vrijdag 17 juli 2015

Een misplaatst beeld van God hebben

"En Kaïn zeide tot den HEERE: Mijn misdaad is groter, dan dat zij vergeven worde."
Genesis 4 : 13

"Ja, ik ken hem nu wel; ik weet wel hoe hij is en denk." Zo kunnen wij mensen ons soms een beeld vormen van anderen en daarop voortborduren, zonder dat beeld af en toe bij te stellen aan de hand van feiten. De een-talenter uit de gelijkenis zei tegen zijn heer: "Ik kende u dat gij een hard (of straf) mens zijt…" en hij handelde naar dat beeld dat hij van zijn heer had. Ik kende u. Kaïn gaat in dit tekstvers ook zo te werk. En hoe trapt hij de HEERE daarmee op Zijn hart!


Wat Kaïn niet zegt

Deze tekst wordt nogal eens geciteerd in artikelen en preken. Kaïn wordt als illustratie gebruikt voor mensen die God niet kennen en denken dat hun fout onvergeeflijk is bij God. Kaïn staat symbool voor mensen die een te beperkte kijk op Gods vergeving en genade hebben. Gek genoeg wordt dit met name gebruikt als voorbeeld voor half- of ongelovigen die eigenlijk niet van genade willen leven en zich afkeren van een godsbeeld van toorn en verdoemenis. En tevens voor mensen die denken dat er zonden zijn die voor God te groot zijn om te vergeven of dat het bij God er heel lukraak aan toegaat in het vergeven of niet. God zou dan toch beperkt zijn in het vergeven of zelfs despotisch wisselvallig.
Maar waarom staat Kaïn niet symbool voor mensen die heel reformatorisch willen lijken en God toch op eenzelfde manier afschilderen? Waarbij God te heilig is om hun zonden te vergeven. Of waarbij God eerst wil dat we onze zonden tot zo en zo diep zullen inleven, voordat Hij genegen is om over genade en vergeving überhaupt na te denken? Ik stel die visie op dezelfde lijn als die van de ongelovigen.
Maar… wie schets mijn verbazing als ik de Kanttekeningen lees.
Anders is het woord misdaad of ongerechtigheid door velen genomen voor de straf derzelve, zie Lev. 5:1; en in zulk een zin moest de overzetting aldus staan: Mijne straf is groter dan dat ik haar zou kunnen dragen; waarover Kaïn zich beklaagt, vs. 14.
Kaïn vreest niet voor het feit dat God wellicht niet wil vergeven, maar hij beklaagt zich over de straf zelf. Zelfs – en daar schrok ik van – heeft hij geen verdriet over de gevolgen van de zonde, maar hij is het oneens met de straf. Bizar!

Wat Kaïn niet weet

Ik verbaas me over de laagdrempelige manier van omgang die er is tussen de HEERE en Kaïn. Daar zou je toch jaloers op zijn, niet? Zo spreken met de HEERE, zoals een man met zijn vriend… De HEERE kende Kaïn, maar kende Kaïn de HEERE? Uit heel zijn manier van communiceren blijkt dat hij God totaal niet kende. Niet in Zijn genaderijkheid en vergevingsgezindheid, maar ook niet in Zijn rechtvaardigheid en Zijn heiligheid. En stel dat Kaïn toch met die woorden bedoelde dat hij vermoedde dat God het wel niet zou vergeven. Hoe kon hij weten dat God zo dacht en de dingen zo interpreteerde? Wie iemand niet werkelijjk kent, weet niet hoe die iemand zal reageren. En dat levensgrote risico lopen veel mensen, zelfs binnen de kerk. Ze kennen een aantal theologische aspecten en statements; ze citeren te kust en te keur oudvaders, maar wie God niet werkelijk en persoonlijk kent, kan nooit weten hoe Hij is en reageert. Kaïn is het type van de kerkmens met een gedoopt voorhoofd, die alvast voor God invult hoe Hij denkt en is, zonder een levende relatie met Hem te hebben. Als dat jouw situatie is, zwijg dan, want je weet niet hoe God is. Voorkom dat jij met je getheoretiseer een fout beeld bij anderen schetst en schept. Hoe desastreus!

Wat Kaïn niet doet

Maar het hele trieste aan onze dagtekst en de duiding van deze woorden is wel dat Kaïn, hoewel een verbondskind, verloren blijft liggen en God de schuld van alles geeft. Hij verhardt en blijft zelf onbewogen. Kaïn had natuurlijk niet moeten buigen onder de straf en die gedwee uitzitten. Hij moest aan de troon der genade buigen en zich verootmoedigen voor God. Hij moet juist naar God toegaan, Die hij zo heeft gekrenkt met deze zonde. Immers, met zorg had God in Eva's schoot het vruchtje Abel geweven tot een volgroeide baby. Hij had Abel al die jaren gedragen en gespaard in Zijn zorgzame Vaderhanden tot aan de dag van zijn dood. Hij had het hart van Abel vernieuwd en zag in hem de Zoon van Zijn liefde terug, Die nog moest worden geboren in Bethlehem. En met één klap beëindigde Kaïn Gods herschepping en dreef Abel als eerste mens de eeuwigheid in. Kaïn maaide Abel de grens van het leven over en Abel stond opeens voor Gods troon, temidden van de duizenden en nog eens duizenden engelen. Verder was de hemel nog leeg…
Hoe groot de eeuwige vreugde in de hemel ook is, God moet verdriet hebben gehad over dit eerste beëindigde mensenleven. En Kaïn? Heeft hij ook verdriet? Is hij ook verbroken? Niets van dat al. Verharding. Ben jij daar ook verdrietig over, als mensen verharden en zich onontvankelijk maken voor het evangelie en het werk van Christus? Wen er nooit aan, wat anderen je ook willen laten geloven. Houd aan in het oproepen tot geloof en bekering.
En als je je herkent in Kaïns houding, breek ermee! Laat de talloze roepstemmen van anderen binnenkomen en volg Kaïns verhardende houding niet, maar buig, belijdt en roept tot de HEERE om hulp en vergeving.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten