Lijdenstijd 2019 - Bezinning I
Toen zeide ik: Zie, ik kom; in de rol des boeks is van mij geschreven.Ik heb lust, o mijn God! om Uw welbehagen te doen…
Psalm 40 : 8-9a
De melodie van Psalm 40 vond ik vroeger saai en daarmee vond ik ook de Psalm zelf saai. Dat kwam vooral omdat ik me er eigenlijk niet in had verdiept. Er moet een keer over gepreekt zijn, toen mijn ogen voor de rijkdom van deze woorden openging. In een flits werd ik teruggevoerd naar de vreselijke situatie in de nadagen van het Paradijs. Er zat een barst in de schepping en dat zou grote gevolgen krijgen.
Daar in Genesis 3 zou je de HEERE erop kunnen ‘betrappen’ dat Hij Zijn woord niet hield. Hij had toch gezegd dat ‘ten dage’ (op het moment dat) de mens van die boom zou eten, hij zou moeten sterven? Het leek er dus eerder op dat de slang gelijkt had (hun ogen zouden opengaan…) dan dat de HEERE gelijk had (ze zouden sterven).
Adam en Eva aten en ter plekke schrokken ze… Dat was een nieuwe emotie, die ze nog nooit hadden ervaren. Heftig ook. Ze realiseerden zich onbedekt, onbeschermd te zijn. Kaïn zou dat later ook voelen, toen hij Abel had vermoord.
Tot overmaat van ramp hoorden ze ook nog dat de HEERE eraan kwam: Zie Ik kom! Dat zou hun dood worden! Maar hoe groot was hun verrassing! God kwam niet om te doden, maar om te evangeliseren! De moederbelofte, waaruit alle andere beloften zouden worden geboren. Wat was daaraan vooraf gegaan?
David had er blijkbaar profetisch licht op gekregen. Hij zingt de woorden van God de Zoon uit: “Ik zal gaan, Vader. Want Ik heb een welbehagen, een diepe vreugde, om dat te doen waar U diep door wordt verblijd.”
Toen God naar Adam kwam, was de Zoon al naar de Vader gekomen! Als Hij dat niet had gedaan, wat zou de wereld er dan als een hel hebben uitgezien. Het gewicht van die woorden kan ik nauwelijks bevatten… een klein beetje maar. Straks zal ik er iets van snappen. Wat een dag zal dát zijn! En die melodie van deze Psalm is me dierbaar geworden; daardoor!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten