Lijdenstijd 2019 - Bezinning XXV
Ik ben wel ellendig en nooddruftig, maar de Heere denkt aan mij;
Gij zijt mijn Hulp en mijn Bevrijder; o mijn God, vertoef niet.
Psalm 40 : 18
Wie beweert dat God te hoog is dat Hij Zich met ons kleine gedoe bezig houdt, heeft de hele Bijbel tegen. Wie van de HEERE een afstandelijke God probeert te maken, Die niet zomaar redt als je tot Hem roept, heeft evenzeer de Bijbel tegen. God zweeg ooit maar één keer toen Zijn Kind riep… opdat wij nimmermeer…
“O,” wordt er in refo-kringen dan vaak gezegd: “dan ben je een gearriveerd christen. Die is al op bestemming voordat jij de weg hebt afgelopen!” Nee hoor, mensen die Gods zorgende hand benadrukken zijn echt niet per definitie remonstrantse gearriveerden!
Kijk maar, de dichter erkent dat hij echt wel “ellendig en nooddruftig" is, maar gaat niet bij die situatie neerzitten. Hij redeneert niet van ‘een mens kan niks, wil niks en is niks’. Hij weet uit ervaring dat de HEERE altijd aan Hem denkt, hem hoort en ziet. Hoe zou je dan loze clichées over je zondige staat uiten, dat het allemaal maar niks voorstelt en ook nooit wat wordt? Je wilt toch ook helemaal niet centraal staan? Maar de HEERE… Het gaat om Hém!
“O, maar dan ben jij zo’n automatische christen, die het geloof altijd op zak heeft?” Nee hoor. De dichter weet wat hij aan de HEERE heeft: “Gij zijt mijn Hulp en mijn Bevrijder” en dat is dan ook de reden waarom hij al zijn hoop op de HEERE stelt. Kraakhelder! Maar hij is allerminst een mens die denkt in termen van automatisme. “O, God helpt wel…”, “O, maar Jezus is toch voor de zonde gestorven…”, “O, maar het komt allemaal uiteindelijk wel goed…”
Hij leeft uit de bevinding dat God hoort en nooit teleurstelt! Tegelijk leeft hij in het besef dat de HEERE niets verplicht is. Daarom roept hij: “O mijn God, vertoef niet!” Dat is geen angstig ‘je moet maar afwachten of God wel wil…’ maar een belijdenis van pure genade! Van eigen onmacht: “Wees niet achter” staat er in het hebreeuws. “Heere, ga voor me staan! Ik redt het niet zelf! Zelfs niet als u vlak achter mij staat!” Dat is vertrouwen van de bovenste plank!