De zwager van de nieuwe koning - I
Doch Michal, de dochter van Saul, had David lief…En Saul zag en merkte dat de HEERE met David was;
en Michal, de dochter van Saul, had hem lief.
Toen vreesde Saul nog meer voor David;
en Saul was David tot vijand al zijn dagen.
1 Samuël 18 : 20a, 28-29
Ja, er stond nog een ‘rekening’ open bij Saul. Hij had immers beloofd dat de overwinnaar op Goliath zou mogen trouwen met zijn dochter. In hoofdstuk 17 : 25 lezen we: “…en het zal geschieden, dat de koning dien man die hem slaat, met groten rijkdom verrijken zal en hij zal hem zijn dochter geven en hij zal zijns vaders huis vrijmaken in Israël.” Dit was haast het eerst dat David te horen kreeg, toen hij vanuit Bethlehem bij het slagveld aankwam. Hij had gevraagd: “Welke beloning krijgt de man die deze scheldkanon uitschakelt?” De een na de ander had hem verteld dat de man die Goliath zou doden, bijzonder grote eer zou ontvangen: zijn familie weg vrijgesteld van belasting (en dat was zeer aanlokkelijk in die tijd; denk aan Samuëls waarschuwing!) én… hij zou de schoonzoon van de koning worden. Bij dat laatste had Saul blijkbaar gezegd dat de overwinnaar mocht trouwen met zijn dochter, maar niet met welk van de twee. Waarschijnlijk is iedereen ervan uit gegaan dat het de oudste, Merab, zou zijn. Hoe oud was Michal toen helemaal? Misschien nog wel een opgeschoten puber.
Saul herinnert zich in ons hoofdstuk die belofte weer. Dat hij deze belofte, openbaar gemaakt, moet nakomen is niet het grootste probleem. Het grootste probleem is dat hij die belofte moet nakomen aan die vreselijke David. Het liefst zag hij hem dood. Maar hij durft niet, zoals Saul zoveel niet durft!
Evenwel is Saul sneaky. Hij durft David niet te doden, maar zomaar iets weggeven kan hij ook niet. Zelfs bij het inwisselen van zijn belofte (en wat had David niet gedaan, om daarvoor in aanmerking te komen!) probeert hij er nog een slaatje uit te slaan. Dat valt niet direct op; hoe doortrapt is Saul, maar hoe goedgelovig is David hier nog. Het zal ook Jonathan niet direct zijn opgevallen. Immers, de twee zijn inmiddels al dikke vrienden.
Had Jonathan zijn vader altijd anders bekeken? Was Saul, vóórdat hij koning werd, wél altijd oprecht en transparant in zijn handel en wandel? Het beeld van zijn vader zal bij Jonathan langzaamaan zijn bijgesteld. Hoe ingrijpend, of aangrijpend, is dat?!
David is een bescheiden man, wanneer Saul over een huwelijk met zijn dochter begint. “Wie ben ik eigenlijk? Ik kan toch onmogelijk de schoonzoon van de koning worden?” Die nederigheid komen we bij David ook nog tegen (gelukkig) in 2 Samuël 7 : 8, waar bij belijdt voor de HEERE: “Wie ben ik, Heere HEERE, en wat is mijn huis, dat Gij mij tot hiertoe gebracht hebt?”
Dan vindt er opeens een merkwaardige bruid-wisseltruc plaats. Saul lijkt hier op Laban. Waarom deed hij dat? Dat blijft vaag. Het lijkt erop dat er andere belangen op de achtergrond speelden. Tegelijk zal ook hebben meegewogen dat hij David liever dood dan levend zag.
Maar plots wordt hij gewaar dat zijn jongste dochter, Michal, op David verliefd is geworden. Wij hebben een ingekleurd beeld van haar, maar let erop dat haar liefde voor David en Davids liefde voor haar de meest pure waren in hun beider leven. Je kunt dat prachtig lezen in het boek ‘Michal’ van Jill Eileen Smith. David stal het hart van Michal al toen hij nog telkens werd geroepen om Saul te kalmeren. De angst voor de waanzin-buien van haar vader deden Michal verlangen, aldus Jill Eileen Smith, naar de komst van David. Zijn aanwezigheid deed haar adem stokken. Maar… hij leek bestemd voor haar grote zus. Maar er kwam, zo verraadde Michal aan haar vader, een rijke man in het leven van Merab: Adriël, de zoon van Barzillaï (die later op zijn oude dag nog een rol in het leven van David zal spelen).
Terug naar de Bijbel. Saul merkt dat zijn jongste dochter is verliefd geworden op David. En dat maakt dat hij haar gaat inzetten in zijn strijd tegen David, zonder dat ze dat zelf zal hebben gemerkt. Ook zijn knechten zet hij in, om David te pressen om te trouwen met Michal. De knechen moeten op David inpraten. Maar hij noemt zichzelf, tegenover die knechten, zelfs ‘arm en verachtzaam’. Denk nog even terug aan zijn afkomst en zijn positie binnen het gezin van zijn vader! Toch liet de liefde zich niet dwingen. Achter dat liefdesspel tussen deze twee harten, moeten we wel Gods hand blijven zien.
Dat David openlijk zegt dat hij onvoldoende geld heeft om een bruidsschat te betalen, komt Saul ter ore via de knechten. Daar heeft hij een handige oplossing voor. David moet 100 voorhuiden geven als bruidsschat aan Saul. Naast dat dat een smerig werkje is, en onterend bovendien, is het ook een riskant klusje. Om de voorhuid (of wellicht wel het hele geslachtsdeel) van de vijand eraf te snijden, moet de Filistijn zelf ook zijn uitgeschakeld. Risico’s te over dat David dat niet gaat overleven. Maar niets is minder waar. Hij brengt er zelfs 200 mee!
Wat een rare zaak is dit! Dat David dit doet? We horen niet dat Sauls opdracht ook een opdracht van de HEERE is. En… Filistijnen besnijden is geen evangeliserend werd. Zeker niet als ze gedood moeten worden. Waarom doet David dit, als hij zich onwaardig acht om de schoonzoon van de koning te worden? Was hij verliefd en dreef de liefde voor Michal hem tot deze actie? Wilde hij zich bewijzen? Hoewel het raadselachtig blijft, zien we Gods stuwende hand hier achter deze geschiedenis. De HEERE was met David… dat is de rode draad. En let dus op wat dát uitwerkt! “Saul zag en merkte dat de HEERE met David was…”, lezen we in vers 28. En wat werkte dat uit?
Wat werkte het bij Jonathan uit? We lezen er niet veel over, maar merken tussen de regels door dat het hem juist meer verbond aan David. Maar over Saul lezen we: “Toen vreesde Saul nog meer voor David…”. Zou dat met David ook nog iets hebben gedaan? Was dat niet een enorme valkuil voor hem? Goliath overwonnen, het volk is idolaat van hem én de koning is als de dood voor hem. Wat een ingangen voor satan!
Of het bij David een ingang voor satan was weten we niet (waarschijnlijk niet), maar bij Saul vindt satan wel een forse ingang: “…en Saul was David tot vijand al zijn dagen.” Wat een triest leven; en hoe onnodig. Zelfhandhaving is de meest schadelijke vorm van zelfmoord.
Nog even kort terug naar Jonathan. Met het huwelijk tussen zijn vriend David en zijn zusje Michal werd hij de zwager van de nieuwe koning. Uit het al eerder aangehaalde boek van Jill Eileen Smith krijg je het idee dat er tussen Jonathan en Michal een zeer warme broer-zus-band bestond. Of dat zo was, of dat het enkel de dichterlijke vrijheid van de schrijfster was weten we niet.
Wat we wel weten is, lezend tussen de regels, dat Jonathan en David steeds dichter bij elkaar kwamen te staan, ondanks dat we in het dertigste vers lezen dat David succesvoller was dan al Sauls knechten (ook Jonathan als aanvoerder van een legeronderdeel). Jonathan kon er prima mee leven dat David zijn meerdere was. Hij genoot van hun vriendschap die bewonderenswaardig diep ging. Want samen genoten ze van de HEERE en Zijn dienst. Dát zijn echte vriendschapsbanden. Dan gaan de gesprekken ook ergens over. Geen koetjes en kalfjes, maar het leven met de HEERE op het scherpst van de snede. Zijn liefdedienst en de heerlijke rijkdom van Zijn Woord.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten