Lijdenstijd 2019 - Bezinning XXIII
Laat hen verwoest worden tot loon hunner beschaming,die van mij zeggen: Ha, ha!
Psalm 40 : 16
Iemand uitlachen is min. Het kan zijn dat iemand het ernaar gemaakt heeft door arrogant te doen en vervolgens zelf een flater te slaan. Dan hebben we vaak zo iets van ‘boontje komt om zijn loontje’ (zoek trouwens maar eens bij ‘onze taal’ waar dat gezegde vandaan komt!
Maar de woorden van de Psalm lijken een toon aan te slaan die meer bij het spreekwoord van daarnet past dan bij wat Jezus deed: “Vader, vergeef het hun want ze weten niet wat ze doen!”
Dat ‘Ha, ha’ komen we in de lijdensevangeliën ook tegen. Het is opmerkelijk dat Johannes op die details helemaal niet ingaat. Hij lijkt voorbij te zien aan de spot bij het kruis. Maar die is ongemengd bitter. Lees de beschrijving van Markus (die veel lijkt op die van Mattheüs): “En die voorbijgingen, lasterden Hem, schuddende hun hoofden, en zeggende: Ha! Gij, die den tempel afbreekt, en in drie dagen opbouwt, Behoud Uzelven, en kom af van het kruis. En insgelijks ook de overpriesters, met de Schriftgeleerden, zeiden tot elkander, al spottende: Hij heeft anderen verlost; Zichzelven kan Hij niet verlossen. De Christus, de Koning Israëls, kome nu af van het kruis, opdat wij het zien en geloven mogen. Ook die met Hem gekruist waren, smaadden Hem.” (Markus 15:29-32)
Je voelt hoe ze op de vulkaan dansen. Ze tarten de Zoon van God! Straks zal Hij met macht en majesteit “Het is volbracht” roepen, zó overtuigend en aangrijpend dat het voorhangsel van de tempel scheurt! Daarmee liet Hij in één klap zien hoe leeg hun godsdienst was: de ark was weg!
Tegen Pilatus sprak Hij over Zijn macht waarmee Hij legioenen engelen had kunnen bevelen. Maar Hij deed het niet. Hij kwam niet af van het kruis. Hij ging niet in op de laster die hemeltergend was! Hij zei niet: “Geef hen hun verdiende loon: laat hen verwoest worden!” “Want de Zoon des mensen is niet gekomen om der mensen zielen te verderven, maar om te behouden…”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten