren. Ga daar als westerling maar nooit tussenzitten. Echter, als we Genesis 25 lezen zien we dat hij ook tegenover andere 'broederen' woont: "tegenover Egypte", het land waar zijn moeder prinses was, aldus een apocrief boek.
Een hoofdstuk verder dus, maakt de HEERE zijn zegen aangaande Ismaël concreter: "En aangaande Ismaël heb Ik u verhoord; zie, Ik heb hem gezegend, en zal hem vruchtbaar maken, en hem gans zeer vermenigvuldigen; twaalf vorsten zal hij gewinnen, en Ik zal hem tot een groot volk stellen." Dankzij de voorbede van zijn vader zal de HEERE Ismaël zegenen, vermenigvuldigen en 12 vorsten geven, net als de 12 stammen van Israël! Hij zal eveneens tot een groot volk zijn. Maar… ja, het is niet anders godezijdank: ook deze meerdere zal de mindere dienen. De vraag is: wil Ismaël dat? Hoe zal hij hiermee omgaan? Nou, het woord is allereerst aan God: "En God was met den jongen; en hij werd groot, en hij woonde in de woestijn, en werd een boogschutter. En hij woonde in de woestijn Paran." Hij laat zien dat Hij verder wil met Ismaël. En Ismaël laat de band met Abraham niet helemaal los, want als Abraham overlijdt is Ismaël erbij bij de begrafenis, samen met Izaäk. Gezamenlijk geven ze hun vader de laatste eer. Maar daarna…?
Het is opmerkelijk dat we na de zegening van Jacob door Izaäk, Ezau verbolgen het kampement van zijn ouders zien verlaten. Waar gaat hij heen? We lezen in Genesis 28:9: "Zo ging Ezau tot Ismaël"! Die twee zullen elkaar helaas goed hebben verstaan, denk je niet?

De zegen aan vader Izaäk

"Maar Mijn verbond zal Ik met Izak oprichten, die u Sara op dezen gezetten tijd in het andere jaar baren zal." Dat zijn de woorden van God aan Abraham. Het was duidelijk dat de HEERE met Izaäk een speciale weg ging. De weg die Hij met Abraham was begonnen… de weg die Hij met Eva en Adam reeds was begonnen: het Vrouwenzaad moest geboren worden! En daarom zouden in die lijn bij uitstek alle geslachten der aarde worden gezegend. Kijk nog één keer naar Ismaël, als voorbeeld hierbij. Als er een feestje wordt gegeven voor Izaäk, wanneer hij gespeend is, lezen we in Genesis 21 dat hij het spotten al geleerd heeft. En dat steekt Sara. Abraham brengt dit probleem bij God en deze antwoordt: "Laat het niet kwaad zijn in uw ogen, over den jongen, en over uw dienstmaagd; al wat Sara tot u zal zeggen, hoor naar haar stem; want in Izak zal uw zaad genoemd worden. Doch Ik zal ook den zoon dezer dienstmaagd tot een volk stellen, omdat hij uw zaad is."
Als Izaäk wordt besneden, krijgt ook hij een naam. Een naam die God hem al had gegeven: Izak. Yitschaq betekent 'hij lacht'. Sara uit een stuk ongeloof, Abraham met tranen van dankbaarheid in zijn ogen. Zou Sara het aan Izak hebben uitgelegd, waar zijn naam vandaan kwam? Dat moet me een gesprek zijn geweest! Ik kan me voorstellen dat Izaäk een moederskindje is geworden.
Hoewel, zijn vader is ook een groot voorbeeld van geloofsstandvastigheid geweest! Wat dacht je?! Als Abraham de opdracht krijgt om zijn zoon te offeren, lijkt de weg ten ene male dood te lopen. Maar door de onmogelijkheden heen gebruikt God hem als type van Christus. "God zal Zich een Lam ten brandoffer voorzien, mijn zoon!" En zo geschiedde. En Izaäk mocht Diens verre voorvader zijn, een drager van de belofte. Een belofte met Toekomst!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten