Hoofdstuk 6
En Jozef zond heen, en ontbood zijn vader Jakob, en al zijn geslacht, bestaande in vijf en zeventig zielen. En Jakob kwam af in Egypte, en stierf, hijzelf en onze vaders. En zij werden overgebracht naar Sichem, en gelegd in het graf, hetwelk Abraham gekocht had voor een som gelds, van de zonen van Emmor, den vader van Sichem.
Handelingen 7 : 14-16
‘Jozef zien’ was een wens die vader Jacob eigenlijk allang niet meer op zijn verlanglijstje had staan. Hij had zich verzoend met het gemis van zijn lieveling en manifesteerde zijn liefde voor Jozef vrijwel zeker in zijn liefde voor Benjamin. Hoe groot was de schok die Jacob moest incasseren, toen bleek dat zijn zoon Jozef tóch nog leefde. Opeens stond er weer een oude wens bovenaan zijn verlanglijstje!
Ontboden
Je kunt zeggen van Stefanus wat je wilt, maar hij verliest zich niet in details. Hij is een prediker van de grote lijnen. En dat luistert soms heel prettig.
In een paar krachtige lijnen tekent hij de oude vader Jacob, die te horen krijgt dat zijn zoon Jozef nog leeft. Ja, wat meer is: hij is onderkoning in Egypte, het land waar nog koren te koop is en waar hoop nog bestaat! Het blijft niet bij een gerucht over het in leven zijn van zijn zoon. Nee, er komt een persoonlijke boodschap bij Jacob thuis, waarin hij wordt ‘ontboden’ in het paleis van Jozef, de grootvizier.
Henk Stoorvogel schrijft in ‘Onderweg met Jozef’: “In Genesis 45 : 8* vat Jozef de positie, die hij van farao heeft gekregen, samen in drie titels: 1. Belangrijkste raadsman van de farao, 2. Bestuurder van het hele hof en 3. Heerser over heel Egypte. De titel ‘Belangrijkste raadsman van de farao’, vaak (beter) weergegeven met ‘Vader van de farao’ betekent letterlijk ‘Vader van de god’. Aangezien farao als goed gold kreeg Jozef de titel ‘Vader van de god’. Deze eretitel wijst op zijn belangrijke adviesrol richting de farao in het algemeen en de interpretatie van de dromen en het voorstellen van het reddingsplan in het bijzonder. De titel’ Bestuurder van het gehele hof’, of ‘Heer over heel zijn huis’ houdt in dat Jozef het gezag kreeg over alle landerijen en graanopslagplaatsen van de koning. […] De derde titel die Jozef kreeg was de meest verstrekkende: ‘Heerser over heel Egypte’. Als ‘Heerser over heel Egypte’, of ‘Grootvizier over Egypte’, gaf Jozef leiding aan de regering, was hij verantwoordelijk voor de benoeming en het ontslag van ambtenaren, was hij verantwoordelijk voor alle financiën en goederen van Egypte, controleerde hij de toegang tot de farao en had hij de supervisie over alle bouwprojecten, industrie en landbouw in Egypte. Ook was een onderdeel van deze functie het behartigen van alle relaties met omliggende volken. Vandaar dat de broers uit Kanaän ook eerst langs Jozef moeten voor ze graan kunnen kopen. Normaal […] werden deze functies […] verdeeld over twee personen, om te voorkomen dat één persoon te veel macht kreeg. Vanaf de regering van farao Sesostris II komt het echter voor dat een en dezelfde persoon beide titels krijgt. Wellicht was Jozef de eerste die deze eer te beurt viel.”
Ontmoeten
In deze positie had Jozef zich gemakkelijk kunnen verheffen boven de familie die hem had uitgespuwd en die de oorzaak was van al die jaren vol misère. Maar nee, hij wendt zijn positie aan om hen zo snel mogelijk bij zich te krijgen! Hij maakt zijn broers (letterlijk vertaald uit het grieks) tot apostelen (apostelló) om zijn vader te gaan roepen (metakaleó). Typisch het werk van een gezondene: mensen roepen namens de Uitnodiger. Het komt ervan: Jacob ontmoet zijn doodgewaande zoon. En hoe! Hij roept het uit: “Het is genoeg! mijn zoon Jozef leeft nog! Ik zal gaan, en hem zien, eer ik sterve!” Jozef valt zijn vader om de hals en ‘weende lang aan zijn hals.’
Maar op dat alles, datgene wat zo ingrijpend en aangrijpend is in deze geschiedenis, gaat Stefanus niet verder in. “En Jakob kwam af in Egypte, en stierf, hijzelf en onze vaders.” Hij snelt door naar de begrafenis van Jacob en eigenlijk ook direct naar de begrafenis van Jacobs zonen, ‘onze vaders’.
Wel spreekt Stefanus over het aantal waarmee de familie naar Egypte komt: ‘vijfenzeventig zielen’. In Genesis 46 daarentegen wordt een opsomming gegeven van alle mensen die Egypte binnenkomen: zeventig zielen. Het blijft wat vaag, maar in de Kanttekeningen staat: “Anderen menen dat Stefanus boven de zeventig nog zou gerekend hebben de vier huisvrouwen van Jakob, en de twee zonen van Juda in Kanaän gestorven, zonder Jakob zelven mede te rekenen.”
Ontslapen
Ten slotte spreekt Stefanus over het graf van Jacob en zijn zonen. En daarover bestaat nogal verwarring. Abraham kocht een grafspelonk bij Hebron, de spelonk van Machpéla. Maar kocht Jacob een graf bij Sichem, het later Sichar, van Hemor. Over dát graf spreekt Stefanus hier. En hij beweert dat ook de andere broers van Jozef daar begraven zijn. Ook hier geven de Kanttekeningen enig inzicht in: “…Abraham heeft te Hebron een spelonk gekocht van Efron, den zoon van Zohar, tot begraving zijner doden, Gen. 23:16, in welke ook Jakob heeft willen begraven zijn, Gen. 49:29, 30, en alwaar ook schijnt dat de gebeenten van enige andere voorvaders van Sichem overgebracht zijn. […] het graf, dat van deze zonen van Hemor, den vader van Sichem, namelijk door Jakob gekocht was, Gen. 33:19.”
Jacob heeft dus dat graf voor zichzelf gekocht, maar in Genesis 49 blijkt dat hij toch voor Machpéla heeft gekozen. Als later het volk Israël naar het Beloofde Land terugkeert, nemen ze wel eerst de grafkist van Jozef mee om zijn gebeente uiteindelijk in Sichem bij te zetten in de familiegrot. Alleen de beenderen van Jozef zijn in Egypte gebleven tot de Exodus. Zijn broers zijn wel direct in Kanaän – en dus waarschijnlijk in Sichem – begraven.
Jozefs grafkist was tijdens de slavernij-periode een teken van hoop op Gods belofte, dat Hij Zijn volk zou terugbrengen. En vóór die slavernij was, aldus ds. René van Loon, diezelfde kist een teken van waarschuwing om zich niet te zeer te settelen in Egypte. Want dat was maar een ‘tijdelijke woning’. Het Beloofde Land was hun eigenlijke thuis! Mooie lijn, niet? Dat heeft ons vandaag ook iets te zeggen, met het zicht op het Vaderland hierboven!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten