dinsdag 24 mei 2016

Het gebroken hart van een vader om zijn zoon

Absalom uit 'Icons of the Bible',
gefotografeerd door James C. Lewis
Vaak vraag je je af: hoe gaan andere ouders om met een kind dat wil afhaken? Moet je hard en rechtlijnig zijn als het een zondige weg bewandelt of juist niet? Moet je de kwestie negeren en net doen alsof er niets aan de hand is? Soms weet je het diepweg wel, maar zegt je gevoel, je emotie, op bepaalde momenten totaal andere dingen. Ik werd diep getroffen door de kreet van David, toen het overlijdensbericht van zijn zoon hem bereikte: "Mijn zoon Absalom! Absalom, mijn zoon; mijn zoon!" Het snijdt door merg en been. Een vader met een gebroken hart over zijn zoon. En er is niets meer aan te doen!

Misschien ben jij wel een zoon of dochter, over wie ouders zich grote zorgen maken. Je vindt het natuurlijk enorm irritant dat ze voortdurend aan je hoofd zeuren over geloof, God, kerk en Bijbel. Ik hoop althans dat ze dat doen! Maar zou je toch eens willen proberen om je ouders te snappen; hoewel het natuurlijk ook belangrijk is dat je ouders jou snappen. Neem even de tijd en luister met mij naar de aangrijpende geschiedenis van prins Absalom en zijn vader, koning David.


"Toen werd de koning zeer beroerd, en ging op naar de opperzaal der poort, en weende;
en in zijn gaan zeide hij alzo: Mijn zoon Absalom, mijn zoon, mijn zoon Absalom!
Och, dat ik, ik voor u gestorven ware, Absalom, mijn zoon, mijn zoon!"

 2 Samuël 18 : 33

"De koning nu had zijn aangezicht toegewonden, en de koning riep met luider stem:
Mijn zoon Absalom, Absalom, mijn zoon, mijn zoon!"
2 Samuël 19 : 4

Enkele jaren geleden las ik het boek Michal van Jill Eileen Smith; zij is een briljante schrijfster en kan heel goed beschrijven hoe het leven er in de tijd van de Bijbel aan toe ging. Zo tekent ze het leven aan het hof bij David en de vrouwen die elk met hun eigen kroost in een afzonderlijk verblijf woonden, evenals in haar boek Bathsheba. Ahinoam met haar zoontje Amnon. Nabals weduwe, Abigaïl, met haar Chileab. Maächa, de syrische prinses, met het verwende Adonisje Absalom. Haggith met haar zoontje Adonia. Abital met de kleine Sefatja en Egla met Jithream. Echter, Michal slijt de dagen in stilte, zonder kinderen, waarbij de ruziënde kinderen en de kakelende moeders pijnlijke indrukken nalaten in haar ziel. Hoewel het niet specifiek over hem gaat, weet Jill de kleine Absalom wel neer te zetten als een verwend lievelingetje van David. En Amnon, maar ook later Salomo, kunnen maar beter uit zijn buurt blijven. Wie is dat lievelingetje eigenlijk?

Een ijdeltuiterige prins


Absalom werd, net als zijn oudste vijf broertjes (en wellicht ook wat zusjes) geboren in de periode dat David in Hebron woonde en regeerde. Chileab, het tweede ventje, wordt nauwelijks meer genoemd en het lijkt er dan ook op dat hij jong is overleden. Amnon, de oudste, was de kroonprins. Absalom, de derde, was nog het meest van koninklijke komaf. Zijn opa was koning van Gesur, in Syrië; zijn moeder bleef op de een of andere manier contacten onderhouden met haar vader en haar broer.
Dat Absalom een buitenbeentje was, wordt al vrij snel duidelijk. Hoewel Michal de eerste echte liefde van David was – en Maächa een politiek geschenk aan David lijkt – is er een bijzondere betrekking van David op Absalom. Abh-shalom: 'vader der vrede' of, dat kan ook, 'mijn vader is vrede'. Die eerste betekenis ging in ieder geval niet op in het leven van Absalom; de tweede wellicht ietsje meer. Hoewel David heel duidelijk door zijn vriend Husaï (2 Samuël 17) aan Absalom wordt omschreven met de volgende woorden: "Gij kent uw vader en zijn mannen, dat zij helden zijn, dat zij bitter van gemoed zijn, als een beer, die van de jongen beroofd is in het veld; daartoe is uw vader een krijgsman, en zal niet vernachten met het volk. Zie, nu heeft hij zich verstoken in een der holen, of in een der plaatsen. En het zal geschieden, als er in het eerst sommigen onder hen vallen, dat een ieder, die het zal horen, alsdan zal zeggen: Er is een slag geschied onder het volk, dat Absalom navolgt. Zo zou hij, die ook een dapper man is, wiens hart is als een leeuwenhart, te enen male smelten; want gans Israël weet, dat uw vader een held is, en het dappere mannen zijn, die met hem zijn."
Over Absalom wordt gezegd (2 Samuël : 14): "Nu was er in gans Israël geen man zo schoon als Absalom, zeer te prijzen; van zijn voetzool af tot zijn hoofdschedel toe was er geen gebrek in hem. En als hij zijn hoofd beschoor, (nu geschiedde het ten einde van elk jaar, dat hij het beschoor, omdat het hem te zwaar was, zo beschoor hij het), zo woog het haar zijns hoofds tweehonderd sikkelen, naar des konings gewicht. Ook werden Absalom drie zonen geboren, en een dochter, welker naam was Thamar; deze was een vrouw, schoon van aanzien." Hij is naar menselijke maatstaven een volmaakte Adonis. En daar werd over gepraat in de stad en in het paleis. Absalom wist dat ook; en daar dreigt het eerste gevaar voor een arrogante en machtsbeluste geest. Zijn weelderige haardos was indrukwekkend en hij liet het opwegen; wie haalt het nu in zijn hoofd om zijn haar te wegen? Ik heb zelf ook dik haar, maar ik zou het nooit laten wegen. Denk je eens in: meer dan 2 kilo haar op je hoofd. Wie weegt dat? En waarom doe je dat? Om te imponeren, lijkt me.
De aantrekkelijke uitstraling van Absalom viel op, zelfs aan het hof, waar men doorgaans toch wel het een en ander uitgaf aan opsmuk en praal. Zijn syrische afkomst was waarschijnlijk de oorzaak van zijn opvallende verschijning en hang naar beauty. Hij investeerde in zijn uiterlijk. En zijn kinderen, met name zijn dochter Thamar, hadden een even indrukwekkende schoonheid. Wellicht ook dat zijn kledingkeuze afweek van die van de joodse jongens.
Maar diepweg wilde Absalom niet enkel zinnelijke aandacht van de meisjes… hij wilde macht: de troon. Hij was immers een prins, kleinzoon van de syrische koning die goede maatjes met zijn vader was. Hij zag een soort dubbeltroon voor zich. En Amnon zat hem daarbij danig in de weg. Maar dat 'in de weg zitten' was wederzijds. Amnon had zijn oog laten vallen op de bevallige zus van Absalom: Thamar (niet Absaloms dochter!). Maar voor ik daar kort iets over zeg, moet eerst iets aangrijpends aan het hof worden vermeld.

Een stok om de hond te slaan

Een koning met zes vrouwen is een vorst die je niet zo een twee drie meer herkent als de herdersjongen uit Efratha, die Psalmen voor de HEER' componeerde. Tijdens een van de vele oorlogen die David voerde, ontspoort hij met Bathseba. Dit gaat ten koste van Uria en het kindje dat uit David en Bathseba geboren wordt. Maar… dit nieuwtje heeft ook de ronde gedaan in het paleis. Hoe diep David ook gebukt heeft, hoe intens hij Psalm 32 en 51 schreef, Absalom had een beschadigd beeld van zijn vader gekregen. Hij minachtte hem… dat wordt uit alles duidelijk.
Vervolgens krijgt Absalom een tweede ingrijpende zaak op sexueel gebied te verwerken: de kroonprins, Amnon, vergrijpt zich aan zijn prachtige zus Thamar. En David – nota bene – heeft Thamar nog wel bevolen om zoete koekjes te gaan bakken bij de 'zieke' Amnon, van wie hij wíst dat hij verliefd was op Thamar. Na de verkrachting dankt Amnon zijn halfzus af als een stuk straatvuil; ze maakt nog bezwaar, maar wordt bruutweg de deur uitgegooid: klap dicht die deur; grendel ervoor; weg wezen! Thamar en Absalom moeten in het gedrag van Amnon iets van hun vader David hebben herkend.
Tot overmaat van ramp neemt David geen maatregelen tegen Amnon, maar lijkt hem in bescherming te nemen. En hij lijkt zich helemaal niet te bekommeren om Thamar (die toch ook zijn eigen dochter is!). Hier lijkt een cultuurverschil zichtbaar te worden tussen Israël en Syrië (maar ik weet het niet zeker): Absalom – je kunt zeggen wat je wilt – ontfermt zich over zijn zus en neemt haar in bescherming in zijn huis. Daar blijft ze eenzaam, getraumatiseerd en beschadigd wonen. Je kunt je voorstellen dat die twee elkaar niet hebben gecorrigeerd in hun visie op vader David en halfbroer Amnon. Twee jaar doet Absalom erover om een smerig en moorddadig plan te bedenken, dat fataal gaat worden voor Amnon. Op een schaapsscheerdersfeest wordt hij dronken gevoerd en door knechten van Absalom om zeep geholpen. Zijn verdiende loon, volgens Absalom en Thamar.
Echter, Absalom heeft misgerekend. Ik weet niet of Amnon geliefd was onder het volk, maar er komt opstand en men jaagt die syrische prins achterna om hem in bloedwraak te doden. Absalom zoekt zijn heil bij zijn opa en/of zijn oom, de koning van Gesur, alwaar hij drie jaar blijft. De explosie thuis in Israël had Absalom angstig gemaakt. Tot aan de moordaanslag had hij zich sterk en machtig gevoeld; hij had zeggenschap over het leven van zijn broer. Maar nu zijn eigen leven in gevaar komt, blijkt hij het hazenpad te kiezen. Zijn macht was dus uiterst broos.
Terwijl Absalom zijn wonden likt, treurt vader David in het paleis over zijn vermoorde zoon en… uiteindelijk ook over zijn lievelingszoon. "het zwaard zal van uw huis niet afwijken tot in eeuwigheid," had de profeet Nathan gezegd. Hoe heeft zijn lievelingszoon hem deze dolkstoot kunnen toedienen?! Even had het er nog op geleken – aldus het gerucht – dat ál Davids zonen waren omgekomen bij de aanslag; echter die waren allemaal op hun ezels gevlucht, bang voor hun broer Absalom. Gelukkig bleek alleen Amnon te zijn omgekomen, maar… hij was wel de kroonprins. En na deze moord zou Absalom, de moordenaar, de erfopvolger zijn. Dat zou desastreus zijn voor de andere zoons!

Een dodelijke confrontatie

Door ingrijpen van Joab en een Thekoïtische weduwe wordt David overgehaald om zijn zoon terug te laten halen uit Syrië. Zijn hart verlangde naar Absalom; zie je hoe sterk zijn liefde voor Absalom is? Hoe merkwaardig is dan zijn bevel aan Joab, die Absalom mag gaan halen in Gesur: "…ga henen, haal den jongeling Absalom weder. […] Dat hij in zijn huis kere, en mijn aangezicht niet zie!" (2 Samuël 14 : 21 en 24). Absalom keert terug "in zijn huis" (let erop dat hij zelfstandig woonde, compleet met eigen personeel) en hij "zag des konings aangezicht niet". Bizar toch? Geen verzoening. Het is uiteindelijk Absalom zelf die met geweld (door het in brand steken van een akker van Joab) voor elkaar krijgt dat vader en zoon elkaar weer zien en omhelzen. Wilde David een statement maken? Of was David bang voor de confrontatie? Immers, Absaloms optreden was een scherp verwijt aan Davids adres. Hij was vader en koning en hij had de zonde laten voortbestaan, ja hij leefde zélf in zonde met Bathseba! En wat bewoog Absalom om toch toenadering te zoeken bij zijn vader? Natuurlijk was zijn argument brutaal: "Heb je me hiervoor uit Syrië laten halen? Om hier opgesloten te zitten, de rest van mijn leven?"
Dat hiervoor genoemde verwijt van Absalom zal ook de reden zijn geweest dat David twee jaar later niet in oorlog wil komen met zijn zoon, die hem naar de kroon steekt. David heeft de zoon die hij liefheeft gekastijd, maar of dat op de juiste manier was, betwijfel ik. Probeer te voorkomen dat door jouw ingrijpen het contact met je (opstandige) kind onmogelijk wordt; al weet ik dat er situaties kunnen ontstaan, waarbij móet worden ingegrepen, om de overige kinderen in het gezin te beschermen. Maar zo'n ingrijpen kent eigenlijk alleen maar verliezers, vrees ik. Je raakt je kind voorgoed kwijt en de negatieve gevoelens bij je kind worden hierdoor juist alleen maar gestimuleerd. Wat is wijsheid?
Ik denk toch dat David ons uiteindelijk wel een heel wat beter voorbeeld laat zien. Als Absalom de macht grijpt wil hij zijn zoon sparen en vlucht. De stoere held buigt en verdwijnt. Hij ontwijkt de confrontatie omdat hij weet dat zijn helden zeker zullen triomferen over Absalom. Simpelweg omdat die jongen geen vechtjas is met strategisch inzicht. Hij is geen held en al helemaal geen generaal. Absalom is leep: hij heeft in de jaren van afzondering het hart van het volk gestolen. Hij heeft zich begeven in de poort, waar recht wordt gesproken en zo bij aangeklaagden en gedetineerden zijn vader zwart gemaakt. Dat was zijn recruteringsmethode. Maar dat levert geen hecht leger op dat trouw zal zijn door dik en dun!
Echter, de troon en de kroon zijn niet genoeg voor Absalom; zelfs de (bij)vrouwen van David waren niet veilig in Jeruzalem, maar worden even lafhartig geschonden als zijn zus Thamar was misbruikt. Wraak haalde het tomeloze dier in hem boven: zijn vader moest dood. Hij durfde het zelfs aan om het gevecht aan te gaan met de troepen van zijn vader. Absalom brieste wraak, maar David? We horen hem zijn bevelen geven aan de drie generaals Joab, Abisaï, en Ithaï: "Handelt mij zachtkens met den jongeling, met Absalom!" (2 Samuël 18 : 5). En dan volgt een belangrijk gegeven: "En al het volk hoorde het, als de koning aan al de oversten van Absaloms zaak gebood."
Als echter Absaloms leger met een zware slag in de pan wordt gehakt (die actie kost 20.000 mensenlevens!), vlucht hij op een muilezel het bos in en raakt met zijn haar vast aan een eikenboom. Ik dacht altijd: waarom pakt hij zijn dolk niet en snijdt zijn haar los? Hoe kun je nou zomaar een tijd blijven hangen aan je haar, zonder los te komen? Trek aan je haar en je zult het toch wel uit je hoofd kunnen trekken? Ik denk wel dat het uiterst pijnlijk zal zijn, maar het zou wellicht kunnen. En met een dolk had hij dat ook kunnen doen, maar ik vrees dat Absalom te zeer gesteld was op zijn kostbare haardos, dat hij die niet wilde opofferen. Hij heeft daar gehangen in de hoop dat een van zijn manen hem zou kunnen helpen, wellicht. Maar… hij moet toch ook hebben nagedacht over de afloop van deze strijd? Hij hing daar als schietschijf en gratis prooi!
Als een soldaat van David hem ziet hangen gaat hij het zijn generaal Joab vertellen. Joab scheldt hem uit: waarom heb je hem niet doodgeslagen? "Dat zou ik niet durven, want u weet ook wel wat David tegen u heeft gezegd over Absalom! Handel zacht met hem; en dat betekent zeker niet: maak hem van kant." Joab schuift de oprechte knecht aan de kant en plant drie pijlen in het hart van Absalom. Zijn knechten snijden hem los van de boom en zetten een punt achter Absaloms leven. En juist daar is David zo ontsteld over: "Och, dat ik, ík voor u gestorven ware, Absalom, mijn zoon, mijn zoon!"
Ondanks al zijn zonden, kon David sterven, maar Absalom niet. Zoveel liefde had David voor de jongen dat hij hem niet overhad voor de hel. Hij had desnoods zelf wel willen sterven, maar deze jongen mocht nog niet sterven! En nu heeft Joab al Davids hoop op geestelijk herstel vernietigd. Diep gebroken is Davids ziel. En ik voel met hem mee. De ziel van je kind staat op het spel en de geestelijke boosheden in de lucht zijn maar op één ding uit: totale vernietiging. In die strategie past geen liefde. Als er geen plaats meer is voor liefde, dan is de aanjager de satan. Snap je dat?

De figuur van Absalom heeft me zeer geraakt. Een wat langduriger onderzoek heeft ook dingen duidelijk gemaakt, die ik nooit goed begreep. De relatie tussen zijn vader en hem leek wel een beetje op die van Izaäk en Ezau. En ik geloof dat het even weinig belovend was. Ik heb Absalom geprobeerd te begrijpen en ik denk dat dat recht doet aan hem. David heeft iets in hem wakker gemaakt, waar hij als vader wel debet aan is. Maar dat ontslaat Absalom niet van zijn verantwoordelijkheid. Ik had met David te doen; hij moet in compleet afgrijzen hebben gezeten; en terecht, want de ziel van zijn kind was ermee gemoeid! Maar hoeveel liefde David ook stortte in de bodemloze en liefdeloze put van Absaloms hart, het wekte geen wederliefde, helaas. En al helemaal geen liefde tot de HEERE! Hoe zwaar valt dat voor ouders.
Hoeveel er ook is af te dingen op David, laat zijn laatste houding toch tot voorbeeld voor ons zijn en bid dat de Heilige Geest harten gewillig en bereid maakt om die diepe weg te gaan, ten gunste van (jonge) zielen die wankelen ten dode!

'Conclusions and reflections' bij deze geschiedenis

Bij het onderzoek naar Absalom is het boekje van 'The life of Absalom' (uitgegeven door de American Sunday-School Union, 1844 - 89 pagina's) erg dienstbaar geweest. Alle stukjes uit de Bijbel zijn op een goede en leesbare manier tot één verhaal geweven. Het boekje sluit af met een paar conclusies en reflecties:
  1. Ouders die God vrezen kunnen dus toch goddeloze kinderen krijgen. Die mogelijkheid moet ouders vooral uitdrijven naar Gods genadetroon. De vroomheid van ouders levert nog geen vrome kinderen op. Hoe waardevol is de opvoeding die onze kinderen corrigeert, stuurt, waar nodig straft, maar vooral onophoudelijk in een aanhoudend gebed in Christus' handen beveelt.
  2. Laat niemand van de lezers denken (passief) dat de vroomheid van zijn of haar ouders automatisch positief doorwerkt in henzelf. Godvrezenden zoals Noach, Izaäk, Aäron en Hizkia hadden goddeloze kinderen. We worden opgeroepen persoonlijk te geloven. In het geval van kinderen die godvrezende ouders hadden, maar zelf van God zijn weggelopen geldt deze waarschuwing: Je hebt Gods wil gekend, maar je hebt die niet gedaan! Je zult met vele slagen geslagen. Vreselijk zal de angst van onboetvaardige zonen en dochters zijn, op de dag van het oordeel, wanneer zij zullen hun ouders zullen zien opgaan naar de hemel, terwijl ze zelf altijd gescheiden van hen in de hel zullen moeten blijven!
  3. We ontdekken in deze geschiedenis de enorme stapel ongerechtigheid die deze afhakers, die God vaarwel zeggen, soms begaan. Het is niet bekend in hoeverre Absalom was geïnstrueerd
    op religieus gebied. Maar het is nauwelijks denkbaar dat een zoon van David aan zijn lot wordt overgelaten op geestelijk gebied. Toch lezen we vanaf het begin over Absalom dat z
    ijn leven vol van bedrog, verraad en bloedvergieten was. Al die zonden zijn niet direct groot aanwezig. de jonge Absalom zal best eerst lange tijd boos zijn geweest, voordat hij tot moord overging. Laat daarom zonde, hoe klein ook, niet voortwoekeren en uitgroeien tot grove zonden.
  4. Deze geschiedenis bewijst ons dat God Zijn kinderen niet volkomen laat overweldigen door verdrukking. In deze wereld hebben we weliswaar last van verdrukking – en als we in zonde vallen ervaren we ook Gods straffen, zwaar soms, wanneer we het dichts bij Hem leven – maar uit die allen redt de HEERE hen en brengt hen terecht. David ging door diepe dalen; zijn psalmen getuigen daarvan, maar vooral van het feit dat de HEERE altijd dichtbij was en hem er weer uit haalde. Diepe dank aan de HEERE betuigt hij in zijn psalmen, die Zich over Zijn knecht en gezalfde ontfermde, alsmede over zijn zaad (nageslacht). 
Hoe David met het verlies van Absalom omging? Enerzijds zal hem dit zijn leven lang zijn bijgebleven. Anderzijds geloof ik dat de HEERE de last verlicht heeft, zodat hij weer tot lofpsalmen kon komen. Hij heeft geleerd dat God rechtvaardig handelde en… in Salomo, Jedidjah (Gods lieveling), ontving hij een zoon die hem zoveel diepe troost gaf. Ook geen lieverdje, maar wel een zoon die van jongsaf aan de HEERE liefhad met een pure liefde. Zou hij in Salomo ook hebben gezien dat het juist zo'n groot wonder is als je kinderen wél in de wegen van de HEERE gaan? En heeft hij uiteindelijk niet moeten belijden dat het niet zo verwonderlijk was dat uit hem – hoewel de HEERE vrezende – een zoon als Absalom kon voortkomen? Er zal er in de hemel niet één worden gemist, maar… hier op aarde knaagt dat gemis soms danig aan je ziel! En dat is maar goed ook.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten