woensdag 20 januari 2016

Jezus’ werken bemerken en toch twijfelen

Johannes in de gevangenis zit vol twijfels over Jezus


"En Johannes in de gevangenis gehoord hebbende de werken van Christus,
zond twee van zijn discipelen…"
Mattheüs 11 : 2

Johannes Uijtenbogaert, naamgenoot van de Doper en opvolger van Arminius als voorman der Remonstranten, heeft door de kerkelijke strijd van die dagen een sticker op zijn hoofd gekregen die theologisch juist was, maar die een zeer merkwaardige oorzaak had. De kwestie tussen Remonstranten en Contraremonstranten maakte dat Uijtenbogaert moest vluchten voor zijn leven. Hij was om zijn leer niet meer welkom. Maar wat lag er ten diepste ten grondslag aan deze verbanning? Uijtenbogaert was hofprediker en had Prins Maurits – die wij als held zo hoog hebben staan – gewezen op diens levenswandel. De prins hield er op sexueel gebied een tamelijk losbandig leven op na en had diversen bastaardkinderen in zijn omgeving rondlopen, terwijl hij nooit getrouwd is geweest! De grimmige haat over Uijtenbogaerts terechtwijzing uitte zich in een theologisch conflict, waardoor hij op theologische gronden verbannen werd. Eenzelfde lot wachtte Johannes de Doper. Evenals Jozef in het gevang (uit de film over zijn leven), heeft hij wellicht uitgeroepen: "Mijn God, mijn God, waarom verlaat Gij mij?"

Bevelen geven

Gaf Jezus in het voorgaande hoofdstuk Zijn bevelen, Johannes geeft in onze dagtekst ook een bevel. Laten we nog even kort teruggaan naar het vorige hoofdstuk. Waar bestonden die bevelen uit?
  • Jezus stuurde Zijn jongeren heel specifiek naar de Joden en niet naar de Samaritanen of naar de heidenen (vers 5-6);
  • Omdat ze midden tussen de wolven werden uitgezonden (let op dat Hij juist de Joden wolven noemt!), moesten ze zo voorzichtig als de slangen zijn en zo oprecht als de duiven (vers 16);
  • Als ze zouden worden overgeleverd aan het kerkelijke of wereldlijke gericht, dan moesten ze zich niet druk maken over wat ze moesten zeggen, want de Heilige Geest zou hen woorden geven (vers 17-20);
  • Ze moesten beseffen dat ze niet méér waren dan hun Meester en om die reden zouden ze verdrukking moeten ondergaan: Jezus volgen brengt haat met zich mee (vers 24-25);
  • Ze moesten niet bang zijn voor de mensen die slechts het lichaam slechts konden te doden. Ze moesten God vrezen, Die zowel lichaam als ziel kan verderven. Tegelijk mochten Jezus' troostwoorden over Gods zorg voor musjes hen juist versterken in die dagen (vers 28-31);
  • Ze moesten leren dat het beeld dat door de eeuwen heen door toedoen van de dwaalleer der godsdienstige leiders over de Messias was geschapen, niet klopte met Wie Jezus werkelijk was: "Meent niet, dat Ik gekomen ben, om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard" (vers 34).
Met name de verwarring rond dit laatste punt zien we bij Johannes in de gevangenis post vatten. Daarom geeft ook hij zijn bevelen. Hij roept twee discipelen (waren het Johannes en Jacobus of twee andere van zijn discipelen die Jezus juist nog níet volgden?) en stuurt ze met deze brandende vraag naar Jezus. Hij brengt zijn vragen en twijfels aan het juiste adres. O, wat ben ik blij dat ik deze grote prediker hier zó aantref in de gevangenis. Ook hij kende momenten van twijfel en aanvechting. Wat is de satan juist ook in de afzondering listig en gemeen! Hoe goed is het om in tijden van aanvechting en twijfel contact te blijven houden met anderen die met je mee kunnen bidden en vechten. Hoe belangrijk is het dus échte geestelijke vrienden te hebben en niet alleen gezelligheidszoekers en lozepraatjesmakers als kring om je heen te hebben!

Wonderen werken nog geen geloof

"Als ik nou eens een briefje uit de hemel kreeg, dan, ja dan zou ik wel geloven." Ik vraag het me werkelijk af. Wonderen hebben niet per definitie het effect van geloof en bekering. Johannes hoorde (!) van Jezus werken. Dit betreft "wondertekenen of mirakelen", aldus de Kanttekeningen. Maar het zijn juist deze tekenen die Johannes aan het twijfelen brengen. Ze kloppen niet met het plaatje dat hij op zijn geestelijk netvlies had zitten.
Hij had het aldoor gehad over de Messias met de wan in Zijn hand en de bijl bij de wortels van de boom. Johannes leefde in de vaste overtuiging dat de Messias kwam afrekenen. En dat Hij de vrede, de shalom, kwam herstellen in Israël. Dan kon het niet anders of de Romeinen moesten er finaal aan. Ze zouden door diezelfde bijl in stukken worden gehakt. En ze zouden met Gods wan worden weggezeefd uit het verbondsvolk. De dorsvloer zou worden gezuiverd. En laten we wel zijn, daar was geen woord van gelogen, alleen … Johannes vergiste zich was in de tijd, in het moment.
Dat was ook niet zo vreemd, want sinds enkele eeuwen hadden de geestelijke leiders van het volk zulke dingen verkondigd. Daarom konden de farizeeën zo slecht geloven dat Jezus de Messias was. Hij klopte niet in hun plaatje. Ook bij de profeten ligt een deel van Johannes probleem. De meeste profeten zagen Christus' eerste en tweede komst in één moment samenvallen. Hun woorden waren zeker door de Heilige Geest geïnspireerd, maar satan had in de daarop volgende tijd zijn verderfelijk zaad van vertekening gestrooid: "Is het niet zo dat God gezegd heeft dat de Messias dit of dat zou doen en die of die gedaante zou hebben? Nou, wat zie je daarvan?"
De profeten en de ouden uit het Oude Testament hadden gezegd dat de Messias vrede zou aanbrengen. Maar Jezus geeft nota bene aan dat Hij níet gekomen is om vrede te brengen op de aarde, maar veeleer verdeeldheid.

Echter… een vraag stellen aan Jezus kan zomaar licht laten vallen op duistere plaatsen in het Woord. Let maar eens op wat er in de komende teksten gaat gebeuren. En ook Johannes mocht in al zijn aanvechting weten en ervaren dat hij vele musje te boven ging. Ook zijn haren waren allen geteld en de Vader ging hem weldra thuishalen. Inderdaad door een bijl- of zwaardslag. Zo hij gepreekt had, kwam hij aan zijn eind. Maar hij mocht ingaan in de vreugde zijns Heeren: "Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld" (Mattheüs 25 : 34b). Met de val van de bijl viel tegelijk het kwartje voor Johannes!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten