"Vader, verheerlijk Uw Naam. Er kwam dan
een stem uit den hemel, zeggende: En Ik heb Hem verheerlijkt, en Ik zal
Hem wederom verheerlijken."
Johannes 12 : 28
Kohlbrugge hield een preek over die bijzondere woorden uit het Hogepriesterlijk Gebed: "En nu verheerlijk Mij, Gij Vader, bij Uzelven, met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was." (Johannes 17:5) Het zijn onpeilbaar diepe woorden, waarover hij het volgende zegt:
Het valt op dat de Heere Jezus in onze dagtekst níet bidt: "Vader verheerlijk Mij…", zoals Hij dat wel deed, enige tijd later, in dat Hogepriesterlijk Gebed. Wat is het verschil? Jezus zegt ergens dat Hij nooit Zijn Eigen eer heeft gezocht, maar die van Zijn Vader. En dat klopt ook. Daarom bidt Hij hier (ons tot een nadrukkelijk voorbeeld!) om de eer van Zijn Vader. Bad Hij dat dan niet met diezelfde motieven in Johannes 17? Jawel. Maar daar gebeurt iets heel wonderlijks! Jezus zegt daar: Ik heb U hier op aarde verheerlijkt, verheerlijk Mij dan daar in de hemel! In de hemel hebben ze een heel ander beeld gekregen van Christus, dan hier op aarde! En hier op aarde hadden wij een heel ander beeld kunnen hebben van de Vader! Christus was over Hem uniek duidelijk. Uit Christus' woorden kunnen wij tot op de huidige dag nog veel leren over de Vader. Maar wat er in de hemel gebeurt is een punt dat ik sterk onder je aandacht wil brengen. Daar gaat de Vader aan het vertellen. Hij gaat, ik zeg het menselijk, de engelen en de zaligen vertellen over Zijn Zoon en toont dat aan de hand van live-beelden. Met eerbied: in de hemel vangt een live-uitzending aan, waarbij de hemelse Vader het commentaar geeft. En geloof maar dat dat een indrukwekkend reine en heilige weergave is van het werk van Zijn Eigen Zoon! Zo zal er hier op aarde nooit een boek worden geschreven over Jezus!"De Heere Jezus zegt hier dus tot de Vader, dat Hij op aarde Zijn Vader verheerlijkt heeft. Verder zegt Hij: ―Ik heb het werk voleindigd, dat Gij Mij gegeven hebt om te doen.‖ Nu bidt Hij andermaal, dat de Vader Hem ook bij Zichzelf moge verheerlijken, en wel met de heerlijkheid, die Hij, de Zoon, bij de Vader had, eer de wereld was."
[…]
"Wat is dat? Mijn geliefden, dat gaat boven ons begrip. Vóór dat er iets was, iets geschapen was, was er de Zoon, de eeuwige Wijsheid, naar Spreuken 8. Hij speelde voor het aangezicht van Zijn Vader als een Voedsterling.
Verheerlijk Mij met de heerlijkheid, die Ik bij U had, eer de wereld was. Toen werd de eeuwige Vrederaad door de Vader belegd, en voor Hem lagen al degenen, die sinds Adams val in Christus zouden gered worden. Het wil ongeveer zeggen, dat de Vader de Zoon vraagt: Wilt U als Borg deze voor Uw rekening nemen? En dat de Zoon tot de Vader gezegd heeft: Ja Vader, Ik doe graag Uw wil; geef Mij als de volheid van de tijd gekomen is een lichaam en Ik zal Uw wil doen.
Daarop werd de Zoon van de zijde van de Vader overdekt met de kussen van Zijn liefde, omdat deze Zoon de verlorenen voor Zijn rekening wilde nemen! Ik geloof, dat wij niet in het duister rondtasten, als wij het zo uitleggen."
De vooraankondiging voor dit weergaloze verslag vindt al in onze tekst plaats (hoewel dat ook reeds bij Christus' doop heeft geklonken). Jezus bidt: "Vader, verheerlijk Uw Naam". En dat gaat de Vader ook doen. Maar dat doet Hij aan de hand van het werk dat Zijn Zoon gaat leveren! Hoe indrukwekkend klinken dán die woorden van de Vader (als wij er de realiteit van de hemel bij in ons achterhoofd houden!): "Ik heb Hem verheerlijkt en Ik zal Hem nogmaals verheerlijken!" De Kanttekeningen vertellen bij deze woorden "Ik heb Hem verheerlijkt": door de vele wonderen en getuigenissen heeft de Vader dat gedaan. En bij "Ik zal Hem wederom verheerlijken"; door de opstanding uit de doden en de dingen die daarna zullen volgen.
Hoewel Christus nog midden op de trap van Zijn vernedering staat, wordt de heerlijkheid van de trap van Zijn verhoging reeds aangekondigd.
Als je dit zo leest en op je in laat werken, gaat er dan bij jou ook diep van binnen iets bewegen? Ontstaat er ook bij jou die behoefte om daar veel over na te denken, daar diep bij stil te staan en… Christus en de Vader te verheerlijken in jouw dagelijks leven? O, dat is zo'n heerlijke bezigheid! Dat ontneemt je zo enorm veel bezorgdheid voor dit tijdelijk leven en dat ontneemt je ook te overmatige zorg voor de dag van morgen, waar het de vergankelijke dingen betreft! Dan kom je tot je doel: God loven! Psalm 34 : 1
Ik loof den Heer', mijn God,
Mijn zang klimm' op naar 't hemelhof;
Mijn mond zing' eeuwig tot Zijn lof,
Om mijn gelukkig lot.
Mijn ziel, loof d' Opperheer;
't Zachtmoedig volk zal 't straks verstaan,
Door vreugd met u zijn aangedaan
En juichen tot Zijn eer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten