woensdag 1 juni 2016

Voor de vorm of van ganser harte?

Izébel, de moeder van Athalia,
en de overgrootmoeder van Joas,
uit 'Icons of the Bible',
gefotografeerd door James C. Lewis
Natuurlijk weet ik dat niet altijd precies is aan te wijzen waar het mis ging in de levens van afhakers. Er is een deel factoren dat met de ouders te maken heeft; daartegenover is een deel factoren toch echt aan het kind en zijn of haar keuzes te wijten; maar er zijn ook factoren die onvoorzien en onverwijtbaar zijn maar helaas toch een desastreuze rol hebben gespeeld in mensenlevens. Het gaat er ook niet om dat we in alle gevallen de boosdoener kunnen aanwijzen; daar schiet niemand iets mee op. Maar soms kunnen we wel lessen trekken uit geschiedenissen.

Afhaken hoeft niet altijd het gevolg te zijn van catastrofale fouten in de opvoeding. Soms kunnen het ook goed bedoelde manieren van opvoeden zijn, die blijkbaar op de een of andere manier toch niet hebben gewerkt. Een voorbeeld hiervan is de kleine Joas, die op een gegeven moment al zijn 'godzaligheid' en 'reformerende activiteiten' overboord gooit. Hij is al op gevorderde leeftijd, dus de puberteit ver voorbij! Als je kijkt hoe zorgvuldig hij is verzorgd, omringd door liefde en trouw aan de God van het Verbond, dan vraag je je af hoe het dan tóch mis kon gaan. Toen ik voor de Tienerclub een bijbelstudie maakte over zijn leven, ontdekte ik een paar dingen, die ik graag wil delen.

"En Joas deed dat recht was in de ogen des HEEREN,
al zijn dagen, in dewelke de priester Jojada hem onderwees."

2 Koningen 12 : 2

De terreur van oma

Een tijd geleden schreef ik een serie over Elia en Achab. Ik heb daar wat dingen gezegd over de rol van Izébel; zij had – zo wordt dat weleens gezegd – de broek aan. Achab was ook niet mals, maar het lijkt er toch sterk op dat Izébel de scepter zwaaide. Ik realiseerde me dat in die tijd nog niet zo, maar daarnet las ik dat Achab vele vrouwen had. En inderdaad, hij had 70 zonen (om van zijn dochters, waaronder Athalia) maar de zwijgen. Die komen natuurlijk niet enkel uit Izébel voort. En toch had zij te midden van al die vrouwen, het heft in handen.
Toen Jehu de macht greep, roeide hij het hele 'koninklijke zaad' uit; Izébel en alle prinsen moesten eraan geloven. Izébels dochter Athalia, die met Joram van Juda was getrouwd, kreeg de dood van al haar (half)broers te verwerken. Wat dat precies uitwerkte vertelt de Bijbel ons niet, maar als ik haar in 2 Koningen 11, nadat haar zoon Ahazia ook door Jehu is vermoord, op een walgelijk morbide manier te werk zie gaan, dan heeft zij op de een of andere manier de 'kunst' van Jehu afgekeken. Haar zoon, haar moeder en al haar (half)broers werden op 1 dag door hem vermoord. Een bom van wraak moet zijn gebarsten in haar innerlijk. Maar tegen wie richt die haat zich? Tegen Jehu, die zijn boekje te buiten ging, ondanks dat hij voor een deel het oordeel van de HEERE over het huis van Achab uitvoerde? Nee, tegen nota bene haar eigen kinderen en kleinkinderen (beter gezegd: alle nazaten van haar overleden man Joram)! Beetje lastig die identieke namen, want haar broer heette ook Joram en was koning van Israël, nadat Achab overleden was.
Alle prinsen (en mogelijk ook prinsessen) worden door de soldaten van Juda vermoord, in opdracht van de 'Kings-mom' Athalia. Hoe is het mogelijk dat zij opeens zoveel macht en invloed had en dat al die soldaten haar gehoorzaamden? Ze pakt de macht, maar dat kan een vrouw niet zonder charisma; al helemaal niet van achter de zijlijn… immers, haar zoon was al enige tijd koning geweest en zijn vrouw, Zibja van Ber-séba, zou een veel logischer figuur zijn geweest om op de troon te gaan zitten. Het is heel goed mogelijk dat zij als een van de eerste is vermoord (hoewel Ahazia ook wel meer vrouwen zal hebben gehad, vrees ik).
Te midden van dat bloedbad zien we één vrouw resoluut in actie komen. Het is de zus van Athalia: Joseba. Zij moet al op leeftijd zijn geweest. Wat zij precies aan het hof uitvoerde weet ik niet, want de geestelijkheid en de politiek waren soms merkwaardig met elkaar verweven en dongen allebei naar macht en aanzien. Jozeba's man, Jojada, was hogepriester. Een functie die op eenzelfde hoogte stond als die van de koning. Jozeba pakt in het tumult een klein prinsje weg: Joas. Waarom hem? Was ze zijn oppasster? Of was ze wellicht verbonden aan Zibja en haar huishouding? Geen idee, maar met Joas trekt ze ook de voedster van het prinsje met zich mee en rent in één run naar de tempel, het domein van haar man.

De warmte van het pleeggezin

De volgende zeven jaren van Joas' leven zijn spannend. Hij wordt samen met zijn voedster verborgen in een van de kamertjes bij de tempel. Het is bijzonder dat Jojada hem daar al die tijd zo heeft kunnen verstoppen. Immers zo'n jochie zal toch ook wel eens herrie maken en wegrennen voor zijn bemoeierige voedster? En die oude vrouw die zich 'moeder' noemt, Joseba, zal hem vast wel eens moeilijk in bedwang hebben kunnen houden, lijkt me. Pleegkinderen maken vaak moeilijke perioden door als zij zich gaan realiseren dat de ouders niet de biologische ouders zijn. Toen ik dit verhaal voor het eerst hoorde op de lagere school, stelde ik me een voorbeeldig, rustig en braaf ventje voor. Maar door de jaren heen (zeker kijkend naar het verloop van zijn leven) ben ik dat beeld wat gaan bijstellen.
Joas heeft in het gezin van de hogepriester Jojada zeker een goede tijd gehad. Maar het moet hem ook wel zijn opgevallen dat Jojada al tegen de 100 jaar was, toen hij Joas aan het volk voorstelde. Een oude pleegvader dus; en zijn pleegmoeder zal niet heel veel jonger zijn geweest.
De kinderen van Jojada en Jozeba (of Josabath, zoals ze ook wel wordt genoemd) zullen ook al op leeftijd zijn geweest; zij waren in de directe omgeving van hun vader en Joas moet min of meer met hen zijn opgegroeid. Hij zal ook vast wel gemerkt hebben dat Jojada zich tegenover zijn eigen (oudere) zoons iets anders gedroeg dan tegenover Joas, lijkt me. Hoe jong hij ook nog was.
De kleine Joas vormde min of meer het centrum in het oude gezin van de hogepriester. Heel zorgvuldig heeft hij Joas opgevoed, hem wegwijs gemaakt in de wetten van Mozes, ja in het hele Woord van God. Hij heeft hem de vreze des HEEREN bijgebracht; althans, proberen bij te brengen.

Het staan op eigen benen

De invloed van Jojada gaat door nadat hij Joas tot koning heeft laten uitroepen. De moorddadige Athalia wordt uit de weg geruimd. Jojada maakt met de elite-garde van het hof een verbond, alsmede met de voornaamsten van het volk. En zo krijgt hij het hele volk achter zich. Uit alles blijkt dat de geestelijke macht in die tijd even machtig en invloedrijk was als de koninklijke macht; zo niet invloedrijker. Joas zit op de troon, maar Jojada is eigenlijk degene die aan de touwtjes trekt. En of dat zo handig is, betwijfel ik steeds meer.
Jojada neemt twee vrouwen voor Joas. Ik vraag me in alle ernst af: waarom twee? Was dat om de macht van één koningin te breken of te verdelen? Of was dat om Joas van hoererij te weerhouden? Of was dat om zeker te zijn van koninklijk zaad: kroonprins en prinsen?
De tempel wordt gezuiverd en gerestaureerd. Dit lijkt de eerste echte reformerende daad van Joas te zijn, maar het is de vraag of dit niet vooral het prestigeproject van Jojada was.
Alles lijkt goed te gaan en Joas wordt steeds meer zichtbaar als een koning die vast wil houden aan de wetten en inzettingen van de HEERE. Maar als Jojada op 130-jarige leeftijd overlijdt gaat het mis. Dan komen er mensen praten met de koning en hij laat zich overhalen. Hij ziet blijkbaar voordelen om die mensen te matsen, of… uiteindelijk komt openbaar dat zijn hart niet recht was voor de HEERE. Net zoals later over zijn zoon Amazia staat geschreven: "En hij deed dat recht was in de ogen des HEEREN, doch niet met een volkomen hart."
"Wat kan het schelen?", zal Joas hebben gedacht. Maar dat wordt snel anders, als een zoon van Jojada, Zacharias, zijn pleegbroer komt vermanen. Er staat:
"Zo verlieten zij het huis des HEEREN, des Gods hunner vaderen, en dienden de bossen en de afgoden; toen was een grote toornigheid over Juda en Jeruzalem, om deze hun schuld.
Doch Hij zond profeten onder hen, om hen tot den HEERE te doen wederkeren; die betuigden tegen hen, maar zij neigden de oren niet.
En de Geest Gods toog Zacharia aan, den zoon van Jojada, den priester, die boven het volk stond, en hij zeide tot hen: Zo zegt God: Waarom overtreedt gij de geboden des HEEREN? Daarom zult gij niet voorspoedig zijn; dewijl gij den HEERE verlaten hebt, zo zal Hij u verlaten.
En zij maakten een verbintenis tegen hem, en stenigden hem met stenen door het gebod des konings, in het voorhof van het huis des HEEREN.
Zo gedacht de koning Joas niet der weldadigheid, die zijn vader Jojada aan hem gedaan had, maar doodde zijn zoon; dewelke, als hij stierf, zeide: De HEERE zal het zien en zoeken!"
(2 Kronieken 24 : 18-22)
Als later Hazaël (denk aan hem in het rijtje Jehu-Hazaël-Elisa) tegen Jeruzalem optrekt schroomt Joas niet om de heilige dingen uit het Huis van God te gebruiken als afkoopsom aan deze heidense koning. Het heilige zegt hem allemaal niks meer, zoals je zoon of dochter zijn of haar bijbels op Marktplaats kan zetten om er de financiën weer mee op orde te brengen. Hoe is het mogelijk!
Waarom zegt de HEERE in Zijn Woord er zo uitdrukkelijk bij 'zolang de priester Jojada leefde'? Zou het niet daarom zijn dat Joas alleen maar voor de vorm godsdienstigheid betrachtte, maar zijn hart was er niet bij? Jojada had heel lang zijn leven ingekleurd en vormgegeven. Echter, nu hij op eigen benen staat (en hij is dan zeker al 40 jaar) weet hij eigenlijk niet wat hij zelf wil. Zijn hart kon geen godzalige keuzes maken, en het begon hem hoe langer hoe meer te irriteren. Er was economisch veel meer voordeel te halen uit de afgodendienst. De HEERE rekende echter anders en Zacharia's woorden werden waarheid. Het is opmerkelijk dat de naam van Joas – samen met nog twee koningen – door Mattheüs niet worden genoemd in de stamboom van Jezus. Erger nog… het is te vrezen dat hij niet eens in het Boek des Levens voorkomt. Wat triest, als je zó hebt misgerekend en je komt daar te laat achter. Dan was je opvoeding tevergeefs – maar dat is nog maar een kleine schadepost – en ook je hele leven was tevergeefs. Doelmisser… ellendig… verloren. Joas leeft niet meer; voor hem is het te laat. Jojada werd nog bij de koningen begraven, vanwege zijn goede daden; Joas werd een etage lager begraven. Maar wat zegt een graf? Laat het zover niet komen, maar laten afhakers onze intense zorg hebben! Omwille van hun hart; nu het nog kán!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten